Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De leringen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De leringen

4 minuten leestijd

In het vorige artikel zagen we dat de vaderen tussen de uitleg en de toepassing de leringen plaatsten. Hyperius had deze drieslag ontworpen. Homiletisch gezien bleef dit model centraal staan bij de gereformeerde piëtisten. De Voetianen pleitten voor de handhaving van dit leerelement. In dit artikel wil ik nader ingaan op dat begrip ‘leringen’.

In zijn dissertatie “Tussen tekst en toepassing” geeft ds. G.W.S. Mulder aan: ‘Om de toepassing goed in de enkelvoudige Schriftzin te funderen heeft Hyperius een andere methode aangewezen: ‘De Schriftvergelijkingen’. Dat is de methode van de Schriftuitleg. Deze methode wordt nog een keer gebruikt (als een Bijbelse dubbelcheck) als men naar de toepassing overgaat. (…) Hyperius stelt namelijk dat uit het vergelijken van de Schriftplaatsen een tweede betekenis van de Schrift naar voren komt. Perkins stelt dat in de ‘rechtsnijdinge’ Gods Woord ‘bekwaam wordt om te stichten.’ En Hoornbeeck zegt dat bij het funderen van de lering op meerdere Schriftplaatsen ‘het sap en bloed van de Schrift wordt uitgeperst’. Alle drie de auteurs maken deze opmerking ten aanzien van hetzelfde moment in de preek, namelijk als vanuit de tekst, al Schrift met Schrift vergelijkende, de toepassing wordt aangewezen’ (citaat blz. 283 dissertatie).

De Schrift is bepalend

De leringen maken de innerlijke samenhang van de Schrift duidelijk.

Door gebruik van de leringen is de exegese ingekaderd in de basisregel van Schrift met Schrift vergelijken.

Door het wegvallen van de leringen ontstond bij de Cocceanen de ruimte voor allegorische verklaringen. De Schriftvergelijkingen zijn voor de toepassing belangrijk. ‘De Heilige Geest heeft Zich verbonden aan het Woord en niet aan onze redeneringen; de Schrift moet bepalend zijn voor de redeneertrant en niet andersom’ (blz. 295).

Zo vond men de lering van cruciaal belang om de toepassingen op een verantwoorde manier te laten voortkomen uit de tekst. In het licht van de beeldspraak uit 2 Timotheüs 2 vers 25 kan volgens Perkins de lering vergeleken worden met het losmaken van dat deel van het brood en de toepassing met het persoonlijk uitreiken daarvan. De leringen zoomen in op wat er voor de hoorder uit de tekst te leren is. Dit gebeurt door bij de leringen meerdere teksten samen te brengen. Zo werd door de vaderen de tijdbetrokkenheid van de preek gefundeerd.

Bij de keuze van de leringen kon men zich ook voegen naar de actualiteit. De leringen hebben niet alleen een homiletische betekenis, maar ook een theologische betekenis. Aan de leringen wordt het Bijbelse gezag van de preek verbonden. Als de prediker de tekst verklaart door Schriftvergelijkingen, zal de hoorder gevoelen dat Gods Woord levend en krachtig is. Perkins: ‘Dan wordt het Woord bekwaam om te stichten’. Zo ontsluit zich volgens Hyperius ‘de tweede betekenis van de Heilige Schrift’. Daarmee bedoelt hij de betekenis voor het hart; het persoonlijke nut van de tekst (citaat dissertatie blz. 300).

Verantwoorde toepassing

Ds. G.W.S. Mulder concludeert dat de leringen bedoeld zijn als een instrument om te komen tot een verantwoorde toepassing van de tekst; om de Schrift in zijn ware zin te verstaan. Is dit model relevant voor de prediking in de 21e eeuw? Ds. Mulder geeft aan dat, als de lering en de toepassing op welgekozen momenten in de preek worden geplaatst, de hoorder voor het gezag van de Schrift wordt geplaatst. De relevantie daarvan blijkt in de diverse levensverbanden.

Broeder Mulder bepleit dan ook het bewust inzetten van de lering in de preek. Hij geeft aan dat door de Schriftvergelijkingen de aansluiting bij de hoorder wordt geoptimaliseerd (dissertatie, blz. 327). Als de boodschap voor de hoorder in de ene tekst niet duidelijk is, zal de andere tekst er meer licht op werpen. Tegelijkertijd wordt de preek des te sterker in de Schrift gefundeerd.

Zijn aanbeveling ten opzichte van de leringen is: ‘Laat de Schrift zichzelf verklaren door middel van de Schriftvergelijkingen, juist met het oog op de toepassing. De leringen kunnen ook bijdragen aan het tegengaan van het algemeen en oppervlakkiger worden van de Schriftuurlijk-bevindelijke prediking. Verder geeft het element van de leringen belangrijke theologische thema’s een plaats in de prediking’.

Met broeder Mulder zie ik de grote meerwaarde van een goed gefundeerde toepassing. Dat is wat wij bedoelen met de Schriftuurlijkbevindelijke prediking.

wordt vervolgd

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2024

De Saambinder | 24 Pagina's

De leringen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2024

De Saambinder | 24 Pagina's