Eenheid en verscheidenheid in het werk van de Heilige Geest

Wanneer we de twaalf artikelen van de apostolische geloofsbelijdenis willen indelen, da doen wij dat in drieën. We zeggen dat wij in deze artikelen belijden, de Vader en onze schepping, de Zoon en onze verlossing en, ten derde, de Heilige Geesten onze heiligmaking Het werk van de Heilige Geest bestaat dus in de heiligmaking van de zondaar. Toch zouden we aan het werk van de Heilige Geest te kort doen als we het alleen daartoe beperkten. Het werk van de Heilige Geest is veelzijdig. Wij onderscheiden meestal in het werk van de Heilige Geest drie dingen. Zijn algemene werk noemen we, en Zijn bijzondere werk, en tenslotte vanzelfsprekend het zaligmakende werk.

Zijn algemene werkingen

De Heilige Geest, die van de Vader en de Zoon uitgaat, is de grote voltooier van de werken van God. Zo heeft de Geest een belangrijk aandeel in de schepping, de onderhouding en de regering van de hele wereld. Bij de schepping zweefde de Geest van God over de wateren (Gen. 1 : 2). Deze tekst trekt onze aandacht naar de levengevende funktie van de Geest en die funktie komt wel heel bijzonder naar voren bij de schepping van de mens. De Geest verwekt leven en brengt het scheppingswerk tot voltooiing.

Al het leven, ook het leven van planten en dieren, van de sterren aan de hemel, ontstaat door de werking van de Heilige Geest.

Door het Woord des Heeren zijn de hemelen gemaakt en door de Geest Zijns monds al hun heir (Psalm 33 : 6). Het werk van de Geest is de oorsprong van alle leven, het onderhoud van alle leven en de ontwikkeling van alle leven. Het onttrekken van de Geest betekent de dood.

De Geest gaf ook bijzondere kracht aan bepaalde mensen. Denk aan de richteren. Telkens lezen wij, dat de Geest van de HEERE op hen kwam. Denk aan Simson en zijn kracht en hoe de Geest van de Heere van hem week voor een tijd! Bijzondere wijsheid schenkt de Geest, als de Geest der wijsheid, aan mensen. Dat is een bepaalde verlichtende werking. De Geest van de Heere gaf aan Aholiab en Bezaleël bekwaamheid om kunstzinnig werk voor de tabernakelbouw te maken (Ex. 31 : 3). Zo werden ook de koningen Saul en David begiftigd met de Geest, die hen bekwaam maakte voor het hoge ambt waartoe zij geroepen werden.

Er is bij de mensen een groot onderscheid van gaven te vinden. Maar al die gaven worden gewerkt door één en dezelfde Geest.

Bijzondere werkingen

De bijzondere werkingen van de Heilige Geest komen we tegen in het verlossingswerk van de Heere. Namelijk als we denken aan het Woord van God, de Bijbel, zoals wij die hebben. Het is de openbaring van God en van de Godsgedachten. De Heilige Geest heeft mannen daartoe bekwaamd om de Godsgedachten op Schrift, te stellen en wij belijden dat Hij hen daarbij zo heeft geleid in hun gedachten, dat zij niet dwalen konden. De Geest heeft hen ook geleid in de verdeling van de stof en de Geest heeft gedurende al die eeuwen dat Woord bewaard (2 Petr. 1 : 21). Wat een groot werk is de Bijbel geweest!

Tot de bijzondere werkingen rekenen we ook dat de Heilige Geest het lichaam van de Heere Jezus heeft toebereid in Maria. We belijden immers: ontvangen van de

Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria?

De Heilige Geest daalde op de Heere Jezus neer. toen Hij gedoopt was in de Jordaan, in de gedaante van een duif. Het was een teken dat de Geest van de HEERE Heere op Hem was om Zijn ambt als Middelaar uit te oefenen.

Tenslotte rekenen we tot de bijzondere werkingen onder het Nieuwe Testament ook het bekwamen van de ambtsdragers tot hun taak: apostelen tot hun bijzonder, eenmalig ambt, maar ook de dienaren van het Woord, met de ouderlingen en diakenen tot huurarbeid.

Zaligmakende werkingen

De zaligmakende werkingen kunnen wij niet missen tot zaligheid. Om déze werkingen gaat het. Wij kunnen gaven ontvangen van wijsheid of van kracht. Wij mogen dan geroepen zijn tot een ambt in de kerk en daartoe ook de nodige bekwaamheid ontvangen, maar als de zaligmakende werkingen ons ontbreken, hebben wij geen geloof en geen nieuw leven, geen leven dat uit God geboren is. Wij hebben dan wel het natuurlijke leven ontvangen, en de onderhouding van dat leven, maar het leven voor de Heere missen we dan. En dat betekent tenslotte alles te missen.

Het grote werk van de Heilige Geest als de andere Trooster die de Vader zenden zou, is de heiligmaking. Daar behoort toe alles wat in de mens gewerkt wordt. Want de Geest zal naar het Woord van Christus in al de Zijnen zijn. Daar zal Hij wonen als in Zijn tempel en daar zal Hij als de Geest van de genade en van de gebeden werken. Zo belijdt antwoordt 53 van de Catechismus: , , dat Hij ook mij gegeven is, opdat Hij mij door een waar geloof Christus en al Zijn weldaden deelachtig make, mij trooste, en bij mij eeuwig b lijve".

Eenheid in het werk van de Geest

De Heere Jezus heeft in Zijn laatste gesprekken met Zijn discipelen voor Zijn lijden gesproken over de komst en het werk van de Heilige Geest. We kunnen die gesprekken lezen in Johannes 14 tot en met 16.

Samengevat vinden wij in onze catechismus wat de Heere daar beloofde. De Heilige Geest zal aan allen, die Hij tot zaligheid bearbeidt het geloof schenken. Door de prediking van het evangelie ontsteekt de Heilige Geest het oprechte geloof in de harten en dat oprechte geloof omhelst Christus en al Zijn verdiensten (art. 22 N.G.B.).

De Heere beloofde dat de Geest de wereld zal overtuigen van zonde, van gerechtigheid en oordeel. Allemaal zullen ze dus overtuigd worden van zonde, namelijk dat zij in Christus niet geloven.

En in allen zal de Heere Jezus verheerlijkt worden. Zij zullen Hem kennen als de enige Middelaar en Zaligmaker. De Geest van Christus zal het uit Christus nemen en het hen verkondigen.

Hij zal van Zichzelf niet spreken. De Heilige Geest die de dienaren van het Woord verlicht en te spreken geeft, zal van Zichzelf niet spreken. Hij zal Christus verheerlijken. De Heilige Geest is dus een stille Werker. Hij houdt Zich als het ware op de achtergrond. Wat Hij graag wil en doet, is de Heere Jezus in het hart groot maken. Daartoe wordt de prediking uitgezonden. Hoewel door de Geest bediend, zijn de dienaren herauten van de grote Koning.

De Geest is ook de Trooster. , , Dat Hij mij troost", zo zegt zondag 20.

Hoe zou de Geest ons troosten? Wel, voornamelijk dan, als Hij mij verzekert dat Christus met al Zijn weldaden mij geschonken is, en dat God de Heere met mij verzoend is en dat ik uit enkel genade vergeving van de zonde en het eeuwige leven om Christus' wil verkregen heb. Dat is niet alles wat Hij als Trooster doet. De naam Trooster wil zoveel zeggen als voorspraak of zaakwaarnemer.

De Heilige Geest is ook de Geest der gebeden. In Romeinen 8 : 26, 27 staat: En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen. En Die de harten doorzoekt, weet, welke de mening des Geestes zij, dewijl Hij naar God voor de heilige bidt".

De Geest bidt dus in de Zijnen. Hij neemt het voor hen op. Hij drijft tot het gebed. En Hij zal eeuwig met al Zijn lidmaten blijven. Hij bereidt de Bruid toe voor de Bruidegom en leidt hen en verlicht hen.

Verscheidenheid in Zijn werkingen

Dat is wat de Geest in allen doet. Dat is hetgeen wij allemaal nodig hebben. Met minder moeten wij het niet kunnen doen. Zondaar worden voor Hem, omdat wij in Hem niet hebben geloofd. Zondaar worden aan Zijn voeten en Hem leren kennen als onze Verlosser en Zondevernieler, en in nieuwigheid des levens wandelen. Alleen, de wegen waarlangs de Geest leidt om het daar te brengen, zijn heel verscheiden. Net als de bladeren van een boom: je herkent wel dat het een kastanjeblad is aan de vórm van het blad. maar elk blad is toch weer geheel enig, uniek! De stokbewaarder werd heel anders toegebracht dan Lydia. De drieduizend op de pinksterdag weer heel anders dan de discipelen zelf. En zie eens naar de elf discipelen, wat is daar niet een geweldig onderscheid in de leidingen van de Heere! Daarin komen ook de verschillen in karakter tot uitdrukking. De voortvarende Petrus is een geheel ander man dan de zwaarmoedige Thomas. En toch, allemaal zijn ze zondaren geworden en allemaal hebben ze in de Heere Jezus hun Borg leren kennen en ze hebben allemaal opgezien naar de hemel, naar de plaats waarheen de Heere opgevaren is. Samen zijn ze weer in eendrachtig gebed bijeengekomen te Jeruzalem.

Het stempel van de Geest is het werk van de heiligmaking. Dat is onvolkomen in dit leven. Zowel het geloof als de wandel in de geboden van de Heere is onvolkomen, daarom ook wisselend, verscheiden. Maar hoe verscheiden ook, toch zullen allen een verlangen ontvangen naar de volmaaktheid die komt. Dat doet de Bruid bidden, met de Geest mee, om de komst van de Heere. Kom, Heere Jezus, ja, kom haastelijk!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen