Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Open brief aan den Eerwaarden Kerkeraad der „Geref. Kerk” te Kampen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Open brief aan den Eerwaarden Kerkeraad der „Geref. Kerk” te Kampen.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde broeders!

In een artikel, voorkomende is de Kamper Kerkbode van 15 April jl., wordt een bezoek aan Ds. Schouten gebracht en een schrijven aan den kerkeraad der Christ. Geref gemeente alhier gericht, voor de gemeente en het publiek openbaar gemaakt. Men achtte zich geroepen, zoodanig op te treden, ten einde alle verkeerde opvatting te voorkomen en sommigen der leden, die zich slap van lendenen betoonen te onder-schragen.
De kerkeraad der Christ. Geref. Gemeente alhier bad besloten, niet te antwoorden op het schrijven van 28 October 1898, aangezien èn onze leeraar èn velen onzer leden zich reeds hadden verantwoord.
Maar na zoodanig optreden meent de kerkeraad, op 25 April jl. vergaderd, niet langer te mogen zwijgen.
Allereerst vestigen wij de aandacht op het bezoek van de heeren Commissie-leden, afgevaardigd door de » Geref. Kerken” alhier, die bij onzen leeraar welwillend werden ontvangen. Hunne komst scheen echter veeleer het karakter te dragen van iemand te willen overrompelen, dan van een visite te willen maken, zooals door Ds. J. J. Westerbeek van Eerten aangekondigd werd.
Maar de Heere, Die Zijn volk niet laat verzocht worden boven vermogen, toont zich Zijn Woord getrouw: »Het zal u in die ure gegeven worden te spreken.
Laat ons even den loop der geschiedenis volgen.
Het was onzen leeraar wel is waar niet onbekend (hoewel hier uiteraard vreemd), dat hij als leeraar tegenover hen optrad ; maar zoo iets als nu volgde, kon hij niet verwachten van broeders, die een ≫visite” komen brengen aan een nieuwen inwoner. Terstond na wederzijdsche begroeting werd het gesprek ingeleid door den Weleerw. Heer Westerbeek van Eerten.
Op beider gelaat stond te lezen, doch inzonderheid op dat van den Ouderling, dat het met de broederlijke liefde tot onzen leeraar niet heel rooskleurig gesteld was. De br. Ouderling werd alras Professor genoemd en aan Z.H.Gel., zeker de zaak beter machtig, werd het woord gegeven.
Dat het gesprek ten einde in broederlijken geest is gevoerd, wordt door onzen leeraar ontkend. Eene zeer opgewonden stemming en een sidderende hand gaven ons heel wat anders te denken.
Wij lezen in den brief o. m., dat we ons gescheiden hebben van de »Geref. Kerken’’ en als eene nieuwe kerkformatie, onder den naam van Christelijke Gereformeerde Gemeente zijn opgetreden.
Onwaar is deze eerste stelling en waar de eerste stelling onjuist is, vervalt men vanzelf tot een valsche sluitrede.
Onze belijdenis, waaraan wij zoo menigmaal in het schrijven van den kerkeraad worden herinnerd, roept ons, in overeenstemming met Gods Woord, tot getrouw zijn aan ons beginsel. Niet wij, maar gij, kerkeraad der Geref. Kerk van Kampen! hebt uw standpunt verlaten. De Voorzitter van den kerkeraad o. a. heeft nimmer eenige kerkelijke gemeenschap met de vereenigde kerken gehad; maar ook de uit Kerk A te Kampen uitgetreden leden zijn met vele anderen, zelfs geheele gemeenten (o. a. Twelloo, Noordeloos en Zierikzee) protesteeren de leden geweest. Tegen hunnen wil en, wat meer zegt, zonder hun weten, heeft men met hen gedaan, wat zij niet verlangden. Alleen van den kansel werd meêgedeeld, dat men »vereenigd” en .... dat niets veranderd was. Menschen, met onze geschiedenis onbekend, kan men dat misschien doen gelooven, maar de anderen weten het wel beter. Immers, er bestaat een te groot verschil tusschen de Afgescheidenen van 1834 en de Doleerenden van 1886. Onze vaderen hebben gebroken met de Hervormde Kerk, naar eisch van Gods Woord en onze confessie; de Doleerenden daarentegen verwierpen de besturen, maar bleven in de Herv. Kerk en volgens hunne meening vertegenwoordigden zij de Herv. Kerk in haar geheel.
Geen wonder dus, dat, op hun standpunt, de Scheiding totaal werd veroordeeld. En op de vraag hoe te handelen met de Christelijke Gereformeerden werd geantwoord: »Attestatiën. van deze moeten aangenomen en zijzelve beschouwd worden ais tijdelijk uitwonende leden, die onze kerk verlieten om haar ergerlijke gestalte, maar nu zij zich zuiverde, weer op éénen wortel met ons bloeien moeten.”
De Separatisten moeten tot, haar terug keeren. Wij vragen: is het werk van ’34 een werk Gods en die kerk de ware?” Zoo dat waar is, dan gaat het niet aan, volgens onze belijdenis, eene kerk daartegenover te formeeren. Met open armen zou men in de Christ. Geref. Kerk ontvangen zijn, ware men in den rechten weg toegetreden.
De Christ. Geref. Synode te Leeuwarden beeft echter het beginsel van kerkformatie van 1886 goedgekeurd, door gelijk recht vau bestaan aan de Nederd. Geref. Kerken toe te kennen, maar hiermede eene streep gehaald door eigen beginsel.
Immers de mannen van 1886 hebben wel gemeenschap gezocht met de Christ. Gereformeerden, na mislukte pogingen anders-zijds, maar het beginsel der scheiding niet aanvaard.
Terecht heeft wijlen Prof. H. de Cock gezegd (zie brochure 1887) „Vereenigen onzerzijds zou dus niet anders zijn dan terug keeren tot de kerk, die door ons is verlaten en een erkennen, dat wij verkeerd hebben gehandeld door ons af te scheiden.”
Men behoeft zeker niet verbitterd of scheuringziek te zijn, om zulk een werk der vereeniging af te keuren. Daarbij komt het groote onderscheid ia belijdenis en tucht. Eene zijdelingsche beschuldiging, ons naar ’t hoofd geworpen in zake de leer des Doops, deert ons niet, Wij meenen ons in dezen duidelijk genoeg te hebben uitgesproken. »Die ons oordeelt is de Heere.”
Het verschil liep in hoofdzaak over de vraag: » Verzegelt de Doop de inwendige genade n. I. de onderstelde wedergeboorte of de belofte Gods, aan Abraham en zijn zaad toegezegd?
Het eerstgenoemde werd door de broeders commissieleden, het laatste door ons beweerd.
Zeer ernstig is door mannen van beteekenis, uit de Christ. Geref. Kerk tegen de leer eeaer veronderstelde wedergeboorte eeuwige rechtvaardigmaking, enz. gewaarschuwd. Nog kort geleden is door een uwer woordvoerders uit het Noorden gevraagd: „Is dat de leer des Bijbels?”
Het is zeker geheel iets anders of er in eigen boezem (er wordt in uw brief gewezen op A. Comrie) bij één leeraar over een dogma verschil van opvatting bestaat, dan zich met kerken te vereenigen, waar in beginsel, in belijdenis en tucht eene geheel andere opvatting wordt gevonden, Belijdenis en tucht werd bij de mannen van ’86 niet gehandhaafd; dat is overbekend.
De broeders commissieleden meenden (zooals blijkt uit hun brief) ons den eisch te moeten stelten de ≫Geref. Kerken” de valsche en Dr. Kuyper een ketter te noemen. Wij antwoorden: toetst de beginselen en de openbaring, en oordeelt dan zelf! — Mag de kerk zich op een hellend vlak begeven ?
Wie is getrouw gebleven aan het beginsel der scheiding?
Dit is zeker de bedoeling niet geweest in de Acte van Afscheiding, om tot zulk een prijs, met zoodanige vergaderingen kerkelijke gemeenschap te oefenen.
Zeer bevreemdde het dan ook onzen leeraar, dat hij eerst van scheurmakerij beticht werd en men daarna, vóór men de woning verliet, die beschuldiging weêr introk. Thans worden wij openlijk beschuldigd van schismatieke actie.
Wat de vereeniging in 1869, waarop door u gewezen wordt, betreft, gij weet zeer wel dat die geheel iets anders was. Het was eene hereeniging.
Gezamenlijk was men, ter wille der waarheid, uitgeworpen. Met een zelfde beginsel, eene zelfde belijdenis en tucht, niet slechts in naam, maar in werkelijkheid, werd men aan den dijk gezet en vervolgd. En na jaren van verwijdering kwam het in 1869 weer tot een samenwonen.
Meermalen werd ons gezegd: »Het is alleen om den naam Christelijke, dat gij niet vereenigd zijt.” Zij, die net bovenstaande lezen, kunnen zich van het tegendeel overtuigen. Men meene echter niet, dat de naam ons onverschillig is. Dezen naam vinden wij ia de Apostolische geloofsbelijdenis uitgedrukt, aan de geloovigen te Antiochië gegeven en in de Herdelb. Catech. heerlijk omschreven. En de wijze, waarop men ter Synode van ’92 te Amsterdam dezen naam heeft losgelaten, berust op willekeur van menschen en was een spel maken van het gebed. —
Let op de gevolgen van deze vereeniging en het heerschappij voeren over de zielen der menschen. Verdeeldheid wordt allerwege o zoo duidelijk gezien, tot zelfs in de huisgezinnen.
De zoogenaamde vereeniging is een nieuw schip, maar duidelijk genoeg, met twee kajuiten. Een groot aantal broeders en zusters zuchten onder den bestaanden toestand, En thans gevoelt men (ook hier te Kampen) zich zoodanig geprikkeld, dat het uiterste wordt beproefd om tegen te staan en af te schrikken.
Het smart ons, dat broeders en zusters tegen ons strijden! Niet om te twisten ofte verbitteren schrijven wij u dit, maar omdat gij ons nu eenmaal noodzaakt en ook anderen mogen en moeten weten, dat ons optreden tegenover u niet uit wederspannigheid, maar uit overtuiging geschiedt.
Aan herhaalde mondelinge toelichting of aan personenstrijd hebben wij geene behoefte.
Denkt aan het woord, door Gamaliël in den Joodschen raad gesproken: Hand. 5 : 38, 39.
Wij eindigen met.de bede: ≫Och, dat Israëls verlossing uit Sion kwame!”
Met broedergroete,

Namens den kerkeraad der Christelijke Gereformeerde gemeente:
M. SCHOUTEN, Praeses.
W. K. BAKKER, Scriba.
Kampen, 29 April 1899.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1899

De Wekker | 4 Pagina's

Open brief aan den Eerwaarden Kerkeraad der „Geref. Kerk” te Kampen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1899

De Wekker | 4 Pagina's