Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Open brief aan een vriend dien ge overal ontmoet en die nergens woont - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Open brief aan een vriend dien ge overal ontmoet en die nergens woont - pagina 8

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

onvoorwaardelijk zijn, w a n t God geeft, dat is: m a a k t hun deelachtig in het hart, die heilsbelofte zonder dat zij (dat is die u i t v e r k o r e n e n ) er iets voor moeten doen om ze deelachtig t e worden. Maar die heilsbeloften zijn voor de n i e t - u i t v e r k o r e n e n voorwaardelijk, d a t is zij zullen ze deelachtig worden als zij gelooven en zich bekeeren. I. D a t door die wedergeboorte der uitverkorenen eigenlijk het G e n a d e verbond tot stand komt, want h e t Genadeverbond is toch die b e t r e k k i n g w a a r i n de zondaar door Christus met God verzoend w o r d t en in v e r b o n d s gemeenschap met God komt en leeft. Die innerlijke, m e t God verzoende b e t r e k k i n g , k o m t echter natuurlijk niet tot stand bij de niet-uitverkorenen, want die w o r d e n n i e t wedergeboren. g. D a t d a a r o m ook de S a c r a m e n t e n onvoorwaardelijke heilsverzekeringen zijn v o o r de uitverkorenen; m a a r dat ze voor de niet-uitverkorenen zijn uitwendige teekenen van de voorwaardelijke heilsbelofte zooals die door h e t Evangelie tot alle m e n s c h e n komt, die onder het evangelie leven. h. Dat daarom uitverkoren kinderen recht h e b b e n op den doop in vollen zin m a a r de niet-uitverkoren geen recht hebben op den doop in d e n diepen zin, m a a r alleen een recht h e b b e n op den doop als uitwendig teeken van de voorwaardelijke heilsbelofte en dat men den Doop dier niet uitverkorenen niet kan b e s c h o u w e n als Doop in vollen zin. i. D a t de uitverkorenen de zaligheid zekerlijk zullen beërven, maar de niet u i t v e r k o r e n e n die niet zullen beërven, omdat ze niet voldoen aan de voorwaarde van geloof en bekeering. Het vorige is, ofschoon onvolledig, de hoofdzaak v a n w a t Toelichting en Praeadvies leeren inzake Genadeverbond en S a c r a m e n t e n , w a a r nog bijkomt beschouwingen over het Doopsformulier voor kleine k i n d e r e n der geloovigen. W a t dit laatste betreft zeggen Toelichting en P r a e a d v i e s , d a t : a. „Het in Christus geheiligd" van de eerste Doopvraag „wedergeboorte" beteekent en dat in het begin v a n de b. Dankzegging n a den doop gedankt wordt voor den door den gedoopte ontvangen genade, ontvangen nl. in het h a r t : en dat die genade d e r w e d e r geboorte niet was gegeven door den doop. m a a r als in h e t h a r t aanwezig zijnde verondersteld werd. Was die genade (veronderstellende wijze) er n i e t in d e n doopeling, dan h a d er om gebeden moeten zijn in dat dankgebed. En w e r d er wel i n het gebed vóór den Doop, om die genade d e r w e d e r geboorte, gebeden, dan moest dit v e r s t a a n w o r d e n als een gebed om bevestiging en versterking in de genade. c. Dat h e e l het doopsformulier slechts v e r s t a a n kan w o r d e n als dat daarin gesproken w e r d v a n Ouders en kinderen, die deze genade ontvangen hadden. d. Dat ook in den Catechismus, Zondag 25-27, steeds gesproken werd bij de S a c r a m e n t e n , dat die w a r e n teekenen en zegelen van ontvangen genade. De geloovige is gewasschen door h e t bloed en den Geest v a n Christus. En wat w a s nu hierop het a n t w o o r d der b e z w a a r d e n ? Welke stellingen werden daartegenover gesteld? Welke b e z w a r e n daartegen ingebracht? Kort samengevat en slechts in hoofdzaak weergegeven het volgende: A. Dat God Zijnzüds geheel vrijmachtig Zijn genade-verbond opricht m e t A b r a h a m on zijn zaad, m e t de geloovigen en hun k i n d e r e n . E. Dat e c h t e r de vorm, w a a r i n Hij dat verbond ons b e k e n d maakt, de voorwaardelijke vorm is. God belooft in het genadeverbond aan Zijn bondelingen de genade des verbonds onder v o o r w a a r d e van geloof en bekcering. C. Dat d a a r o m die eisch van geloof en bekeering den bondelingcn m e t cinst moet worden gepredikt, omdat alleen wie geloofd zal h e b b e n en gedoopt zal zijn, zal zalig w o r d e n ; m a a r wie niet geloofd zal hebben zal verdoemd worden. D. Dat dit echter geenszins de kleine kinderen d e r geloovigen, die God voor h u n vcrstandcgebruik, en d u s ook voordal zijzelf m e t t e r d a a d gclooven 6

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Kampen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900

Vrijmakingsbrochures | 18 Pagina's

Open brief aan een vriend dien ge overal ontmoet en die nergens woont - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900

Vrijmakingsbrochures | 18 Pagina's