Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ontwikkeling

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ontwikkeling

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is een gedachte, waar reeds lang alle beschaafde volken zich mee bezig houden, hoe en op wat wijze men te arbeiden heeft, om op elk gebied van wetenschap, van handel en nijverheid tot meer ontwikkeling te komen.
Men beschouwt het, en terecht, als een levenskwestie, om een waardige plaats in te nemen onder andere volken. Houdt onze ontwikkeling als natie geen gelijken tred met die van andere volken, dan ligt voor de hand, dat in velerlei opzicht de gevolgen daarvan niet kunnen achterwege blijven. En dat de vinding, de wetenschap, de kunst het reeds ver hebben gebracht, is niet tegen te spreken. Toen de eeuw van stoom was aangebroken, stonden gedurig velen verbaasd over hetgeen de stoom vermag. Op de stoom volgt nu electriciteit, en de menschen, eerst verbaasd over hetgeen de wetenschap tot stand bracht, worden nu ook al weer gewoon aan de vervanging van stoom door electriciteit. Zoo is er geen enkel vak van wetenschap, waar geen ontwikkeling bij te pas komt, waarbij men niet naar ontwikkeling streeft. Bij de opvoeding hunner kinderen weten de ouders vooruit, dat tot op zekere hoogte de vraag, welke plaats die kinderen later in de maatschappij zullen innemen, afhangt van de vraag, hoe het staat met de ontwikkeling hunner kinderen.
Want bet is waar, dat de Christen gelooft in de Voorzienigheid Gods en daarmede ook gelooft, dat aller schepselen lot en leven in de hand des Heeren is, maar wie dit in waarheid en op de rechte wijze gelooft, die weet en gelooft tevens, dat we den Heere onzen God niet mogen verzoeken. Hoe zal iemand een vak kunnen beoefenen, die geen vak heeft geleerd. Hoe zal men een ambt en een bediening kunnen waarnemen, waar men nauwelijks de naam van kent! God de Heere heeft aan den mensch vele en kostelijke gaven geschonken, en die gaven, in aanleg aanwezig, zijn voor ontwikkeling vatbaar.
De wijze waaromtrent men daarbij werkzaam is, kan zeer verschillend zijn, zoowel als de verwachting welke men daarvan koestert. Ook hierbij wordt openbaar het groote onderscheid, dat er bestaat tusschen geloof en ongeloof. Wie in den geloove arbeidt, tracht werkzaam te zijn in den weg der middelen, maar altijd zoo, dat men daarbij zich verzekerd houdt, dat noch onze arbeid, noch onze gaven, zonder Gods zegen zullen gedijen. Waar het geloof ontbreekt, steunt men op eigen kracht en gaven, en men miskent God in alles. Niet in de ontwikkeling ligt het kwaad, dat zoo menigeen doet vreezen, maar in de wijze waarop en in het doel waarmede zoo velen daartoe arbeiden.
Allerwege is de geest des tijds er op uit, om den mensch steeds meer en verder van zijn God te vervreemden. Het geloof in Gods bestaan en in Gods regeering kan gemist worden, zoo meent, zoo leert men: wetenschap en ontwikkeling is voldoende. Daaruit volgt dan natuurlijk, dat men natuurkunde, geneeskunde, geschiedenis, dat men alle wetenschap afscheidt van het geloof. De macht van dien geest des tijds is zoo sterk en geweldig, dat deze zich zelfs gelden doet in betrekking tot de allergewichtigste dingen, zelfs in betrekking tot de vraag, wat er voor den mensch noodig is om zalig te worden. Niet bij honderden, maar bij duizenden worden ze in ons goede land geteld, om maar niet verder te gaan, wier grond van hope voor de eeuwigheid zich uitsluitend bepaalt tot hetgeen louter wetenschap is, Kennis, historische kennis van de waarheden der H. S. ziet men aan voor geloof, namelijk voor geloof, waardoor de zondaar voor God gerechtvaardigd wordt. Het oprecht geloof is echter meer dan een zeker weten en een voor waar houden van alles wat God in Zijn Woord beeft geopenbaard. Het is ook een zeker vertrouwen, dat de Heilige Geest in het hart werkt. Het bijzonder en persoonlijk werk des Heiligen Geestes is voor ieder mensch noodzakelijk. Wordt dit gemist, is men daar een vreemdeling van, al sprak men dan alle talen en al had men al de wetenschap, dan zal de liefde, die uit God is, ontbreken. Dan is men een klinkend metaal en luidende schel gelijk. Meent ge wat te hebben of te bezitten, de vraag is dan, hoe zijt ge er aan gekomen, ’t Is een treurig teeken, dat velen zoo rijk schijnen te zijn, maar als men naar den oorsprong van dien rijkdom vraagt, er geen verklaring van kunnen geven.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1905

De Wekker | 4 Pagina's

Ontwikkeling

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1905

De Wekker | 4 Pagina's