Inwendige Zending

Wilde Wichern de inwendige zending aan de vrije organisatie der geloovigen opdragen, lijnrecht hier tegenover staat de opvatting van Sulze, Achelis e.a. Zijn meenden, dat door Wicherns arbeid aan de kerk onttrokken werd, wat haar toe behoorde, dat de inwendige zending een woekerplant werd, die de kerk verstikte in haar groei, en het vereenigingsleven uitbreiden deed ten koste van het kerkelijk leven. Hun grootste bezwaar was echter, dat inwendige zending niet de roeping is van de particuliere geloovigen, maar van het ambt in de kerk. De ambtsdragen hebben het woord te prediken, ook aan de afgewekenen. Evangelisatie moet ambtelijk geschieden. Daarom moet alle evangelisatie-werk van het ambt uitgaande, ook door het ambt worden georganiseerd en geleid. Wel mogen de gewone leden der gemeente in dit werk des Koninkrijks arbeiden, maan aangesteld door de kerk (kerkeraad). Daar om doet hij dit werk niet krachtens het algemeen priesterschap der geloovigen (??) maar als lid der kerk, op last en met mandaat van de kerk.
Sulze's ideaal was het vormen van kleine kerngemeenten, waarin het gemeentebewust zijn krachtig ontwikkeld was. Vandaar dat hij eischte splitsing der massale stadskerken in parochies, elke parochie met een eigen predikant. Onder leiding van den predikant konden dan de gemeenteleden inwendige zending drijven onder de massa des volks.
Alhoewel de plannen van Sulze met grooten ijver werden ten uitvoer gebracht, was het resultaat toch niet bevredigend. De groote mentgte werd niet teruggebracht tot de kerk, en de kerk zelf was ook niet om te scheppen in z.g. levende gemeenten. Het werk bleef veelal beperkt tot den buitenkant.
Hoe goed misschien de vorm mocht zijn, het wezen ontbrak veelszins.
Schuilt er gevaar voor de kerk in het standpunt van Wichern, ook dat van Sulze brengt gevaar mee. Feitelijk wil hij alles wat nog maar tot terrein der inwendig zending gerekend kan worden, bij de kerk onder dak brengen.
Arbeid aan verwaarloosde kinderen, instituten voor gevallen vrouwen, enz. enz. Dat moet alles van het bijzonder ambt uitgaan Door aan de plaatselijke kerk allen arbeid der inneren Mission op te dragen ontstaat het gevaar, dat de verkondiging des Woords en de bekeering van zondaren op den achtergrond geraakt. Men maakt zelfs ongewild plaats voor een instituut van humanitairen, socialen, philantropischen arbeid. De kerk verliest haar karakter van instituut van bediening des Woords. Het is te begrijpen, dat de modernen gaarne den kant van Sulze opgaan. Droeg Wichern der kerk te weinig op, Sulze daarentegen legt te veel op de schouders der kerk.
Wie zijn standpunt wil verdedigd zijn, leze Achelis. Practische theologie § 262. Toch geloof ik, dat we dichter bij Sulze moeten blijven dan bij Wichern. Maar dan moeten we niet het begrip inwendige zending zoo ruim mogelijk nemen, doch veeleer zoo eng mogelijk. De christelijke liefdearbeid, die toch eigenlijk tot het terrein van het particulier initiatief behoort moet uitgeschakeld. Eveneens moet hier uitgeschakeld het algemeen christelijk vereenigingsleven, patrimonium, werklieden-vereeniging, enz. enz.
Dan houdt men over de ambtelijke bediening des Woords aan hen, die van de Kerk vervreemdden. Had Sulze het werk der inwendige zending wat meer begrensd, we zouden in zijn standpunt het onze hebben gevonden.
Niet de particuliere geloovige in vrije organisatie moet het werk ter hand nemen, maar dit is de roeping der geinstitueerde kerk. Van haar behoort dit werk uit te gaan. Want dit werk is maar niet socialen of philantropischen arbeid verrichten, doch feitelijk herkerstening der natie. Juist het woord herkerstening sluit allen anderen arbeid buiten, die toch wel onder het begrip inwendige zending is onder te brengen. Als inwendige zending zoo genomen wordt, dus bedoeld wordt als bediening des Woords, die uitgaat van den doop en terug werkt naar den doop, dan behoort dit werk niet te geschieden door vereenigingen, die alleen contractueel in verband met de kerk staan, of slechts onder raadgeving van den kerkeraad, neen, dan moet dit werk door de kerk als kerk zelf geschieden. Kunnen we in dit werk dan niets beginnen met de gaven en talenten der gemeenteleden? Moeten zij hier uitgeschakeld? Daarop wensch ik u D.V. een volgende keer een antwoord te geven.
Amersfoort.
Ds. G. Salomons

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen