Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vragenbus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragenbus

Het onderwijs op de Zondagschool.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

J. B., te S., had behoefte aan enkele wenken omtrent het onderwijs op de Zondagschool te geven. Er was namelijk geklaagd, dat het onderwijs te geestelijk, maar niet kinderlijk genoeg was. Nu, dat is wel te verstaan, omdat niet allen tact bezitten om met kinderen om te gaan, en er is vaak meer ijver dan bekwaamheid om het kind de dingen van Gods Koninkrijk nader te brengen. Als b.v. op het Pinksterfeest wordt gesproken over den ontdekkenden en uitwerkenden Geest, dan snapt geen kind dat; ik heb er nog werk mee om mij een voorstelling van die werking des Geestes te maken.
Wil men vruchtbaar onderwijs geven, dan eischt dat een goede voorbereiding. Natuurlijk, allereerst een biddende voorbereiding, maar dan ook een ernstig en grondig onderzoek der H. Schrift. Men kan hierbij een dankbaar gebruik maken van handleidingen, speciaal hiervoor uitgegeven, b v. E. Stock, e.a.
Vervolgens moet men trachten, wat men onderzocht, zoo eenvoudig en verstaanbaar mogelijk aan de kinderen mede te deelen. Dat geeft vooreerst heel wat inspanning, maar op den duur gaat dat beter. Men vertelt de Bijbelsche geschiedenis op een voor kinderen smakelijke manier, zoo mogelijk met beelden uit hun kinderleven. Hierbij vlecht men in, opmerkingen en raadgevingen omtrent het heil hunner ziel. Daar gaat het natuurlijk om bij alle Christelijk schoolonderwijs, „Laat de kinderkens tot Mij komen”, vermaande Jezus. En dan kan men ook op het Pinksterfeest tot de kinderen spreken over den H. Geest, hoe die Geest komt, wat Hij doet, enz. Maar leer toch vooral de kinderen den Bijbel te kennen en te lezen.
't Is duidelijk, dat die onderwijst, liefde moet hebben tot het kind. Het kind het kind laten en als zoodanig behandelen. Men moet met kinderen kunnen omgaan, en wat van kinderen kunnen verdragen. Als geklaagd wordt, dat de kinderen zoo lastig zijn, zoodat toeziende hulp noodig is, moet de oorzaak niet altijd in hen worden gezocht; 't ligt menigmaal aan de leiding.
Als de liefde tot het kind niet drijfveer is, doet men beter niet te beginnen; want wat zware eischen worden het geduld, de vriendelijkheid en de zachtmoedigheid niet gesteld. Niet zelden blijkt dan ook, dat de ijver, waarmee werd begonnen, een stroovuur is; men heeft er gauw genoeg van, ook al tengevolge van weinig medewerking. Meer critiek dan waardeering. Die er geen hand naar uitsteken, kunnen het gewoonlijk 't beste.
Nog dit. Een Zondagschool is zeer mooi, hoewel voor velen het eigenlijke doel der Zondagschool onbekend is. De oprichting van Zondagscholen had in den beginne allereerst het oogmerk, daardoor kinderen te bearbeiden, die buiten Gods Woord opgroeiden; dus evangelisatie. In den loop der jaren veranderde het karakter der Zondagschool omdat ze kwam in het midden der kerk, voor de kinderen der gemeente. Maar, dat was toch het doel niet. Niet als zou het af te keuren zijn, dat onze kinderen de Zondagschool bezoeken, maar vergeef de uitdrukking: men moet ook op dit terrein voor overdrijving waken. Onze kinderen bezoeken de Christelijke Scholen, catechisatie, bezoeken de Kerk en hooren Gods Woord in huis lezen. En in de allereerste plaats is het, volgens de doopsbelofte, de taak der ouders hun kinderen in Gods Woord te onderwijzen. Niets ontslaat hen van die roeping. Die mogen ze niet alleen en geheel op de schouders van anderen schuiven.
In verband met de Zondagschool, ruimen we een plaatsje in voor de vraag van het Bestuur der Evangelisatie te D., „Mogen vrouwen onderwijs geven op een Zondagschool?”
Deze vraag wenscht het Bestuur behandeld te zien in verband met 1 Cor. 14:34 en 35, 1 Timotheus 2: 12.
In betrekking tot deze schriftuurplaatsen zij in 't kort opgemerkt, dat het hier gaat over het optreden der vrouwen in de gemeente, Paulus oordeelt, dat het onbetamelijk is, dat vrouwen spreken, dus als leeraressen optreden, Ze moeten zwijgen. Paulus laat haar niet toe, dat zij leeren en gaat hierbij uit van de gedachte, dat in zulk een optreden der vrouw in het openbaar, in het midden der gemeente, het beginsel van heerschappij schuilt. Die spreekt en leert, treedt als de meerdere van anderen op. Dat staat de H. Schrift aan de vrouw niet toe; haar eere is in stilheid.
Maar vergeet hierbij niet aldus spreekt de Heere over de vrouw in het midden der gemeente. Maar daarmede is niet veroordeeld op ander terrein onderwijzen. Het is het natuurlijk en heilig recht der moeder haar kinderen te onderwijzen. Ze is de meerdere over hen. Zoo is niet met Gods Woord in strijd dat de vrouw haar gaven ontplooit op onderwijsgebied. Zij zal als de mindere niet over den meerdere (den man) heerschen, ook niet om te leeren.
Paulus veroordeelt dus volstrekt niet, het onderwijs door vrouwen op de school gegeven. Niet zelden blijkt het, dat zij op dit terrein bijzondere gaven heeft om de kinderen te leeren. Als kind heb ik zelf des Zondags onderwijs gehad van een juffrouw, die thans reeds juicht voor Gods troon. Maar ik wil na zooveel jaren haar nagedachtenis nog dankbare hulde brengen voor de wijze, waarop zij meer dan 25 jaren lang, zonder eenige hulp, aan honderden kinderen het Evangelie boodschapte op de Zondagschool. De kleinen hingen haar aan als een klit, en voor hoeveel kinderen is zij tot een eeuwigen zegen geweest! Met wat liefde gaf ze zich aan de kinderen, en als het al eens gebeurde, dat de een of ander uit den band sprong, dan werd die alleen genomen, en bogen zij en dat kind saam de knieën voor den Heere. Dat trof meer dan strenge woorden en alle strafmaatregelen. Ik wenschte het onderwijs der kinderen allerwegen in zulke handen.
Voorts zegene de Heere het onderwijs aan de jeugd gegeven, opdat het zaad Hem diene, en Hij geve allen, die onderwijzen, een plaats in het hart en gebed Zijner gemeente. De worsteling gaat in dezen tijd om het kind. Want wie het kind heeft, heeft de toekomst.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 1923

De Wekker | 4 Pagina's

Vragenbus

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 1923

De Wekker | 4 Pagina's