Kort verslag

van de Vergadering van Deputaten voor de Zending op 7 Juni 1949 te Amersfoort gehouden.

1. De voorzitter opent de vergadering.

2. Medegedeeld wordt, dat de bestelde Zendingsbusjes thans in het bezit gekomen zijn van den Quaestor, Mr Dr J. Meulink te Enschede. Bestellingen kunnen bij hem gedaan worden (adres: Ie Veldkampstraat 1).

3. Besproken worden de conclusies van de Nota van Ds Visée inzake ds besluiten der Generale Synode 1948 over de verhouding va.n den Hoofddienst en de Hulpdiensten. Deze conclusies worden, nadat er 'n enkele wijziging in is aangebracht, aanvaard. Zij luiden:

I. Door de uitspraak der Generale Synode van Amersfoort over de onderscheiding van hoofddienst en hulpdiensten, dat deze n.l. dringend herziening behoeft, is niets, veranderd voor de bestaande practijk van ons zendingswerk.

II. De Zendende Kerk is geroepen als voorheen — binnen het raam van de toegestane gelden — naast dezen hoofddienst ook de bestaande hulpdiensten te onderhouden.

III. Het is de Zendende Kerk niet geoorloofd voor en aleer de Generale Synode over de al-of niet-toelating van de hulpdiensten een beslissing heeft genomen, die hulpdiensten geheel of ten deele over te dragen aan vereenigingen.

IV. Een „overgangstoestand" van kerkelijke hulpdiensten voor de zending naar medische verzorging en schoolwerk door vereenigingen is er nog niet. Zulk een „intermezzo" treedt eerst in als de Synode van Kampen mocht besluiten de hulpdiensten los te laten en over te dragen.

V. Het onder III gezegde klemt des te meer, wijl een overdracht van de hulpdiensten egrst kan plaats hebben, wanneer volkomen duidelijk is, wat het karakter van het medische werk en den schoolarbeid zal zijn, door vereenigingen in stand gehouden en de verhouding van dit vereenigingswerk tot de zending.

VI. Tot aan de Synode van Kampen zijn deputaten en de Zendende Kerk gehouden de besluiten en afspraken van Amersfoort-1948 uit te voeren en geroepen er bij de Kerken op aan te dringen de quota ad f 1.75 per ziel minimum op te brengen en er de Kerken op te wijzen, dat deze verplichting voorrang heeft voor den steun aan Vereenigingen.

VII. Zendende Kerken en deputaten dringen er bij de bestaande en eventueel op te richten organisaties op aan zich tot de Gen. Synode 195i van elke rechtstreeksche bemoeiing met de in art. 9 Z.O. slechts bedoelde hulpdiensten te onthouden en zich te beperken tot de .suppletie van gelden (en goederen) voor den medischen dienst en voort te gaan met den steun aan de opgerichte of op te richten christelijke scholen voor de christenkinderen op Soemba, welke steun zal behooren te loopen over de Zendende Kerk.

Nu deze conclusies door Deputaten zijn vastgesteld, vloeit hieruit voort, dat aan de Zendende Kerk van Zwolle wordt geadviseerd terug te komen op haar besluit de hulpdiensten zoo spoedig mogelijk aam de Hulp-vereenigingen over te dragen.

4. Br Jasperse doet eenige mededeelingen over medicamenten, die besteld dienen te worden voor Dr Idema, zal deze zijn arbeid op Soemba ook maar eenigszins behoorlijk kunnen verrichten. De door de Gen, Syn. vastge-

stelde begrooting voor den medischen arbeid heeft maar een zeer geringe post voor medicamenten (slechts f 2000). Daaruit kan onmogelijk het voor het eerste halfjaar reeds benoodigde bedrag van ongeveer f 8000 worden betaald. Er is echter nog eenige reserve van een vorig jaar, waaruit de Zendende Kerk voorloopig deze kosten zal kunnen bestrijden. Br Jasperse spreekt de hoop uit, dat de opgerichte Vereeniging voor de Med. verzorging op de zendingsterreinen (Mevoz) in dit opzicht krachtigen steun zal kunnen en willen verleenen aan de Zendende Kerk voor het bijeen brengen van de noodige gelden. Deputaten stemmen met een en ander in. De geneesmiddelen zullen worden gezonden.

5. De Quaestor deelt mee aan achterstallige bijdragen voor het Zendingswerk over de jaren 1946, '47 en '48 alsnog ontvangen te hebben f 25.887, 03. De achterstand, die bedroeg f 36.817, 58 is daarmee voor een groot deel ingeloopen. Kerken, die nog achterstallige bijdragen in kas hebben, worden opgewekt deze thans zoo spoedig mogelijk af te 'dragen aan de class, quaestores, terwijl van deze verwacht wordt, dat zij ze dan direct overmaken op girorekening 442338 t.n. van den Quaestor der Generale" Kas van de Zending van de Gereformeerde Kerken te Enschede.

6. Des namiddags zijn Deputaten aanwezig geweest in een vergadering, belegd door de Vereenlglngen S.O.S., Mevoz en de Utr. Ver. voor de hulpdiensten op de Zendingsterrelnen, welke verg. stond onder leiding van Ds van Otterlo. Breedvoerig is in deze vergadering gesproken over den tot 1951 te volgen weg. De boven, sub 3, gememoreerde conclusies zijn besproken en toegelicht. Ket verblijdende resultaat van deze samenspreking is geweest, dat üe broeders zich met de daarin getrokken lijnen geheel konden vereenigen. Zij zullen zich thans zoo spoedig mogelijk tot de Zendende Kerk richten met voorstellen inzake het voor hg.ar rekening nemen van bepaalde onkosten van het zendingswerk. Gehoopt mag worden, dat daardoor de arbeid der hulpdiensten op het zendingsterrein in Oost-Soemba beter tot z'n recht zal kunnen komen. De nadruk wordt er nog eens op gelegd, dat van alle kerken een bijdrage a f 1.75 per ziel voor het geheel van den Zendingsarbeid wordt verwacht, te storten bij den Generalen Quaestor. Wat de Vereenigingen bijeen brengen is extra en komt ten goede aan bepaalde onderdealen van het werk. Deze steun-arbeld heeft de hartelijke instemming van Deputaten.

7. Na dankgebed van Ds Vink is de vergadering gesloten.

Namens de Deputaten voor de Zending,

H. VELTMAN, 2e scriba.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen