Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Slang in het Paradijs. (20)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Slang in het Paradijs. (20)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ten opzichte dezer geteekende dingen is het dan noodig, om goed de wacht te betrekken. Wie hier één streep toegeeft, is weg. Gods Woord blijve onvervaagd in al zijn ernstigen inhoud, de
ken bron der waarheid. Sedert de 18e eeuw is in den nieuweren tijd de „Aufklärung” rusteloos bezig, om de vastigheden van ons geloof te trachten te ondermijnen. Maar vergeten we het niet, dat deze „verlichtings”-beweging feitetijk bekrompen was. Zij heeft geen kennis en leven willen erkennen, dan binnen de grenzen van rede en stof. En dat is toch consequent doorgedacht een standpunt, waarbij de hoogste levensvragen nooit worden beantwoord tot rust voor ons denken tot vrede voor ons hart, en tot inhoud voor ons leven. Ons hart is naar God geschapen. En zal alleen in Zijn gemeenschap ruste vinden. En evenmin diene vergeten te worden, dat de roep om wetenschap en kennis, o zoo op juiste waarde moet worden geschat. De wetenschap is lang niet af. Gods Woord is compleet. Het moge soms schijnen, dat de dingen niet rijmen met rede en verstand, met kennis en wetenschap; maar dan make niemand overhaaste conclusies ten nadeele van religie en geloof. Want de wetenschap is nog lang niet gereed. Gods Woord zegt ons a priori, al te voren, met vaste zekerheid, wat a posteriori, van achteren, nà werken en worstelen, soms eerst na eeuwen door de wetenschap eindelijk ook wordt gevonden en erkend. Daar is al zooveel gewijzigd geworden binnen den cirkel dier hooggeloofde wetenschap. — Wat vroeger soms was verworpen in naam van rede en kennis, is later erkend als toch juist te zijn. Gods
Woord krijgt altijd in 't eind gelijk, omdat het gelijk heeft. En daarom, laten we rustig wachten.
Wie gelooven haasten niet. Daar is al zooveel gehandhaafd, dat eerst aangestreden stond, zoowel buiten ons, als ook in ons.
Zal nu echter een ware volle houvast aan het Woord gevonden worden, dan dient men ten slotte inwendig veranderd te zijn. Ons denken wortelt in ons zijn. Al naar ik ben, is ten slotte mijn kennislijn, mijn redeactie. De palingenesie (wedergeboorte) beheerscht en bepaald mijn gansche wereldbeschouwing; zij baart de „pistis” d.i. het geloof, zooals dat ziet en schouwt in het wezen. Door 't geloof verstaan we dan, dat God de wereld heeft geschapen, en verstaan we voorts alles, wat alleen te weten is uit Gods Heilig Getuigenis. Door dit geloof, als een zien, als een licht des H. Geestes in mijn verstand, en als een kracht des H.G. in mijn wil, versta ik de realiteit en waarachtigheid der verborgenheden Gods; der openbaring des Heeren. Niet alsof daarom eerst dat Woord waarheid was. Het is de waarheid in zichzelf. Maar door de verlichting des H. Geestes, door het geloof, als een lamp door dien Geest ontstoken, zie ik nu die waarheid, en weet ik, dat de waarheid — waarheid is. Dit is eerst de afdoende waarborg tegen twijfel aan en afval van het Woord.
David zegt zoo schoon: in God zal ik het Woord prijzen, In God, als we daar staan, als we in Zijn gemeenschap verkeeren, dan zullen we Zijn Woord ook heerlijk achten; hoe veel wonderlijke dingen daarin ook vervat mogen zijn.
Maar dan hangt daar ook nog iets mêe saam. Zie een actie tot handhaving van het geloof in Gods Woord is kostelijk. Doch dan moet ook evenzeer, onverminderd, daarmede gepaard gaan, een streng vasthouden nu ook evenzeer aan de realiteiten van de daden Gods in ons; aan hun noodzakelijkheid en onveranderlijkheid. Streng in 't vasthouden aan de feitelijkheid der historische feiten; aan hun zóó-werkelijk-gebeurd-zijn. Maar dan eveneens een onveranderd blijven bij de aloude lijn van het inwendige werk Gods in ons; van de orde des heils. Met andere woorden: geen vermindering in den eisch van aanvaarden van wat Gods Woord ons leert in zake vroeger gebeurde dingen; maar eveneens dan ook van wat dat Woord ons leert aangaande de manier, hoe God een zondaar zalig maakt; in het stuk van bekeering enz. enz. blijve men nu evenzeer „antiek” in zijn opvatting. Anders speelt men de neo-beweging juist in de kaart. Die neo-beweging vindt anders een vetten voederbodem in zulk een toestand, als n.l. wel zou worden aangedrongen op streng gelooven aan en in de Schrift, maar als inmiddels wat „gekend” moet worden om getroost en zalig te leven en te sterven, werd verslapt. Ik zeg niet, dat dit door die of die kerk of partij of groep of richting geschiedt. Ik beschuldig niet, ieder onderzoeke maar zijn eigen hart en kring. Maar ik bedoel hier te waarschuwen. Wie? Ieder, die er bloot voor staat. Want in alle kringen dreigt tegenwoordig het ontzettend gevaar, dat men een lichteren weg en manier van bekeering en zalig worden zoekt; waarbij alles en alles er mee door kan, waarbij we niet meer van ontdekking voor en droefheid naar God behoeven te hooren; waarbij gelooven wel zoo iets blijkt te zijn, als een verstandelijke bezigheid uit een aangeleerde les, waarbij godzaligheid weinig meer er op aan komt, enzoovoort. Wie hier vrij uit gaat, legge het naast zich neer. Maar wie gevaar ziet, waarschuwe dan toch; en wie schuldig is, keere in tot zichzelf. En alle kerken en dienaren en ambtsdragers, bedenken het toch, dat er gevaar bestaat, dat een licht en luchthartig christendom den boventoon gaat voeren, zelfs met den Bijbel onder den arm.

Utrecht. WISSE.

(Slot volgt.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 augustus 1926

De Wekker | 4 Pagina's

De Slang in het Paradijs. (20)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 augustus 1926

De Wekker | 4 Pagina's