‘Door samen te zingen besef je: we eren dezelfde God’
Jelle Hoksbergen (35) woont met zijn vrouw en dochter in Nijmegen en draagt bij aan de muziek in de samenwerkingsgemeente NCGK. Twintig jaar geleden werd in de meeste gereformeerde diensten nog vooral orgel gespeeld, later stond men ook open voor de piano. Jelle raakte betrokken bij de kerkmuziek als pianist en daarna als koordirigent.
Jelle: ‘Drie jaar lang was ik cantor van onze gemeente en stelde ik de liedkeuze samen in overleg met de predikant. Nu dirigeer ik nog wel de cantorij van onze gemeente, bijvoorbeeld in bijzondere diensten met Kerst, Pasen, Eeuwigheidszondag en de zogenaamde Vierdaagsezondag, de zondag voorafgaand aan de Nijmeegse Vierdaagse. Dan zijn er meestal ook gasten in de kerk.’
Er zijn drie dingen die Jelle mooi vindt aan deze taak in de gemeente. ‘Ik vind het een prachtig iets om te mogen laten horen wat er allemaal aan mooie muziek bestaat. Met de cantorij zingen we vaak stukken die mensen nog niet kennen. Ik vind het ook leuk om te laten horen wat er met de wél bekende liederen allemaal kan. Met Kerst bijvoorbeeld zingen we aan het einde van de dienst ‘Ere zij God’. Veel mensen vinden het een langdradig lied, maar met trompet, strijkers, hobo, pauk en een tegenstem kan het toch weer fris gaan klinken. Het is ook mooi om op belangrijke momenten in mensenlevens met muziek bij te kunnen dragen: troost in verdrietige omstandigheden, vertrouwen in moeilijke tijden en blijde muziek bij feesten. Tot slot is het fijn dat er in de kerk altijd reden tot muziek is. Ik dirigeer ook niet-kerkelijke koren en dan werk je een of twee keer per jaar naar een concert toe. Maar in de kerk mag je week aan week de lofzang aanheffen. Het gaat steeds door.’
Er zijn ook nadelige kanten aan deze taak in de gemeente. ‘Het blijft voor een deel een gevoelskwestie. Als cantorij hopen we bijvoorbeeld met onze muziek de feestvreugde te verhogen bij Kerst en Pasen, om de blijde boodschap te onderstrepen. Maar niet iedereen wordt blij van dezelfde soort muziek.
Wat ook hinderlijk kan zijn: je wilt de kerkmuziek iets van de hele gemeente laten zijn, dat iedereen haar of zijn inbreng heeft. Je wilt ook een bepaalde kwaliteit nastreven en dat staat soms op gespannen voet. Je maakt muziek voor God, daarom is het aan de ene kant altijd goed, net als een kindertekening: het gaat er vooral om dat het met de oprechte bedoelingen is gemaakt. Aan de andere kant: je biedt de lofzang als een gave aan God aan, dan moet je ook het beste brengen wat je op dat moment kunt.’
Samen zingen in de kerk, Jelle hoopt dat het altijd zo blijft. ‘In alle protestantse kerken is samenzang toch wel de basis van de kerkmuziek. We zijn in de kerk met allerlei verschillende achtergronden en meningen, maar door samen te zingen besef je toch weer: we eren dezelfde God.’
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 maart 2025
De Wekker | 36 Pagina's