Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Apostolische Kerk of Gemeente (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Apostolische Kerk of Gemeente (II)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ten slotte zouden wij onzen vrager uit ’s-Gr. meedeelen wat het gevoelen is der „Hersteld Apostolische zendingsgemeente in de eenheid der Apostelen.” Deze gemeenten volgden na den dood van den heer Schwarz den „apostel” Krebs, die door de „Hersteld Apostolische zendingsgemeente” niet erkend wordt. Krebs wierp zich al spoedig op tot Hoofd der apostelen, ja hij gaf zich uit voor „een nieuwe openbaring Gods.” In hem, beweerde hij, zijn de apostelen één. De naam „Hersteld Apostolische zendingsgemeente in de eenheid der Apostelen” beteekent dus dat de apostelen der Neo-Irvingianen met elkaar een eenheid vormen, omdat zij zich stellen onder de opperheerschappij van een der Apostelen. Wat dus de paus van Rome is voor de Roomsche kerk, is het Hoofd der apostelen voor de „Hersteld Apostolische zendinggemeente in de eenheid der Apostelen.” Leert de Roomsche kerk de onfeilbaarheid van den paus in geloofszaken, ook wat Krebs zeide werd erkend en geloofd als Gods Woord. Toen Krebs den twintigsten Januari 1905 overleed, stond in „De Wachter Sions”: „Het grootste en heerlijkste is immer dat de Apostel Krebs de eenheid aan het werk Gods heeft voortgebracht, de eenheid onder de Apostelen. Daarom noemden hem ook allen De Vader der eenheid, den volbrenger en schepper der eenheid, niet alleen de eenheid of gemeenschap van de natuurlijke leden, maar de Eenheid in den geest, zoodat van de Apostolische gemeente gezegd kan. worden: „Eén lichaam, eén geest, eén hart en eén ziel.”
Verheerlijkt de Roomsche kerk haren paus, deze zoogenaamd Apostolische gemeente doet het op nog veel schandelijker wijze. Rome noemt den paus een stedehouder van Christus op aarde, deze gemeente stelt haren hoofdapostel zelfs boven Christus, en vergoodt hem op godslasterlijke wijze.
Of is het niet verschrikkelijk als in de vergadering dezer Neo-Irvringianen de apostel Niehaus, die na Krebs’ dood hoofdapostel werd, als middelaar tusschen God en menschen wordt verheerlijkt? Men spreekt bijv. in de „Hersteld Apostolische zendinggemeente in de eenheid der apostelen” van „den toegang tot den genadetroon in het hart van Vader Niehaus.” Ook in hunne liederen komt die zelfde godslastering uit. In het lied „Onze Burcht” wordt gezongen:

,,’t Apostelambt is onze rots
Waarop wij moeten bouwen,
Hij is in ’t heden onze God
Waarop wij ons vertrouwen.”

Hoofddwaling van de „Hersteld Apostolische zendinggemeente in de eenheid der apostelen” is dat zij leeren dat Christus opnieuw in ’t vleesch verschenen is in het apostolaat. In één van hun liederen zingen zij dan ook met het oog op hun hoofdapostel „In ’t vleesch staat God hier voor ons.” Zij beweren dat de Heere Jezus is teruggetreden en dat het apostolaat de Trooster, de beloofde Parakleet is, dien Christus beloofde in Joh. 14:16, 36 en die met Hem éen is. Zij zingen van dien Trooster:

„Apostolaat, gezonden Geest,
U zij gebracht roem, dank en prijs,
Lof, eere en aanbidding.”

Wij vinden bij hen dus dezelfde dwaling als die welke reeds in de tweede eeuw der Christelijke kerk bestreden moest worden, namelijk de dwaalleer van Montanus. Deze Montanus trad ook op met de bewering dat hij de door Christus beloofde Trooster was ter zuivering van de bedorven kerk. Visioenen, verschijningen en voorspellingen schenen zijne bewering te bevestigen. Twee profetessen Maximilla en Priscilla verbonden zich met hem. Verder predikte ook het Montanisme de nabijzijnde wederkomst van Christus en de aanstaande oprichting van een duizendjarig rijk. Deze Montanische dwalingen vinden wij terug bij de Neo-Irvingianen.
Terecht zegt zeker godgeleerde van deze „Hersteld Apostolischen is de eenheid der Apostelen”: „Zij verloochenen alzoo den Heere Jezus Christus, den eenigen Heiland, van Wien een waar Apostel, Petrus gezegd heeft: De zaligheid is in geenen anderen.”
Deze beoordeeling is niet te streng, als wij bedenken dat zij leeren „dat het zien op den Christus der geschiedenis, die eens geleefd heeft, niet baat en dat men zich niet kan laten verlossen door een onzichtbaren Christus.” Zij zoeken dan ook hunne verlossing in een zichtbaren Christus, in den beloofden Trooster, dien zij in het apostolaat meenen te vinden.
Arme dwaalgeesten! Zij onteeren en verloochenen den eenigen Zaligmaker en hun werk is geen werk Gods, maar des duivels, die hen leert op godsdienstige wijze zielen te verleiden tot godslasterlijke dwalingen.
Er is dus een groot verschil tusschen de „Apostolische kerk” en de Neo-Irvingianen, die zich Apostolisch in de eenheid der Apostelen noemen. De dwalingen der laatsten zijn veel grover dan die der eerste. De „Apostolische kerk” erkent nog de noodzakelijkheid van een persoonlijk geloof in Christus, al dweept zij ook met het apostelambt, dat zij meende te moeten herstellen. De Neo-Irvingianen daarentegen loochenen de genoegzaamheid van het geloof in den Christus der geschiedenis en achten een geloof in het apostolaat als het noodzakelijkste.
Zelfs gaan zij zóóver dat zij zelfs de dooden verzegelen. „De Apostolische kerk” verzegelt alleen levenden, die den leeftijd van twintig jaar moeten hebben bereikt, doch de Nieuw-Apostolischen, zich beroepend op 1 Cor. 15:29, doen het ook de dooden, al zijn zij reeds voor lang ontslapen. Een levende neemt dan de zonden, door de(n) gestorvene bedreven, op zich en laat zich voor den doode verzegelen. Alleen in het jaar 1901 moeten 1115 ontslapenen verzegeld zijn. Ook laten de Nieuw-Apostolischen zelfs kinderen tot het Avondmaal toe.
Voor dit soort van Apostolischen, die overal proselieten trachten te maken en vooral in de groote steden sommigen verleiden, moeten wij ten zeerste waarschuwen.
De „Apostolische kerk”, die thans geen apostelen meer heeft, gaat stil haar weg. Die tot haar behooren zijn de „honderd vier en veertig duizend verzegelden” uit Openbaringen 7, die nu de gerichten Gods afwachten, Doch voor den aanvang der gerichten is er een stilzwijgen van een half uur. In dat tijdperk verkeeren wij nu, zegt de „Apostolische kerk.”
Doch geheel anders denkt de „Hersteld Apostolischen Zendinggemeente in de eenheid der apostelen” er over. Deze zoekt overal bekeerlingen te maken, door bezoekers, die de onkundigen in hunne woningen bezoeken en naar hunne vergaderingen trachten mede te nemen. Doch hierover nog een volgende maal.

’s-Gr. ('s Gravenhage) d.B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1907

De Wekker | 4 Pagina's

Apostolische Kerk of Gemeente (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1907

De Wekker | 4 Pagina's