Het gekrookte riet [8]

Eerste predikatie

5. ‘Ik zal u steeds weer raad geven. Gij zult niet altijd zo laag leven. Al durft gij het tegen de vromen niet te zeggen, gij durft het tegen Mij weleens te zeggen: waarom moet ik zo laag leven? Het licht is immers voor de rechtvaardige gezaaid (Ps. 97:11). Zonder troost zult gij niet sterven.

6. ‘Gij zult Mij niet tot uw tegenpartij krijgen, want gij zijt Mijn loon. Ik heb u zo duur gekocht, zou Ik Mijn Vaders raad verbreken? Zou Ik het contract niet voldoen? Zou Ik de Geest bedroe ven? Zou Ik het Woord verdacht maken? Gij zult Mij nooit tegen krijgen, in uw leven en in uw sterven niet. En als Ik vóór u ben, wie of wat zal tegen u zijn? (Rom. 8:31). Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen? (Rom. 8:33).

III. Nu hebben we ons derde stuk: Is het waar, zal het altijd zo zijn? ‘Ja, het is waar geweest, vanaf dat er een Kerk gesticht is geweest. En het zal waar zijn totdat Ik ze in de hemel zal brengen’. Hebben we daar de zekerheid van? Ja.

1. Denkt gij niet dat het zeker is als God het zegt? Zou Hij liegen, Die de Overwinning Israëls is? Neen, 1 Samuël 15:29. Psalm 147:3. Hij geneest de gebrokenen van hart. Hij verbindt, de ene dag legt Hij zulk een verband en de andere dag een ander verband. Psalm 34:19: Hij is nabij de gebrokenen van hart. En Jesaja 61:1: Hij verbindt die gebrokenen van hart.

Wij zeiden dat het niet alleen woorden zijn, maar ook daden, jazeker. Jesaja 57:15: ‘Ik woon waar de nederige en de gebrokene is’. Wat doet Gij daar, Heere? ‘Ik maak ze levendig, Ik geef ze moed, Ik troost ze, Ik kweek ze, zoals een vrouw haar zieke kind’. David, dat gebroken riet, hoe dikwijls ondervond hij het? Petrus, hoe vaak ondervond hij het? (Joh. 21), daar aan dat maal toen hij de Heere verloochend had? Mét dat Hij opgestaan was, zei de Heere: ‘Gaat, zegt het Petrus’ (Mark. 14:7). ’t Zal wel gaan, man, zei de Heere, ‘houd moed, gij zult nog een martelaar voor Mij worden. 2 Korinthe 2:7: de geesten mogen door de droefheid niet verslonden worden. Die zondares, het Kananese vrouwtje, heeft Hij zulke gekrookte rietjes gebroken?

2. Dat vaste fundament, waaruit weten wij het nog meer zeker? Uit het barmhartig en zachtmoedig hart van de Middelaar. Jakobus 5:11: ‘Ziet dat de Heere zeer barmhartig is’. En Jesaja 54:

‘Hun Ontfermer zal hen leiden’.

‘Komt tot de troon van Mijn barmhartigheid’, zegt God (Hebr. 4:16). ‘Kan een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontferme? Ofschoon zij het vergat, zo zal Ik toch u niet vergeten, kleine’ (Jes. 49:15).

(wordt vervolgd)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen