Rust na werken

Volbracht

Wanneer was de Heere klaar met Zijn scheppingswerk? Niet op de zesde, maar op de zevende dag! Niet op de dagen dat Hij schiep, maar op de dag dat Hij rustte van Zijn werk en Zich verheugde in alles wat Hij gemaakt had. De zevende dag is geen dag van ‘niets doen’, maar een dag waarop Zijn werk ‘volbracht’ wordt. Later lezen we in de Schrift niet alleen van de Vader Die de schepping volbracht heeft, maar ook van de Zoon van de Vader Die geroepen heeft op Golgotha: ‘Het is volbracht!’ En deze wereld blijft bestaan totdat ook de Heilige Geest Zijn werk volbracht heeft, wanneer de laatste zon- daar is toegebracht tot de gemeente die zalig wordt. Dan zal de drieënige God eeuwig rusten van al Zijn werk dat Hij gemaakt heeft: ‘En zie, het was zeer goed!’

Gezegend

De rustdag is een geschenk van de Schepper aan de schepping. Hij heeft de zevende dag gezegend. God Zélf heeft gerust en Adam en Eva hebben voor de zondeval gerust van hun werk. Het is onverdiende goedheid dat de Heere die rustdag na de zondeval nog gelaten heeft. In de onrust van de zonde en de maalstroom van de tijd gééft Hij een dag van afzondering, waarin de boodschap van behoud klinkt tot gevallen mensen. Juist op de rustdag zendt Hij Zijn Geest uit om dode zonda- ren opnieuw geboren te laten worden. We krijgen die dag extra tijd om Hem te zoeken door onze dagelijkse beslom- meringen te laten rusten. Werkelijk een zegen voor lichaam, psyche en ziel!

Geheiligd

De rustdag is ook geheiligd, apart gezet van de andere zes dagen. Die dag heeft een hoger doel, een andere invulling. Positief mag die dag geheiligd worden voor de dienst van de Heere. Dat kan ten diepste alleen door de Rustaan- brenger, de Heere Jezus. Hij heeft op de oudtestamentische rustdag gerust van Zijn werk in het graf. De dag erna stond Hij op om rusteloze, uit- gewerkte zondaren rust te schenken. Rust in Zijn volbrachte werk, in Zijn verlossing. Negatief mag deze dag niet ontheiligd worden door deze rust te weigeren. Dat kan door verrichten van niet-noodzakelijk werk, door te luieren, door te volharden in de zonden of door een wettisch leven, dat de rust in Christus niet kent. ‘Laat ons dan ons benaarstigen om in die rust in te gaan’ (Hebr. 4:11).

(wordt vervolgd)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen