Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kerk als oefenplaats voor inefficiëntie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kerk als oefenplaats voor inefficiëntie

5 minuten leestijd

Het moet meer, het moet beter en het moet sneller. Zo zou je onze tijd kunnen typeren. De kerk kan een plek zijn waar deze uitgangspunten worden bevraagd en waar een tegengeluid klinkt.

Pas las ik Rotterdam. Een ode aan inefficiëntie, het jongste boek van journalist Arjen van Veelen dat vorig jaar verscheen. Hij laat aan de hand van een stads- en havenbeeld zien dat we leven in een tijd waarin alles zo efficiënt mogelijk moet. Rotterdam is daarvan het voorbeeld bij uitstek. Kijk maar naar de Tweebosbuurt, waar honderden huizen (voornamelijk sociale huurwoningen) zijn afgebroken. Er zijn minder huizen voor in de plek gekomen. Niet efficiënt, denk je misschien op het eerste gezicht. Tot je leest dat deze huizen onbetaalbaar zijn voor de mensen uit de sociale huurwoningen. Het gaat er louter om wie het meeste opbrengt voor de stad – in termen van geld en prestige uiteraard.

In de haven blijkt het efficiëntiedenken volgens Van Veelen het meest. In de containerterminals op de Maasvlakte mag geen vierkante meter onbenut blijven. Daarmee staat de container symbool voor de logistieke revolutie: zo veel mogelijk spullen moeten in zo kort mogelijke tijd vervoerd worden. Dit heeft ook tot gevolg dat zeelui tijdenlang niet van hun vrachtschip af kunnen – de tijd ontbreekt simpelweg, want als er geladen of gelost is, moet er meteen weer gevaren worden.

Allemaal Rotterdam

Tot zover Rotterdam. Nu kun je denken: wat heeft dat met mijn leven te maken? Van Veelen laat zien: wij zijn allemaal Rotterdam. Ons leven en onze maatschappij zijn gericht op efficiëntie. Voorbeelden? De zelfscankassa en de mogelijkheid tot thuisbezorgen – beide opties zijn immers sneller dan in de rij staan. Maar waar zijn de praatjes bij de kassa gebleven? De winteropvang wordt gesloten zodra het ‘warm’ genoeg is. Maar is dat effectief en efficiënt of vooral buiten de menselijke maat gedacht? Ieder jaar verschijnen weer allerlei zelfhulpboeken op het gebied van planning en timemanagement. Ik heb er ook een aantal in de kast staan en sommige bevatten goede tips. Maar dragen betere planvaardigheden bij aan een rustiger leven, of zorgen ze ervoor dat je meer gaat doen, maar dan ‘efficiënter’? In mijn geval denk ik het laatste.

Het kan ook anders. Gelukkig zijn er de afgelopen jaren steeds meer tegengeluiden te horen. Deze profetische stemmen kunnen wat mij betreft niet luid genoeg klinken, want het efficiëntiedenken zit diep in ons verankerd.

We hebben mensen nodig die ons voorgaan in het anders-denken en vooral in het anders-doen. Ik denk bijvoorbeeld aan econoom en schrijver Paul Schenderling. Hij had een goedbetaalde baan, maar is bewust minder gaan werken, waardoor hij ook minder is gaan consumeren. Als je minder te besteden hebt, kun je immers ook minder spullen kopen. Als we blijven focussen op het zo efficiënt mogelijk inrichten van onze economie, werken we consumentisme en daarmee verspilling in de hand, zegt hij in zijn boek Er is leven na de groei.

Gods weg

Ik hoop dat de kerk een plek is waar ruimte is voor inefficiëntie. Daarin kan de Bijbel ons een spiegel voorhouden. God gaat met mensen niet de meest efficiënte weg. Dat begint al op pagina één van de Bijbel. Als je Genesis 1 hebt uitgelezen, denk je misschien dat het scheppingsverhaal af is. Maar dat is niet het geval: de eerste verzen van hoofdstuk 2 horen er ook bij. En daar staat eigenlijk de crux: Op de zevende dag rust God van Zijn werk. Dat had niet gehoeven. Hij had na dag zes ook kunnen denken: het is goed zo, de schepping is voltooid. Maar juist die zevende dag is essentieel. Bezig zijn is niet het hoogste goed – de sabbat kan met recht de kroon op de schepping genoemd worden.

Ook uit het vervolg van het Oude Testament blijkt dat God niet de meest efficiënte route kiest. Soms letterlijk, als het bevrijde volk Israël jarenlang door de woestijn moet dwalen in plaats van linea recta naar het beloofde land te trekken. Soms ook doordat het lijkt alsof God vergeet om trouw te zijn. Er zijn allerlei momenten waarop de uitwerking van Gods belofte aan een zijden draadje hangt, met als dieptepunt wel de ballingschap. Hoe zal er ooit weer een zoon van David op de troon zitten? Honderden jaren later is daar Jezus van Nazareth. Hij is de Zoon van David, zegt Mattheüs aan het begin van zijn evangelie. Maar dat deze Zoon van David door het krúis verlossing brengt? Dat is ongedacht en op het eerste gezicht niet bepaald doelgericht te noemen.

Vrijer worden

Hoe kunnen we ons in de christelijke gemeente, in lijn met wat de Bijbel ons voorhoudt, verhouden tot het efficiëntiedenken? ‘Bekering is vrijer worden naar wat deze wereld eist en vraagt’, hoorde ik Theoloog des Vaderlands Kees van Ekris pas zeggen in Bijbelpodcast Eerst dit. Daar kunnen we in de kerk mee oefenen, bijvoorbeeld door de zondag te (her)waarderen als radicaal moment van rust. Waarom? Omdat in Jezus Christus de tijd al vervuld is. Ik heb de gemeen-schap van de kerk nodig om dat in te zien. Het is goed dat de kerkdienst op zondagochtend mijn eigen ritme doorbreekt – soms hinderlijk doorbreekt, want er is altijd wel iets te doen. Maar als die kerkdienst er niet zou zijn, zou ik me nóg meer laten meeslepen in het efficiëntiedenken dat ook diep in mij geworteld is.

Ik denk nog eens aan de Tweebosbuurt, waar sociale huurwoningen verdwenen. Het moest er vooral gelikt uitzien. Wie een duur huis niet kan betalen, wordt uitgebannen naar de rand van de samenleving. Lijkt uw gemeente meer op de oude of op de nieuwe Tweebosbuurt? Is er ruimte voor wie niet succesvol is (naar de maatstaven van deze wereld) en voor wie lijdt onder het leven? Of kiezen we in de kerk ook vaak voor ‘wat voor ogen is’? Ik denk aan de weg die Jezus ging. Hij at doorgaans niet met de meest geslaagde mensen uit de samenleving. Integendeel. Hij was er voor wie gebukt ging onder de lasten van het leven. Als kerk kunnen we een tegengeluid laten horen tegen het efficiëntiedenken door er juist ook voor hen te zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 2024

De Wekker | 20 Pagina's

De kerk als oefenplaats voor inefficiëntie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 2024

De Wekker | 20 Pagina's