Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„De zin van hei leven ontglipt ons....”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„De zin van hei leven ontglipt ons....”

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Professor B. HOLWERDA:

Wanneer wij ons vandaag — op de avond van de nationale dodenherdenking •— zetten om uitdrukking te geven aan de „vermenigvuldigde gedachten" in ons bij het heengaan van professor Benne Holwerda, daa heeft dit voor ons nog een bijzondere zin. Het was vandaag ook de geboortedag van zijn oud-gemeentelid, onze zwager, Nic Waalewijn, uit Amersfoort, die voor het verzetswerk zijn leven heeft gegeven.

En nu wij herdenken, komen tal van herinneringen • in ons op. De bevestiging van ons huwelijk, met zijn prediking over „Kerkgemeenschap en huwelijkseenheid", naar aanleiding van de tekstwoorden Maleachi 2 : 15 (opgenomen in de bundel „Tot de dag aanlicht"), de doop van ons jongste kind op 14 October 1951, waarbij hij zijn bekende preek over Mattheus 18 : 1—6 heeft gehouden: „Indien gij niet wordt gelijk de kinderkens "

Wij hebben het voorrecht genoten prof. Holwerda nog te beluisteren op Zondag 20 April j.l. in zijn vroegere gemeente Amersfoort. Was het eigenlijk ook nu nog niet zijn gemeente? Het is de laatste 'Woordverkondiging voor zijn oud-gemeenteleden geweest. Hij had tot tekst gekozen Prediker 3 : 9—22 en het thema van deze prediking was, dat de zin van het leven ons allen ontglipt, zoals de Prediker het in dit hoofdstuk ons voorhoudt, vanwege de vloek der vergankelijkheid, de ergernis der eentonigheid en het kwaad der corruptie. Hoe spontaan wekte hij de schare, aan het einde van de dienst, met een eenvoudig handgebaar op de Here staande te belijden en te loven met de woorden van het zesde vers van Psalm 84; „Hij zal hun 't goede niet in nood onthouden, zelfs niet in de dood, die in oprechtheid voor Hem leven." En nu is dit goede reeds zijn deel geworden.

Het was niet de laatste maal, dat wij deze „prediker" zouden zien. Op de Maandagavond daaraanvolgende, toen 'wij in Utrecht in de trein naar Amersfoort hadden plaats genomen, kwam prof. Holwerda

van een lezing te Schiedam, en voegde hij zich bij ons om eveneens naar Amersfoort te reizen. Het gesprek, dat wij tijdens die treinreis met hem hebben gehad, zullen wij niet licht vergeten.

Altijd dezelfde hartelijke belangstelling voor gezin en arbeid van anderen. Welk een bewogenheid om het verlies van onze geliefde en diepbetreurde prof. Schilder en om de spanningen in ons kerkelijk leven. Uit zijn woorden bleek nog eens overduidelijk de innige verhouding tussen K. S. en hem, hoe zij elkaar met raad en daad terzijde hadden gestaan, en zijn grote bezorgdheid voor het leven van prof. Schilder in de laatste dagen vóór 23 Maart. Hij had het helaas juist gezien, toen hij in die dagen had gezegd, dat, wanneer het zo zou doorgaan, K. S. geen week meer onder ons zou zijn. Maar wie zou in het begin van de vorige week hetzelfde van hem hebben durven zeggen ?

Zou hij het geweten hebben, dat er mensen zijn geweest — Gode zij dank niet onder ons —, die na het verlies van prof. Schilder het hebben durven uitspreken: „wanneer Holwerda nu nog eens wegvalt, dan komen ze wel weer terug". Wij huiveren, zoals prof. Holwerda zelve huiverde bij de gedachte, toen hij zich in ons laatste gesprek afvroeg, hoe degenen, die Schilder met zijn afzettingsbul naar de hemel hebben laten gaan, toch wel de dood zouden moeten ingaan. In diepe bewogenheid voegde hij eraan toe; „zij zien het niet, wat zij daarmede hebben gedaan". Het harteleed, dat achter deze woorden schuilt, is niet in woorden uit te drukken.

Bewogenheid, ja, dat was een van de edele kenmerken in het leven van onze geliefde dode. Bleek uit zijn woorden, terwijl de trein voortratelde, niet, hoe hij in zijn leven als predikant en hoogleraar steeds dieper was gaan verstaan de bewogenheid voor het mensenleven? Hoe glansde deze bewogenheid door in zijn prediking, in het bijzonder na het verlies van zijn dochtertje? Maar zijn ziel is vertroost geworden. Hij heeft ervan getuigenis afgelegd in zijn drie preken, gebundeld onder de titel: , , 0m Uwentwil getroost".

En thans staan wij zelve in diepe bewogenheid aan zijn baar. Maar met zijn heengaan is het Woord, dat hij in zijn leven heeft verkondigd, gebleven. Dat alleen is onze troost, al buigt onze ziel zich neder in ons.

Wij zien prof. Holwerda nog zitten tegenover ons in de trein; wij horen nog zijn zachte stem, zijn getuigenis van de troost bij de dood van prof. Schilder.

In de laatste prediking, welke wij vorige maand van hem mochten horen, zeide hij: „Wij staan stil, doch God beweegt ons op de roltrap der historie".

Historie! Ja, Klaas Schilder, 19 December 1890— 23 Maart 1952; Benne Holwerda, 22 September 1909 , —30 April 1952. Geschiedenis van Gods Kerk in ons land. Geen historie van mensenlevens, doch van de Kerk, welke stand houdt tot de jongste dag.

Juist daarom mogen wij ook nu met de woorden van Prof. Holwerda belijden: „Om Uwentwil getroost".

Onze enige troost in leven en in sterven.

Rotterdam, 3 Mei 1952.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 mei 1952

De Reformatie | 8 Pagina's

„De zin van hei leven ontglipt ons....”

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 mei 1952

De Reformatie | 8 Pagina's