Kroniek

Zuid-Afrika. Den 16den komt het Engelsch Parlement weder bijeen. Daarom moet natuurlijk de oorlog „uit” zijn. Vandaar weinig nieuws van het oorlogsveld. Veel wordt verzwegen; dit is opnieuw gebleken uit de verlieslijsten, die elke maand worden bekend gemaakt.
De N. R. Ct. beeft nagegaan waar en hoevele malen in de maand November gevochten is. Deze maand heette een stille maand, waarin niets van belang was geschied. Men is gekomen tot het hooge cijfer van 226 gevechten en schermutselingen, waarin Engelschen zijn gesneuveld. Die gevechten zijn geleverd over geheel Zuid-Afrika: van het zuiden van de Kaapkolonie tot het noorden van Transvaal.
Bij Bronkhorstspruit tusschen Pretoria en Middelburg viel den Boeren een Engelsen eskadron in handen, waarvan 7 werden gedood, 10 gewond en de overigen gevangen, die later werden losgelaten.
In het Oosten van Transvaal bracht Christiaan Botha den vijand een gevoelig verlies toe. Niet minder dan 52 man en 5 officieren waaronder de bevelvoerende majoor Valentin sneuvelden in een tweedaagschen strijd op 3 en 4 Januari.
Delvet staat gereed Natal binnen te vallen, waarover de Britten zich zeer ongerust maken. Voortdurend worden nog manschappen uit Engeland naar Zuid-Afrika gezonden. Kitchener blijft klagen over te weinig volk en paarden. Wanneer zal deze strijd eindigen? Wie zal het zeggen! Alleen de Heere weet het! Hij regeert — ouden wij sterk aan in gebed!
Duitschland. De Minister-President Von Bülow heeft bij de behandeling der begrooting gelegenheid gehad in den Rijksdag te spreken over de beleedigende wijze, waarop Chamberlain zich eenigen tijd geleden in een redevoering over het Duitsche leger heeft uitgelaten door het snood optreden der Engelschen in Zuid-Afrika gelijk te stellen met de oorlogsdaden van de Duitschers in den oorlog van 1870. Von Bülow vees op de onvoorzichtigheid om op dergelijke wijze eigen wandaden goed te praten. Overigens geldt, zoo zeide hij, ten slotte in dit geval, wat Frederik de Groote eens zeide van iemand, die op hem en op het Pruisische leger had gesmaald: „Laat hem zijn gang gaan en maak U er niet warm over: hij bijt op graniet!”
Spanje. Hier worden reeds toebereidselen gemaakt voor de troonsbestijging van den nu bijna 16-jarigen Koning Alfonsus XIII op 17 Mei a.s., welke met groote plechtigheid zal geschieden en door vele vorsten zal worden bijgewoond. Moge het bestuur van den nog wel al te jeugdigen vorst voor dit land, waar het met de godsdienstige en maatschappelijke toestanden in menig opzicht zoo treurig is gesteld, recht gezegend zijn.
Portugal. Uit dit land bereikt ons weer een bericht van zelfmoord. Kolonel Moussino d’Albuquerque, oud-gouverneur van Mozambique en belast met de opvoeding van den Kroonprins, heeft zichzelven van het leven beroofd. Wat hem hiertoe aanleiding gaf, is onbekend. Hoe vreeselijk zoo de eeuwigheid in te gaan!
China. Het Chineesche Hof, dat tijdens den oorlog uit vrees voor „de vreemde duivels”, zooals dit volk de blanken noemt, de hoofdstad had verlaten, zijn eindelijk naar Peking teruggekeerd. Hier aangekomen, gingen de Keizer en de Keizerin-Tante dadelijk naar den tempel om wierook van dankbaarheid te ontsteken.
Juist 17 maanden is het Hof afwezig geweest. Moge de deur, die nog in China voor het Evangelie geopend is, steeds wijder opengaan, opdat in dit dichtbevolkte land steeds meer zielen voor Jezus gewonnen worden.
Engeland. De Regeering heeft het plan een wetsontwerp tot het invoeren van den verplichten krijgsdienst in te dienen aan het Parlement, hetwelk zeker veel tegenstand zal verwekken en als een der wrange vruchten van den oorlog kan worden beschouwd.
De handel is in 1901 in Engeland zeer achteruitgegaan. De invoer bedraagt 10½ millioen gulden minder dan in het jaar te voren, terwijl de uitvoer met 127½ millioen gulden is verminderd.
Te Londen is een pokkenepidemie uitgebroken. Ongeveer 1000 lijders worden verpleegd. Een groot hospitaal moet in alle haast worden gebouwd om over meer bedden te kunnen beschikken, daar men vreest, dat in het voorjaar de epidemie zich zal uitbreiden.
Oostenrijk. Het aantal dergenen, die gedurende 1901 in Oostenrijk de Roomsche Kerk hebben verlaten en tot het Protestantisme zijn overgegaan, bedraagt meer dan 6000. In 1900 bedroeg het getal 4516 En sedert de Los-van-Rome-beweging in Oostenrijk is ontstaan, zijn 19000 van Katholiek protestant geworden en ongeveer 8000 tot de Oud-Katholieke Kerk overgegaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen