Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET BOEK VAN DE WEEK

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Quirinus Breen, John Calvin: A Study in French Humanism. A Dissertation to the Graduate faculty in Candidacy for the degree of Doctor of Philosophy. Department of Church History (The University of Cicago). Wra. B. Eerdmans Publishing Company, Grand Rapids, Mich., 1931.

Calvijn en nog eens Calviju. Laten we niet klagen en nog minder roemen. Niet klagen, omdat er een tijd geweest is, dat er misschien nog wel over Calvijn gepraat werd hier en daar, maar het bekende „meer geprezen dan gelezen" zeker op zijn werken van toepassing was. Niet klagen ook, omdat de Calvijn-studie bij niet weinigen gepaard gaat met Calvijn-waardeering. Het is nog maar een goede vijf en twintig jaar geleden, dat we met eenige verbazing, maar toch ook met groote dankbaarheid hoorden, dat er in Frankrijk een zekere Doumerg'ue leefde, die veel deed aan de studie van Calvijn. Maar werd er dan — was "het alleen uit leeciwezen 01 OOK om onszelT gerust te stellen dat wij tóch de eigenlijke Calvinisten bleven? — aan toegevoegd, geestverwant van Calvijn is hij nu niet in elk opzicht. <

Zoo spraken we in een periode, die nu al heel lang achter ons ligt. Want wat is er al niet gebeurd? Doch — Doumergue leeft nog en werkt nog en geeft nog studiën over Calvijn. En — het staat niet aan mij oim een oordeel over hem uit te spreken — maar ik geloot toch, dat hij dichter bij het oude Calvinisme is gekomen dan te voren. En hij is niet de eenige! Barth en Brumier willen ook Calvinisten zijn, althans de eerste. Ik weet wel, hoe er over dit Calvinisme te oordeelen valt en ik zal er evenmin tevreden mee zijn, als hun landgenoot Grob te Zurich. Maar men wil toch Calvinist, 'Gereformeerd zijn. En er is een tijd geweest, dat ieder fatsoenlijk man zich daarvoor zou geschaamd hebben.

Dat brengt mij bij de andere zijde. We moeten niet alleen roemen. Wat is de oorzaak geweest, dat Calvijn weder in eere kwam? Zeker niet alleen afkeer van de ervaringstheologie, die zich altijd meer naar Luther oriënteert. Troeltsch, die de beteekenis van het Calvinisme in de geschiedenis zag, heeft ook niet te vergeefs geleefd. Maar het optreden van Troeltsch leert ook, dat er iets decadents kan liggen in een historisch onderzoek. Dat is daar, waar geen onderzoek is om hetgeen, waarvan men zich geestverwant weet, beter te verstaan, maar waar men, omdat men zelf niel; s meer te zeggen heeft, gaat zoeken in het verleden. Er is nog een reden om niet te roemen. Vergelijken we eens, wat men in Duitschland voor Luther heeft , gedaan, dan komt Calvijn nog veel te kort.

Daarom blijft er vooralsnog alle reden om elke studie over Calvijn met vreugde te begroeten. Vooral wanneer die komt van een geestverwant van "Calvijn. Daarom ben ik blijde, dat ik hier de aandacht mag vestigen op een proefschrift over Calvijn, geschreven door een Calvinist. Het komt uit Amerika en diende om aan de universiteit' te Chicago den titel van doctor in de pholosophie te verwerven. De titel luidt: John Oalvin: a study in French Humanism. De naam van den schrijver is Quirinus Breen, die van den uitgever Wm. B. Eerdmans, 'Pub. Co'., G-rand Rapids, Mich.

Nu dus niet Calvijn de theoloog, maar Calvijn de jurist en Calvijn de litterator. Oofc de tijdgenooten van Calvijn. Maar dat, laat ons er dat dadelijk aan mogen toevoegen, met de bedoeling om 'den geheelen Calvijn, bepaald ook den theoloog Calvijn, beter te leeren verstaan. In zooverre is het laats l; e of zevende hoofdstuk van dit boek het belangrijkste, I i waarin de baten worden opgenoemd, die Calvijn later na zijn bekeering van zijn humanistische vorming heeft genoten. Dat spitst zich dan weer toe in de derde af deeling van" dit hoofdstuk, waarin ten aanzien van een aantal concrete punten wordt opgenoemd, welke die baten waren. In het middelpunt staat daarbij het stuk van de gemeene gratie. Overigens kan ook gesproken worden van een bepaalde breuk met het humanisme.

Zie hier het groote belang van dit boek. Nu verklaar ik dadelijk, dat ik niet in staat ben om te zeggen, of wat Dr Breen over Calvijn schrijft in elk opzicht historisch juist is. Om dat te kunnen doen, moet men meer in bijzonderheden studie gemaakt hebben van "Calvijn en zijn tijd, dan door mij is gedaan. Ik verklaar oo-k, dat Dr Breen mij wat veel afhankelijk lijkt van wat anderen over Calvijn hebben geschreven en dat hij; verstandiger had gedaan met wat minder in het Engelsch te vertalen en wat meer de eigen woorden van Calvijn in het oorspronkelijke te geven. Maar misschien is in Amerika, waar men nu eenmaal ver van Frankrijk en Zwitserland is en voor Amerika niet anders mogelijk. Maar met dit dubbele voorbehoud, waarvan het eerste beteekent het afwijzen van een eigenlijke beoordeeling, kan ik verklaren, dat ik dit boek met genoegen heb gelezen.

Eerst oan zijn breede opzet. We zien Calvijn inderdaad tegen den achtergrond van zijn tijd. Daardoor juist zien we, wat Calvijn meer was dan zijn tijd, wat hij aan zijn tijd heeft gebracht. In de tweede plaats, omdat we duidelijk hooren, waar de verdiensten van Calvijn op juridisch en bepaald O'ok op literair-wijsgeerig gebied lagen. Dan om de v/ijze, waarop Dr Breen de stof heeft verwerkt. Hij schrijft duidelijk, geeft korte paragrafen, die helder uiteen zetten, wat de bedoeling is; hij is gelukkig in de keuze van zijn citaten.

Dit is een boek, dat niet alleen voor theologen geschikt is. Wie Engelsch kent, kan het lezen. En het lijkt me een boek', dat wel in breedereo. kring belangstelling zal wekken. Juist omdat het zooveel over het humanisme, de universiteiten, de studie, vele geleerden in het algemeen geeft.

Het brengt op de hoogte van het wetenschappelijk leven uit het eerste deel van de zestiende eeuw. Het laat zien, wat Calvijn en het Calvinisme daaraan hebben te danken.. Maar ook, hoezeer Calvijn ons verder bracht.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's