Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dwaling

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dwaling

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vrij algemeen zijn onder ons Christel volk bekend: vraag en antwoord twee de Heidelb. Catechismus.
Zij luiden aldus:
„Hoeveel stukken zijn U noodig weten, opdat gij in dezen troost zalig leve en sterven moogt?”
„Drie stukken”, zegt het antwoord, „te eerste hoe groot mijne zonde en ellenden zijn, ten andere, hoe ik van al mijne zonde en ellende verlost worde, ten derde hoe ik God voor zulke verlossing zal dankbaar zijn.”
Toen men dezer dagen ergens in e! gezelschap over deze vraag en dat antwoord sprak, maakte iemand de opmerking, de naar zijn oordeel, van het stuk der dankbaarheid eerst dan sprake kan zijn, als men zich van zijne rechtvaardiging voor God bewust is.
Dit gevoelen berust louter op dwaling. Wat God heeft saamgevoegd, moet de mensch niet willen scheiden.
De H. Geest, die het ééne leert, die leert ook het andere. Die drie zaken, bovenstaand antwoord genoemd, zijn afscheidelijk aan elkander verbonden.
Dat met het woord kennis hier ma niet historische kennis bedoeld wordt duidelijk. We hebben er door te verstal geloofskennis, ook wel zaligmakende kennis genoemd, — kennis, welke eene vrucht van de verlichting des verstande door den Geest. In Rom. 8. lezen we duidelijk hoe de eene weldaad aan de andere verbonden is.
In het praktisch leven zijn er echt meer menschen, die denken, dat kennis van ellende en verlossing genoeg is zaligheid. De zuurdeesem van het . antinomianisme is voor velen van aantrekkelijke smaak. Men moet dan de hitte het helsche vuur gevoeld en zijn eigen naam in het boek des levens gelezen hebben, maar verder komt het er in leven minder op aan, hoe men leeft.
Van Adam is niets te wachten de zonde. Adam en de duivel hebben gedaan. Maar de uitspraak van den zoo Gods, die zegt, dat de boom aan de vrucht wordt gekend, staat in den antinomiaansch bijbel niet. Vele eenvoudigen worden op dergelijke uit onkunde door verkeerde leiding op een dwaalspoor gebracht. Zoo ontmoetten we menigmaal in ons leven menschen, die wel durfden zeggen, dat zij bekeerd waren, „maar . . ,” en op de vraag, wat dat „maar” beteekende, volgde er: zij waren niet gerechtvaardigd, En die groote zaak, daar zagen ze dan biddend, zoo het heette, naar uit. Nooit kregen we van de zoodanigen een bevredigend antwoord op de vraag, waar zulk eene theorie in de H. 8. wordt geleerd. De weldaden van het genadeverbond kunnen van den Middelaar des Verbonds niet gescheiden worden. „Die den Zoon heeft, die heeft het leven”. Ongereformeerde en on schriftuurlijke leeringen zijn uiterst gevaarlijk, Jaren geleden ontmoetten we iemand, die wilde beweren driemaal wedergeboren Men bedenke toch wel, dat dwaling dwaling is, daargelaten, of deze dan voort-komt; uit eene valsche wijsbegeerte, of dat zij voortkomt uit eene verkeerde mystiek, Terugkomende op het eerstgenoemde, zou het er al zeer ongelukkig uitzien, ais er volstrekt geen beginsel van dankbaarheid was, anders dan bij hen, die meenen te kunnen spreken over de bewustheid hunner rechtvaardiging. Vele voorbeelden in de H. S. toonen duidelijk aan, dat men, waar men door het geloof Christus heeft aangenomen, ook vrede, vreugde en blijdschap in God, niet volmaakt, niet bestendig, maar toch in beginsel kont. Een Paulus zelfs kon nog zeggen: „Ik ellendig mensch, wie zal mij verlossen?” doch door de genade Gods laat hij er in èènen adem op volgen: „Ik dank God door Jezus Christus, onzen Heere-” Niet op bespiegelingen of fantasieën, maar op het eeuwigblijvend Woord van God moet de hoop onzer zaligheid rusten, zullen we niet beschaamd worden in den dag van de toekomst van onzen Heere Jezus Christus.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 augustus 1896

De Wekker | 4 Pagina's

Dwaling

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 augustus 1896

De Wekker | 4 Pagina's