Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze Kerkregeering

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze Kerkregeering

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Art. 33 D. K. O. Credentiebrieven.

Artikel 33 der O. K. O. luidt:
„Die tot de samenkomsten afgezonden worden, zullen hare credentiebrieven en instructiën, onderteekend zijnde van degenen die ze zenden, medebrengen, en deze zullan alleen keurstemmen hebben.”
Art. 29 der kerkorde heeft bepaald, dat er vierderlei kerkelijke samenkomsten zullen zijn. Wat daar mag worden behandeld, bepaalde Art. 30. Thans is aan de orde de wettige afvaardiging naar de meerdere vergaderingen.
Het zijn wel vergaderingen van meerdere gemeenten of kerken, die daar saamkomen en deze gemeenten zijn vertegenwoordigd door hunne kerkeraden, maar de geheele kerkeraad is daarbij niet tegenwoordig.
Bestond eene classicale vergadering slechts uit twee of drie gemeenten, dan was er niets tegen, dat de geheele kerkeraad dier enkele gemeenten saam kwam, maar waar nu zoovele gemeenten saamkomen, kan dit slechts door afgevaardigden van iederen kerkeraad.
Het bewijs nu, dat die twee afgevaardigden werkelijk door den kerkeraad zijn gezonden, moet nu blijken uit een afvaardigingsbrief, ook wel geloofsbrief genaamd, en hier in Art. 33 credentiebrief geheeten.
Een credentiebrief is dus een bewijs van wettige afvaardiging.
Zulk een brief nu moet onderteekend worden door degenen, die ze zenden. De kerkeraad zendt ter classis, zoodat eene credentiebrief voor de classis door den kerkeraad, dat wil zeggen door den praeses en scriba van den kerkeraad moet onderteekend worden. Evenzoo moet de praeses en scriba van de classis den credentiebrief teekenen voor de afgevaardigden ter particuliere synode en de praeses en scriba van de particuliere synode voor de afvaardiging der generale synode. Daar nu praeses en scriba slechts zoolang in functie blijven, als de classis of synode vergadert, moet dus de credentiebrief voor de particuliere en generale synode, ter classisvergadering en ter particuliere synode geteekend worden, vóór de vergadering uiteengaat.
In den tijd van de opkomst van het Remonstrantisme, was er strijd over de vraag, of de Overheid of de kerk den credentiebrief moest geven. De Overheid wilde zich in de zaken der kerk inmengen, doch de kerk wilde van die heerschappij der Overheid in kerkelijke zaken niets weten, zoodat de synode van 1574 bepaalde „dat de kerkedienaars, die ter synode afgevaardigd worden, getuigenis zullen brengen van den kerkeraad en classis en niet van de overheid.”
Deze bepaling van 1574 gaat dan ook uit van de juiste gedachte, dat de kerkeraad afvaardigt naar de meerdere vergadering. Zulk een credentiebrief is dan ook van den volgenden inhoud:
De kerkeraad der Christ. Geref. gemeente te A., verklaart, dat in zijne vergadering van (invullen den datum) tot afgevaardigden naar de eerstvolgende classis, welke staat gehouden te worden (datum invullen) te B., zijn benoemd, de broeders Ds. O. en ouderling D. met de secundi ouderlingen E. en F., met last en macht alle ter tafel komende zaken overeenkomstig Gods Woord en de kerkorde te behandelen.
Zulk een brief geeft dus bewijs van wettige afvaardiging. Dit is noodig, want mondeling getuigenis is niet voldoende. Immers zou iemand ter classis kunnen beweren, dat hij afgevaardigd was, zonder het te zijn. Ook is de credentiebrief bewijs, dat niet personen, maar Kerkeraden te saam komen. De credentiebrief geeft immers aan, dat de twee uit eene gemeente gekomen broeders, den geheelen Kerkeraad vertegenwoordigen. Op eene predikanten-conferentie komen leeraren, op eene ouderlingenconferentie de opzieners der gemeente, maar op eene meerdere kerkelijke aamenkomst komen Kerkeraden saam.
Tegenover de classicale en synodale besturen in de Herv. Kerk, waar eenige personen als bestuurders en machthebbers saamvergaderen, kan door ons nooit genoeg den nadruk er op gelegd worden, dat meerdere vergaderingen, samenkomsten van Kerkeraden, dat is, van gemeenten zijn.
Ten slotte moet nog de vraag beantwoord, of praeses en scriba van den kerkeraad ook den credentiebrief mogen onderteekenen, als zij zelf als primi afgevaardigd zijn. Heeft het dan niet den schijn, alsof zij zichzelf afvaardigen? Dit is niet meer dan schijn, want in werkelijkheid vaardigt de heele Kerkeraad hen af en onderteekenen zij in de kwaliteit van voorzitter en scriba namens den geheelen Kerkeraad. Zij verklaren dus namens den Kerkeraad, dat zij door hem zijn gezonden.
Apeldoorn
P.J.M. de Bruin

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 april 1925

De Wekker | 4 Pagina's

Onze Kerkregeering

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 april 1925

De Wekker | 4 Pagina's