Jesaja 40:2
D. A. te A.
schrijft ons: „Gaarne zou ik van U eene kleine verklaring in de „Wekker” zien geplaatst over de woorden van den profeet Jesaja 40:2 „t laatste gedeelte, n.1. dit: dat zij van de hand des Heeren dubbel ontvangen heeft voor al hare zonden. Dit in verband met Jes, 61 : 7 en Jeremia 16 : 18”.
Jesaja 40: 2 wijst op drie weldaden, welke aan Jerusalem moeten worden toegeroepen,
n.l. dat haar strijd vervuld is, dat wil zeggen, dat haar strijd een einde heeft genomen, dat hare ongerechtigheden verzoend zijn en ten derde dat zij van de hand des Heeren dubbel ontvangen heeft voor hare zonden.
Dit laatste heeft velen uitleggers moeilijkheid gebaard. Velen hebben het beschouwd in dezen zin: Nu Jerusalems strijd is geëindigd en hare zonden zijn uitgedelgd, nu zal zij in de plaats van hare zonden eene dubbele genadeweldaad ontvangen, evenals in Jes. 61 : 7 aan Israël eene dubbele erfenis in hun land wordt toegezegd en in Jeremia 16: 18 eene dubbele straf wordt aangekondigd.
Tegen deze beschouwing hebben wij echter veel bezwaar. In Jesaja 40:2 worden de drie werkwoorden, welke daarin voorkomen, alle in denzelfden verleden tijd (Perfectum) gebruikt, n.1. is vervuld, is verzoend en heeft ontvangen. Er worden dus drie zaken genoemd, welke alle reeds geschied en voltooid zijn.
Evenals de strijd vervuld en de ongerechtigheid verzoend is, zoo ook heeft zij reeds ontvangen van de band des Heeren voor al hare zonden, n.1. straf.
De beteekenis is dus dat Jerusalem„s strijd niet alleen geëindigd en hare ongerechtigheid verzoend is, maar ook dat hare straf van de hand des Heeren ontvangen, dubbel dat is, genoeg is, zoodat Jerusalem niet voor nieuwe straffen behoeft te vreezen.
Jerusalem mag dus worden toegeroepen: uw strijd is voorbij, uwe zonden zijn weg, uw straf is geëindigd, want gij hebt van de hand des Heeren reeds dubbel, dat is, voldoende straf ontvangen. Dat het woord dubbel hier niet letterlijk moet opgevat, zooals in Jes. 61:7 en Jeremia 16:19, blijkt reeds hieruit, dat in beide genoemde teksten een ander woord (mischsnè) staat, dat dubbel beteekent, terwijl het woord dubbel in Jes. 40:2 hetzelfde woord is, dat ook voorkomt in Job 11 :6. alwaar staat dat de verborgenheden der wijsheid dubbel zijn, d. w. z. uitgebreid, veelvuldig (kiphlajim). Zoo ook wil Jes. 40: 2 zeggen, dat Jeruzalem„s straffen genoeg zijn, dat zij dus geen nieuwe straffen meer heeft te wachten, zij is genoegzaam getuchtigd, er blijft niets meer over, dat nog gestraft zou moeten worden.
Calvijn. zegt in zijn Commentaar op Jesaja 40, het volgende omtrent de woorden;. Dubbel ontvangen. „Het woord „dubbel” moet hier evenmin letterlijk opgevat worden, als wanneer men b.v, zegt „ik ben dubbel tevreden”. Het beduidt niets meer dan „ruimschoots”. Aan te nemen, dat God te zwaar gestraft had en nu als „t ware tot inkeer komt, ware eene verfoeilijke heiligschennis.
Het is alleen goedertierenheid, die Hem de genadige woorden van onzen tekst doet uiten. Eigenlijk had de groote hoop der diep verbasterde kinderen Israëls nog veel meer straf verdiend; maar zij waren nu zoo vreeselijk geknakt, dat de Heere hun met sterk gekleurde woorden vergiffenis schenkt.”
Niet dus in letterlijken zin heeft Jerusalem dubbel straf ontvangen, want dan zou God de zonde zwaarder straffen dan zij verdiende, doch in figuurlijken zin, n.l. dat Jerusalem voldoende gestraft was.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 januari 1910
De Wekker | 4 Pagina's