Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HOOFDARTIKEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOOFDARTIKEL

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Bucbman-beweglng. *)

III.

Een gemeenschap en broedersciiap, als in het oudste Christendom bestaan zouden hebben, wil de Heüige Geest in de Buchman-beweging stichten op den grondslag der ervaring.

Tot nog toe hebben wij vergeten, dat de mensch gewooïiMjk God pas leert kennen door eigen ervaring, en niet door een abstracte omisohrijving. ^) En toch zijn wij dan pas in staat, om, evenals de Apostelen na Pinksteren, er op uit te gaan en die wereld te veroveren, wanneer wij de grootstmogedijke ervaring van God en van Christus en den Heiligen Geest hebben opgedaan. ^) Want wij moeten spreken, niet wat wij gelooven of hopen, maar wat wij ervaren hebben. Wij hebben geen nieuwe waarhedien of nieuwe dogmata of wat ook, maar nieuwe menschen noodig. *)

Nu is ervaring altijd een moeUijk woord. En daarom zoo moeilijk, omdat het eindeloos verschillende beteekenissen heeft en menigmaal zelfs in vlak tegenovergesbelden zin gebruikt wordt. °) En dienovereenkomstig verstaat men ook bij de Buchman-beweging er niet altijd hetzelfde onder.

Ervaring heeft bij haar allereerst een meer mystisch karakter. Zij is dan ongeveer het zelfde als waarneming. Buchman zelf wordt ons voorgesteld als een geboren mysticus, behoorend' tot het geslacht en de nakomelingschap van alle oprechte mystieken; ") waarmee blijkbaar bedoeld wordt, dat hij, evenals de groote mystici der vorige eeuwen, soms tot de visio Dei of de aanschouwing Gods opklimt en met den apostel Johannes kan peggen, dat hij spreekt datgene, dat hij met de oogen gezien en met de ooren gehoord en met de handen getast heeft.

Reeds zijn bekeering zou in het doorleven van een dergelijke ervaring bestaan hebben. Na een zwervend leven met velerlei wederwaardigheden, die hier niet behoeven vermeld te worden, ') en terwijl hij in zijn hart rondliep met een wrok tegen het bestuur van een jongens-hospitium in Philadelphia, waaraan hij eerst verbonden was geweest, doch waarmee hij later in conflict was geraakt, kwam hij in een Engelsch dorpskerkje van de 'Pinkstergemeente. 8) En daar geschiedde het. Onder de prediking van een voorgangster over het kruis van Christus, doemde dit kruis zelf in eens op voor zijn gezicht. De twee gewaarwordingen, die zich bij dit visioen het eerst bij hem opdrongen, waren vooreerst het besef van de diepe kloof tusschen hem en den lijdenden Christus, en daarina een gevoel van de oneindige smart, die op het gelaat van den Meester uitgesproken lag. Op deze heide gewaarwordingen volgde de golfslag van een diepe ontroering, die zijn ziel uit haar zelfzucht uithief en over den diepen afgrond naar den voet van het kruis heendroeg. Toen gaf Buchman zich geheel aan den goddelijken wil over. Het hinken op twee gedachten nam een einde. Elk gevoel van minderwaardigheid en hulpeloosheid verloor hij; en in plaats daarvan doorstroomde hem een gevoel van büjdschap en verlichting. Dit alles was slechts het werk van één oogenblik; maar deze ervaring besliste toch voor zijn' gansche leven. ^)

En dergelijke verhalen keeren bij de Buchmanbeweging telkens terug. De een vertelt, hoe hij naar een bergtop heengevoerd en daar vlak voor God geplaatst werd. i°) Een ander bidt, dat omgekeerd God dwars door het dak naar omlaag moge idalen. i^) Een derde voelt de werking van den Heiligen Geest als een electrischen schok door zijn leden varen, i^) Een vierde hoort, hoe in een droom hem toegefluisterd wordt, dat zijn dood aanstaande is. 1') Nog weer anderen zijn er, door wie de Heiland, hetzij in Zijn lijdensgestalte, hetzij als de Verrezene, opnieuw gezien wordt, i*) Terwijl bovendien van ieder Buchmanniaan verwacht wordt, dat hij — zooals ons later nog blijken zal — in zijn stillen tijd, bij het ontvangen van de lei^ ding van den Heüigen Geest, de stem Gods hooren en daarmee ervaringen opdoen zal als van Mozes en Samuel, Jona en Jes^ja, Ananias en Paulus en vele anderen, van wie de bijbel spreekt, i") Doch vooral Russell heeft in dit opzicht heel wat mieegemaakt. Hij doet mededeeling van het hooren van stemmen en het krijgen van ingevingen IS); van vervoering en extase i'X van een visioen, waarbij de Christus in zijn kamer stond is), , ien van een verkeeren aan den zoom van het paradijs en al dergelijke, i») Hij dweept met het photisme, ^o) het zien van buitengewone Uchtverschijnselen, zooals Paulus op den weg naar Damaskus en keizer ConstanÜjn in het teeken des kruises aan den hemel heeft aanschouwd. Daar God, behalve Leven en Liefde, ook Licht is, moet Hij ook als zoodanig door ons worden ervaren en waargenomen. 'Want de regel geldt niet absoluut, dat zalig zij zijn, die niet gezien en toch zullen geloofd hebben. ^^)

Maar ervaring kan ook een andere beteekenis hebben. Het kan ook beduiden, dat ge iets bij ervaring, experimenteel of proefondervindeUjk, door de kracht en de werking er van te ondergaan, hebt leeren kennen. En het is dit soort ervaringen, die dus niet een mysüsch maar een practisch karakter dragen, die de Buchman-bewi^ng verder op het oog heeft. In deze eeuw, waarin de natuurwetenschap alles proefondervindehjk wil bewijzen, kunnen wij het bovennatuurlijke beter demonstreeren dan bewijzen. ^^)

God zelf is praktisch ingesteld. Waar Hij aanwezig is, gebeurt altijd iets; zoodat straks uit •deze werkingen terug geconcludeerd mag worden, dat Hij daar werkelijk tegenwoordig was. ^^)

En met Jezus was het niet anders. Ook Zijn heele optreden was ingericht op de praktijk. Want Hij kwam in de wereld om zondaars zalig te maken. En dit is nog de opdracht, die Hij geeift aan hen, die zich aan Hem hebben overgegeven. ^^) Wij moeten onze vrienden tot Jezus brengen, zooals Andreas zijn broeder tot Hem bracht en de knaap bij de spijziging in de woestijn de gerstenbrooden. De HeiUge Geest wil, dat wij werken ziülen doen, ki-achten oefenen; en ons voornaamste werk is altijd het maken van bekeerlingen. Het koninkrijk der hemelen mag geen idee blijven, maar moet een daad worden, ^s) Indien wij hierin voortgang maken, is liiermee bewezen, dat wij het koninkrijk van Christus of het koninkrijk der bruikbaarheid zijn ingegaan, ^s) Maar indien wij geen honderd, geen vijftig, geen twintig, zelfs geen tien menschen kunnen noemen, die door ons be- 'keerd zijn, mogen wij ons wel hoeden, zoowel voor ons zelf als voor onze leer. Want tegen aHe kritiek en tegenwerping tegen het Christendom is er geen ander antwoord dan de oude, pragmatische, nieuwtestamentische maatstaf der geestelijke vruchten. ^') In deze vruchten wordt ons Christen-zijn onfeilbaar gekeurd'.

Tot dit Christendom gaan wij persoonlijk in idoor een zeer krachtige en intensieve wUsdaad, idie door de Buchman-beweging wedergeboorte, bekeering en vooral de overgave wordt genoemd. Oorspronkelijk leven wij in de zonde. Onze ziel is gedeeld. Onze wil hgt gespleten. Er gaapt een kloof in ons binnenste. Er leeft in onis een tweeheid, die Plato het witte en het zwarte paard, die Paulus vleesch en geest, die Christus God en mammon heeft genoemd, ^s) Het diepst van lOns bestaan wordt gevormd door die nare streek in ons hart, waar wij zelf in diepe vereenzaming wonen en waar willen en niet-willen tegenover elkander staan, ^s)

Eenerzijds staat achter het geweldige wereldproces Christus als de Leider, die met Zijn Geest of met Zijn universeelen wereldwil in alles en allen, en dus ook in ons leeft, en die aldus de wereld naar haar voltooiing heenstuwt. ^o) Dit is het hoogere van onze natuur, een deel van God zelf, dat Hij bij ons heeft achtergelaten. 3i)

Maar aan den anderen kant verheft zich in ons binnenste, wat W. J. Oehler, een der Duitsche Buchmannianen, genoemd heeft: ons dikke Ik. Wij zijn gezwollen van binnen. Wij vinden onszelf te gewichtig. Wij hebben veel te groote gedachten van ons zelf en zijn al te zeer op onze eer gesteld. rWant onze wortelzonde is de hoogmoed of de zelfzucht en in dezen zin de onafhankelijkheid Van God. 32)

Een objectieve, voor allen geldende maatstaf, om uit te maken, wanneer wij de grens overschrijden en tot hoogmoed geraken, bestaat er niet. Want zonde is alles, dat door het hoogere deel van onze natuur verboden wordt. En daar 'dit hoogere deel bij geen enkel mensch gelijk reageert, zal de een goed vinden, , wat de ander verboden acht, en omgekeerd, ^s) Maar ondanks deze relativiteit bestaat er toch in het wezen der zaak geen verschU. Evenals overal in de wereld

kraaien zwart zijn en tiet gras groen is, ^*) zoo doet de zonde altijd en overal dezie zelfde üliigen. Zij verblindt ons, zoodat wij ons onze •ware verhouding tot Cliristus, die immers met Zijn wereldwil in ons leeft, niet bewust zijn. Zij bindt ons in angst aan onszelf, zoodat wij voor alles en ieder bevreesd zijn. Zij vermenigvuldigt zich, omdat op de eerste zonde altijd noodwendig een tweede volgl. Zij doodt ons, d.w.z. zij maakt ons doof en ongevoelig, om Gods stem te hooren. ^s) En in en door dit alles bewerkt zij, dat wij onze juiste plaats in het wereldgeheel niet innemen en de goddelijke wereldwil bij ons niet doorstroomen kan. En omdat wij door onze gezwodlenheid de doorslrooming van den goddelijken wereldwil belemmeren, ontstaan allereerst bij ons zelf allerlei psychische storingen en verstoppimgen en krampen, zooals de angst in haar velerlei gedaanten, minderwaardigheidsgevoel, eergierigheid, heerschzucht, verkwisting, gierigheid en dergelijke; en ttiouden wij voorts de groote wereldevolutie 'tegen, se) Jn plaats van dat wij het groeiproces vooruit brengen, zetten wij het achteruit. Een zondaar is als een cel in het memschelijk lichaam, die weigert mee te groeien. En zonde is de kanker van het geestelijke leven, s? ) Zij is alles wat ons van God en onzen naaste verwijdert, zoodat "wij achter hooge muren zoowel van HJem als van hen gescheiden zijn en in den grooten wereldloop niet behooiiijk in 't gelid mee-marcheeren. ^s)

In dit zondaarsbestaan komt geen verandering dan door een daad van onzen wil. Men kan er over verschillen of wij nog voor 50 pCt. of 10 pCt. of maar nauwelijks voor 1 pCt. wilsvrijheid hebben. Dit zal ook wel bij de verscliillende menschen verschillend zijn. Doch wils-vrijheid bezit ieder nog. Anders zouden wij geen zedelijke, verantwoordelijke personen zooals God zijn. ^^)

Doch wat wij bezitten moet ook in actie gezet. Al is het waar, dat alleen Gods Geest iemand kan bekoeren, toch moeten wij zelf meewerken door ons voor dezen invloed open te stellen en onze bekeering voor te bereiden door de daad der overgave. ^")

Nergens geschiedt dit beter dan bij hel kruis van Christus. Daar, waai- Hij, die de Hieer was. Zijn laatste, ja Zijn allerlaatste weggaf — daar ontdek ik pas recht, hoe dik mijn Ik is, en daar rijst de begeerte. Hem gelijk te wezen, ^i) En dit brengt de beslissing. De goede begeerte en de betere wil winnen het van de slechtere. Met een forschen greep grijpen wij heel ons innerlijk leven samisn en geven het geheel, als een eenheid, onvoorwaardelijk over aan den wil van onzen Schepper.

Wij geven ons zelf dan niet weg; want wat wij •weggeven, zijn wij kwijt, en dit zou slechts negatieve resultaten opleveren. Maar wij geven ons over; wat insluit dat wij ons positief offeren, en dat er iemand is, die ons in ontvangst wil nemen en ons straks weer aan ons zelf teruggeven zal. ^^) Met diepe liefde en de volle gave van ons hart geven wij ons zelf over in de handen van Hem, van Wien wij alles hebben ontvangen, om voortaan in alles ons te laten leiden door Zijn Geest. *s) Wij voegen onze persoonlijkheid weer in den wil of het wereldplan Gods in. Wij aanvaarden Gods plan met ons leven en stellen ons volkomen open voor Zijn wil. < i*) Wij bewerken, dat de meta-phj'^sika, de wereldwil Gods, die achter (meta) ons natuurlijk bestaan (physika) stond, weer doorgaat en bij ons tot openbaring komt.«)

En op hetzelfde moment, dat wij ons aldus over- '^even, worden God en wij met elkander verkoend. *e) Aan den voet van het kruis wordt het vredesverdrag geteekend.") Wij ontvangen vergeving. Niet, dat wij in Roomschen zin een aflaat krijgen, *s) of dat ons onze schuld kwijtgescholden wordt. Maar de scheidingswand valt weg. Alles, wat ons van 'God en onzen naaste verwijderd hield, stort ineen. ^^) De goddelijke wereldwil kan weer doorstroomen bij ons.

En uit deze wilsdaad der overgave van ons als wortel, komt tegelijk als vrucht een gemoedsaandoening of gevoels-ervaring op. so) Een tot nog toe ongekende vreugde doorstroomt ons, die, nader beschouwd, uit deze drie elementen bestaat: een vaste overtuiging van de werkelijkheid van Gods antwoord op ons roepen; een gevoel der algeheele bevrijding van de gedeeldheid in onze persoonlijkheid en een gevoel van scheppende kracht, om anderer levens even gelukkig te maken als het onze. ^1) De innerlijke gedeeldheid is opgeheven. De chaos in een kosmos veranderd. Onze wil werd wedergeboren. Uit een gebroken, vereenzaamd bestaan zijn wij tot een nieuw leven ingegaan.


1) Sinds ik het vorige artikel schreef, kreeg ik kennis van de HoUandsche vertaling van Shoemaker's The Conversion of the Church, onder den titel: De herboren kerk, die ik voortaan tot gemak van de lezers citeer.

2) Shoemaker, De herboren kerk, 49.

3) Idem, t.a.p. 28; idem Twice-bom Ministers, 162; Russell, Alleen voor zondaars, 240.

4) Begbie, Life changers, 157—166.

5) Hierover handelt nader mijn diss.. Wezen en waarde der religieuze ervaring, 5 v.v.

6) Begbie, t.a.p. 25, 152—153; Russell, t.a.p. 62.

7) Over bizonderheden van Budhman's levensloop kan men o.a. lezen bij Russell, t.a.p 62 v.v., en J. Ferdinand Laun, Unter Gottes Führung, 155 v.v.

Gottes Führung, 155 v.v. 8) J. c. Brovm, The Oxford-group movement, 11; A. C. Gaebelein, Buchmanism, 5.

9) Hierover kan men, behalve op de bovengenoemde plaatsen ook nog lezen bij Begbie, ta.p. 28—30.

10) Begbie, t.a.p. 62—63.

U) Russell, Een ding weet ik, 28—29.

12) Idem, t.a.p. 35.

13) Idem, t.a.p. 129—130.

14) Idem, t.a.p. 24—25.

15) Laun, t.a.p. 205.

16) Russell, Alleen voor zondaars, 9—10, 20, 80, 110, 174.

17) Idem, t.a.p. 130.

18) Idem, t.a.p. 119—120.

19) Idem, t.a.p. 130—133, 202—203, 256, 260—261.

20) Idem, Een ding weet ik, 139—159.

21) Idem, t.a.p. 24—25.

22) Shoemaker, De herboren kerk, 64—65.

23) Theophil Spoerri, Die Erneuerung des Glaubens und der Gemeinschaft, 6.

24) Shoemaker, Twice-^born Ministers, 108.

25) Idem, Realising religion, 90.

26) Russell, Alleen voor zondaars, 101.

27) Shoemaker, Twice^born Ministers, 108—109.

28) Idem, Realizing religion, 35.

29) Begbie, t.a.p. 33.

30) Laun, t.a.p. 170.

31) Begbie, t.a.p. 156.

32) Russell, t.a.p. 70; Begbie, t.a.p. 183.

33) Shoemaker, t.a.p. 34.

34) Russell, t.a.p. 182; Begbie, t.a.p. 106; Spoerri, t.a.p. 5,

35) Russell, t.a.p. 358—360.

36) Spoerri, t.a.p. 9. 'Vooral Oehler heeft in zijn werkje Angst? alle soorten van angst en in 'Wir Pharisaer alle andere misstanden en zonden in onze ziel tot hoogmoed herleid; zie ook zijn "Vom „Dicken Ich" und seiner Hingabe.

37) Begbje, ta.p. 15—16; 35.

38) Shoemaker, Realizing religion, 35; Laun, t.a.p. 206; G. van 'Wassenaer, Een jonge Réveil-beweging, art. in 'Woord en Daad X, 13.

39) Oehler, Vom „Dicken Ich", 17—18.

40) Shoemaker, De herboren kerk, 40—41.

41) Oehler, t.a.p. 36,

42) Idem, t.a.p. 33.

43) Allen, t.a.p. 131.

44) Shoemaker, De herboren kerk, 41.

45) Laun, t.a.p. 171. 46) Shoemaker, Realizing religion, 56, en verder 43—61.

47) Oehler, t.a.p. 33—36.

48) D. Paul Ie Seur, 'Von der neuen Oxford-Gruppen-bewegung, 9.

49) Russell, Ben ding weet ik, 151.

50) Idem, Alleen voor zondaars, 68, 105. ., ..

51) Begbie, t.a.p. 21.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

HOOFDARTIKEL

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1935

De Reformatie | 8 Pagina's