Zijn Naam zal zijn tot in eeuwigheid

openingstoespraak ds. B. van der Heiden

We hebben zojuist samen gelezen uit Psalm 72. één van de bekendste psalmen uit het psalmboek. Hoeveel keer wordt er niet gezongen: ..Nooddruftigen zal Hij verschonen; aan armen uit gena". of bijvoorbeeld bij een zendingsbijccnkomst: ..Al 'l heidendom Zijn lol'getuigen, dienstvaardig tot Zijn eer", of bij dc bediening van het Heilig Avondmaal: ..Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen". Ook vanmiddag tijdens deze herdenkingssamenkomst hebben we deze psalm gelezen en gezongen. Ik zou uit deze psalm graag uw aandacht vragen voor het zeventiende vers: ..Zijn Naam zal zijn tot in eeuwigheid". U begrijpt: ik heb geen tijd om uitgebreid op de achtergrond van deze psalm in te gaan. Het is een psalm van David. waarin het niet alleen gaat over de aardse Salomo, maar waarin veelmeer de heerlijkheid en grootheid van de meerdere Salomo wordt bezongen. Ach. de rechtspraak onder de aardse Salomo was nog onvolmaakt cn de ware vrede en harmonie werd nog gemist. Hoe droevig zijn ook de laatste levensjaren van Salomo geweest. We lezen zelfs dat hij zich boog voor de afgoden, die de vreemde vrouwen hadden meegebracht. Als wc zo het leven en de naam van de aardse Salomo zien dan zijn er veel zwarte bladzijden aan te wijzen. Er kan daarom geen loflied op de aardse Salomo gezongen worden. In het schepsel, ja ook in Gods kind. blijft geen roem over. Dat moge ook de beleving zijn van allen die bij hel jeugdwerk zijn betrokken. Herkent u dat?

Voorrecht

Het is een voorrecht dal we nu dit feil dat de Jeugdbond zestig jaar bestaat met elkaar in deze dienst kunnen en mogen gedenken. We kunnen niet anders zeggen dan dat dc Heere dit ons heelt gegeven. De Heere heeft het jeugdwerk in onze gemeenten gegeven en daarom begeren we niet in onszelf, maar in de Heere tc eindigen. Het is Zijn trouw cn goedheid, die in de achterliggende jaren de Jeugdbond de mogelijkheid en de kracht gaf om ten dienste te staan aan het jeugdwerk in het midden van onze gemeenten. We kunnen vanmiddag niet anders dan met Jeremia zeggen: ..Het zijn de goedertierenheden des Heeren dal wc niet vernield zijn en dat Zijn barmhartigheden nog geen einde hebben genomen". Zijn trouw is groot!

O zeker, we mogen ook met dankbaarheid en erkentenis terugdenken aan de werkers op het bureau en aan de verdere leiders en leidsters van de verenigingen en aan de dienaren van Gods Woord, die van harte achter het jeugdwerk stonden en staan en die het ook meedragen in hun gebed. Maar toch. we willen niet in hen eindigen, want het gaat in het Koninkrijk der Hemelen niet om onze naam. tenminste: zo moet het zijn!

Gevaar van hoogmoed

Als de Heere eerlijkmakende genade in het hart schenkt, dan moeten we belijden:

„Heere. mijn naam zit er telkens weer lussen ". We moeien dan inleven: „Wil ons. arme zondaar, de boosheid, ook de boosheid van dc hoogmoed en van dc strijd voor eigen naam en eer. die in onze natuur zit en ons altijd aankleeft, om des bloeds van Christus wil niet toerekenen". Nee. ziende op onszelf moeten we belijden: „Treed niet in het gericht" en moeten we zingen: „Gedenk niet meer aan het kwaad dat wij bedreven". We moeten ons steeds weer afvragen: „Hebben we voldoende dc wacht betrokken en hebben we onze jongeren voldoende gewaarschuwd cn voorgeleefd? Hebben we voldoende met onze jongeren gesproken en gebeden om staande Ic blijven in de boze dag? " Hoe komt het dat jongeren de kerk verlaten? Onderkennen de kerk en de Jeugdbond voldoende de moeilijke vragen waarmee onze jongeren worstelen?

Christus zegt tot Zijn kerk: ..Waakt en bidt" en dan schrijft ds. Vergunst. die het jeugdwerk zo hartelijk liefhad: „Tot dat waken behoort een nauwgezet onderzoek van de Heilige Schrift. Hoe dichter we bij dal Woord leven, hoe dichter we ook bij de Heere mogen leven. Dat onderzoek moet biddend geschieden". Is dat voldoende geschied bij dienaren, ambtsdragers. ouders, leidinggevenden en het bestuur van de Jeugdbond?

Veel gevaren

Dat waken en bidden is ook zo nodig voor de toekomst. F.r zijn veel gevaren die liet jeugdwerk bedreigen, ik noem er vier.

Als eerste is daar de satan. Hij bedreigt ons jeugdwerk doordat hij onze jeugd tracht al" te trekken van het Woord cn van de Waarheid. Hij zaait het zaad van de twijfel in de harten van jongeren en ouderen. Daarom zal op de jeugdvereniging het zwaard des Gecstes. hetwelk is Gods Woord (Ff. 6:17). gehanteerd moeten worden. Meer dan ooit is in onze tijd nodig om het 'Fr is geschreven' te laten klinken in het jeugdwerk.

Alleen voor dit wapen moet de satan wijken. Daartoe is nodig de toerusting op de vereniging: het samen bezig zijn rondom het Woord tics Heeren cn met de studie van de belijdenisgeschriften. Het tweede gevaar dat ik wil noemen is het doorbreken van de band met het verleden. Als we terugzien in het verleden, kunnen we zeggen dat de Heere onze gemeenten heeft gebouwd. Daarom is nodig de band met het verleden te bewaren en om op de jeugdvereniging stil te staan bij de eigen identiteit van onze gemeenten. niet vanuit een hoogmoedige houding of vanuit het oogpunt van kerkisme. maar omdat de opdracht luidt: ..Bewaar het pand u toebetrouwd".

Het derde gevaar is dat van verwereldlijking en kerkverlating. Veel w : il ik er in dit verband niet over zeggen. Wel is het steeds nodig te benadrukken dat het niet genoeg is alleen te spreken over gebed, bekering en geloof, maar dat wij. leidinggevenden, dc wezenlijke inhoud hiervan zullen moeten kennen om dit op de jeugd van onze gemeenten over te dragen en zc hierin voor te leven. Hier ligt ook het nut van het verenigingswerk: de vereniging biedt naast het gegeven dat zij een ontmoetingsplaats is voor jongeren, een extra mogelijkheid tot bezinning op deze onderwerpen. Het jeugdwerk kan zo een bijdrage leveren aan het tegengaan van de kerkverlating en verwereldlijking.

Het vierde gevaar dat het jeugdwerk bedreigt is de houding van de overheid. De overheid in de persoon van minister d' Ancona eist van ons een fusie aan te gaan met veel andersdenkende jeugdorganisaties en zo niet dan betekent dat het einde van de subsidiëring. Een verteaenwoordiging vanuit onze gemeenten heeft tegen deze maatregel protest ingediend en aangegeven dat we niet kunnen fuseren 'om des gewetens wil'. Ook deze zaak begeren wc in Gods hand te geven. De Heere heeft zelf gezegd: ..Mij is het zilver en het goud".

Zorgen en vragen

Zo zijn er veel zorgen en vragen. Als we naar beneden zien en alleen zien op dc ontwikkelingen om ons heen. dc vaak harde kritiek en het gebrek aan meeleven, dan vervult droefheid ons hart en zijn we vaak moedeloos. En toch. als we alleen daarop zien dan zijn we verkeerd bezig, want het gaat ten diepste niet om ons! Onze naam is zondaar, doelmisser en die naam moeten we leren spellen, die naam moet waar worden in ons leven, opdat we de heerlijkheid van die andere Naam zouden gaan zien. Anders zijn we als de torenbouwers van Babel. die tot elkaar zeiden: .. Kom aan. laat ons een stad bouwen en een toren, welks opperste in de hemel zij cn laat ons een naam voor ons maken”.

Maar. zalig als die andere Naam voor ons waarde krijgt en als Zijn Naam in het middelpunt komt te staan. Met eerbied gesproken kunnen we zeggen dat Hij ons had kunnen wegdoen na de zondeval en dat Hij een nieuwe wereld en een nieuwe mensheid had kunnen scheppen, maar Hij deed het niet! Hij openbaarde na de val een nieuwe Naam, een Naam tot behoudenis en verlossing. Het is de naam van Jezus Christus. Van deze Naam getuigt Petrus: ..Er is onder de hemel geen andere Naam gegeven tot zaligheid”.

Perspektief

Welk ccn wonder als deze naam geopenbaard wordt in

ons hart. Als we onze eigen naam 'zondaar' moeten spellen en wc gaan inleven wat het is om schuldig tc zijn tot de dood toe en als dan die gezegende Naam in ons hart gelegd mag worden, dan wordt er een loflied geboren: ..Zijn Naam zal zijn tot in eeuwigheid" en dan gaat cr een begeerte in ons hart leven om die Naam door te geven. Het is dan ook dc opdracht van het jeugdwerk om de dierbaarheid van die Naam onze jongeren voor te houden.

Die Naam zal er zijn en zal er blijven en dat is het perspektief voor de toekomst. Die Naam zal zijn, dat wil zeggen dat dc Drieënige God er Zelf borg voor staat:

Christus heeft niet tevergeefs geleden en de hemel zal vol worden. Satan viert nu zijn triomfen, want er is zorg. nood. kerkverlating, aardsgezindheid en er is kilte in de kerk en lauwheid in de gemeente Gods. maar 'Zijn Naam zal zijn tot in eeuwigheid'.

Gebed

Daarom roep ik op de dienaren van het Woord, dc ouderlingen, de geestelijke leidslieden van dc gemeente en de ouders om de volheid van deze Naam in prediking en geschrift en in de gesprekken met onze kinderen te verkondigen. Laat de dienst des Heeren u ernst zijn en gedenk het jeugdwerk in de gebeden, opdat zo het jeugdwerk als slijk der aarde in Zijn heilige vingers gebruikt mag worden, opdal God Zijn Koninkrijk onder onze jongeren zou openbaren cn Zijn Naam zou voortplanten van geslacht tot geslacht.

Nee. dan kan het niet vanwege mijn verdiensten, maar vanwege dat dierbare Verbond, vanwege dat eeuwig welbehagen van Hem. die Zijn Zoon gaf op Golgolha. Dan begeren we in Hem te eindigen en ook de toekomsl in Zijn hand te geven. Dat dil dan ovcrblijve: ..Zijn Naam zal eeuwig eer ontvangen". God geve ons daartoe een wakend bidden en een biddend waken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen