Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Racisme en de kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Racisme en de kerk

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als jong meisje was ik groot fan van Laura Ingalls Wilders (dag)boekenserie Het kleine huis – en als ik eerlijk ben, pak ik er nog steeds weleens naar. Het is heerlijk om je eigen leven even te laten voor wat het is en je door Laura mee te laten voeren door grote bossen en over eindeloze prairies.

‘We plaatsen onszelf in het centrum van de wereld en drijven mensen die niet in ons wereldbeeld passen bewust of onbewust naar de rand’

‘Zou onze omgang met racisme niet een hogere plek verdienen op de kerkelijke agenda?’

Het gezin Ingalls trekt door bossen die nog leeg zijn en over prairies waar niemand woont, zo doet Laura ons geloven. Charles Ingalls, Laura’s vader, is pionier en loodst het gezin per huifkar door het onontgonnen Kansas, Minnesota, Iowa en South Dakota. Het kleine huis vertelt niet alleen het verhaal van de familie Ingalls, maar van talloze gelukszoekers die de American Dream nastreefden: vrijheid, geluk en succes voor iedereen. Aangetrokken door de belofte van de Homestead Acts vanaf 1861 (een behoorlijke lap publieke grond waar je aanspraak op kon maken) emigreerden miljoenen Euro peanen naar de Verenigde Staten om daar een nieuwe toekomst op te bouwen. Maar hier gold: de een z’n brood is de ander z’n dood. De Amerikaanse bossen en prairies waren natuurlijk niet leeg, maar werden volop bewoond door verschillende inheemse stammen (door ons vaak ‘indianen’ genoemd). Laura wist dat ze onderweg waren naar het ‘indianengebied’ en dat ze een ‘papoose’ (indianenbaby) ging zien. ‘Maar hoe dan ook, de indianen zouden hier niet lang meer zijn’, schrijft ze in Het kleine huis op de prairie. ‘Pa had van iemand uit Washington gehoord dat het indianengebied binnenkort voor blanken vrijgegeven zou worden.’ De oorspronkelijke bewoners van Amerika werden door kolonisten en pioniers ofwel massaal gedood ofwel naar reservaten gedreven.

Centrum en rand

Als ik probeer onder woorden te brengen wat racisme is, denk ik: is dit niet precies het probleem? We plaatsen onszelf in het centrum van de wereld en drijven mensen die niet in ons wereldbeeld passen bewust of onbewust naar de rand. Dat kan op veel verschillende manieren, op kleine en grote schaal, bewust en onbewust. We kunnen mensen naar de rand drijven door onze tas nét even wat steviger vast te pakken als iemand die we vanwege zijn huidskleur niet vertrouwen naast ons komt zitten in de bus. We kunnen mensen in de kerk naar de rand drijven door hen niet gastvrij te onthalen, maar door naar hen te staren (zoals Aron Ibraahim vertelt in het interview in deze Wekker). We kunnen makkelijk uit het oog verliezen dat vluchtelingen medemensen zijn, zeker als ze door politici als ‘gevaar’ voor onze ‘joods-christelijke samenleving’ worden gezien.

Helaas werden ook met de Bijbel in de hand racistische en kolonialistische praktijken verdedigd. Slavernij is hiervan een schrijnend voorbeeld: uit buiting van mensen uit Afrika is geen probleem, want zij zijn toch maar na komelingen van Cham, en die is natuur lijk niet voor niets vervloekt, was de gedachte (die tot in preken toe werd uitgesproken). Ook bij de hier boven beschreven ‘verovering’ van Amerika door Europeanen was het onder liggende idee dat indianen onder andere vanwege hun huidskleur ondergeschikt zouden zijn aan Europeanen. Dit werd beargumenteerd met behulp van Bijbelteksten waarin over ‘zwart’ gesproken wordt. Dit soort redeneringen liggen niet ten grondslag aan de Bijbeltekst zelf, maar ontstaan door een verkeerde omgang met de Bijbel, laat prof. Peels in zijn theologenblog ‘Racisme in de Bijbel?’ (RD 08-09-2020) zien.

Zwart en wit

Wij zullen waarschijnlijk niet expliciet uitdragen dat witte mensen beter zijn dan zwarte mensen, maar ik denk dat ook onze kijk op mensen – of we dat nu willen of niet – gestempeld wordt door een patroon waarin ‘wit’ de norm is. Wat van die norm afwijkt, is ‘vreemd’ en is ondergeschikt daaraan. Dat is (voor bepaalde delen in ons land) deels verklaarbaar: als we wonen in een witte buurt, als we onze kinderen naar een witte school laten gaan, als we op zondag een witte kerk bezoeken, dan komen we ook gewoon niet zoveel in aanraking met mensen met een andere huidskleur en bevinden we ons in een witte bubbel. Is dat erg? Niet per se, maar daardoor kan ongemerkt het idee ontstaan dat er niets buiten ‘wit’ bestaat. We moeten de naïviteit voorbij, zegt Peels: ‘Sjablonen en karikaturen kunnen lang doorwerken, in onze denkbeelden, in onze woorden – terwijl we het ons nauwelijks of niet bewust zijn.’ Laten we beseffen dat racisme zonde is – zonde tegen God, die ieder mens naar zijn beeld heeft geschapen, maar ook zonde tegen onze medemens die we onnodig beschadigen. Het is een menselijke neiging om in hokjes te denken; niet alleen wat betreft huidskleur, ook wat betreft andere zaken waarin we onze eigen mening of positie tot graadmeter maken. We maken onszelf tot de maat der dingen, in plaats van dat we op Gods manier naar onze naaste kijken.

Hoe kunnen we ons bewust worden van onze houding? Hoe kunnen we als kerk een stap zetten in het vaak zo verhitte debat over racisme? ‘Breng in prediking, pastoraat, gebed en catechese de zonde van het racisme in het licht van Christus en verzwijg of relativeer deze niet’, stellen de predikanten W.H. den Hartog en J.H. Visser (RD 24-06-2020). Zou onze omgang met racisme niet een hogere plek verdienen op de kerkelijke agenda? Dat zou denk ik niet alleen goed zijn omdat de kerk in het verleden soms een negatieve rol speelde in bijvoorbeeld uitbuiting, maar ook omdat we van de Heere Jezus leren dat het goed is om de kant van de onderdrukte te kiezen. Concreet zouden we kunnen beginnen met het oog hebben voor Gods veelkleurige kerk. En dan niet alleen wereldwijd, maar allereerst gewoon in Nederland, waar ongeveer 1 miljoen christenmigranten wonen. In de Amsterdamse Bijlmer, bijvoorbeeld, waar zo’n 130 nationaliteiten vertegenwoordigd zijn, staan ten minste 150 geregistreerde kerken. Naar schatting 30% van de bevolking bezoekt een kerk. Veel van de kerkgangers zijn arm en sommigen hebben zelfs geen permanente verblijfsvergunning. Voor mij ging een wereld open toen ik het boekje De Bijbel in de Bijlmer van Samuel Lee, Theoloog des Vaderlands, las. Migranten brengen hun eigen blik op de Bijbel mee, bijvoorbeeld in de manier waarop ze Bijbelse migrantenverhalen (over Jozef, Ruth, Daniël en vele anderen) lezen. Ik denk dat we veel over de Bijbel kunnen leren als we met hen in gesprek gaan én dat dat ook onze kijk op niet-witte Nederlanders aanmerkelijk kan veranderen.

Het gesprek

Laten we ons afvragen met welke blik we naar anderen kijken. Laten we elkaar daar ook in opbouwen en corrigeren – het is heel makkelijk om mee te lachen met een grap die eigenlijk nét niet kan. Laten we naar anderen kijken met de gezindheid van Jezus Christus, voor Wie het niet van belang was uit welke cultuur iemand afkomstig was. Hij geeft het goede voorbeeld: Hij praat, als Joodse man, met een Samaritaanse vrouw. Totaal ongehoord! Een belangrijke les: om afstand in cultuur (maar ook in andere zaken) te overbruggen, moet je het gesprek aangaan. Toch lijkt het alsof Jezus en de vrouw langs elkaar heen praten. Op de vraag van de vrouw (‘Hoe vraagt U, Die een Jood bent, van mij te drinken, die een Samaritaanse vrouw ben? Want Joden hebben geen omgang met Samaritanen’) antwoordt Jezus: ‘Als u de gave van God kende, en Wie Hij is Die tegen u zegt: Geef Mij te drinken, u zou het Hem hebben gevraagd en Hij zou u levend water gegeven hebben.’ Hij negeert haar vraag: het gaat Hem niet om het verschil in cultuur of afkomst, maar om de bouw van het koninkrijk van zijn Vader. Laat dat ook ons doel zijn. Dan bepalen de verschillen (die natuurlijk niet ineens verdwenen zijn) niet meer onze houding, maar zoeken we naar wat bindt en worden we één in Christus.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 oktober 2020

De Wekker | 24 Pagina's

Racisme en de kerk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 oktober 2020

De Wekker | 24 Pagina's