Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Art. 49 D.K.O. Deputaten (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Art. 49 D.K.O. Deputaten (III)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Iedere Synode zal ook eenigen afvaardigen”, zoo begint Art. 49 D. K. O. Met Synode wordt hier de particuliere Synode bedoeld, daar eerst in Art. 50 der K.O. van de Nationale of Generale Synode wordt gesproken. Natuurlijk kan ook eene Generale Synode eenigen deputeeren, zooals bijv. de deputaten voor correspondentie met de Hooge Overheid door de Generale Synode gekozen worden. Evenzoo kan ook een classe voor een bepaalde zaak deputaten benoemen b.v. om een gerezen moeilijkheid in eene plaatselijke gemeente der classe plaatselijk te onderzoeken. Classicale en Generale deputaten worden dus door dit artikel niet uitgesloten, al wordt hier in 't bijzonder op Deputaten der particuliere Synode gedoeld.
De afvaardiging geschiedt door verkiezing der part. Synode, die uit haar midden eenigen benoemt als deputaten. In bijzondere gevallen kan de Synode ook niet leden der Synode kiezen, n.l. als zij dit noodig oordeelt. Zoo koos de Generale Synode te Groningen in 1925 als deputaat voor de correspondentie met de Hooge Overheid een lid der kerk, die geen ambtsdrager is, doch als Meester in de Rechten in zulk een deputaatschap zeer geschikt is. Om hierarchie te voorkomen is het goed, dat deputaten hun mandaat eindigen, wanneer de Synode opnieuw saamkomt en dat niet altijd dezelfde personen gekozen worden. Ook kan de Synode bepalen, dat jaarlijks de helft aftreedt en niet terstond herkiesbaar is. Art. 49 bepaalt niets omtrent den duur van het deputaatschap en daarom kan de Synode hieromtrent nadere bepalingen maken.
Wat de taak der Deputaten betreft, deze zouden wij kunnen onderscheiden in eene meer algemeene en speciale.
De meer algemeene is: „om alles te verrichten, wat de Synode geordonneerd heeft, zoowel bij de Hooge Overheid als bij de respectieve Classen onder haar sorteerende”. Geordonneerd, wil hier zeggen, bevolen, dus om alles uit te voeren, wat de Synode aan zulke deputaten opdraagt. Hieronder behoort allereerst de opdracht van correspondentie met de Hooge Overheid. Deze deputaten werden dus, volgens Art. 49, door de particuliere Synode benoemd. Dit was in dien tijd, toen de K.O. werd opgesteld noodig, omdat in de Regeering des lands, iedere provincie, bestuurd door de provinciale Staten, tamelijk zelfstandig was en dus allereerst met de provinciale Overheid gerekend moest worden en vervolgens, omdat hot niet zeker was, wanneer weer eene Generale Synode zou saamkomen. 't Is dus of de Synode van Dordrecht gevoelde, dat eene generale Synode vooreerst niet meer zou saamkomen Vervolgens was de taak der deputaten naar Art. 49 om uit voeren bij de respectieve classes, wat de part. Synode bepaald had. Deze deputaten behooren weer anderen te zijn, dan die voor Correspondentie met de Hooge Overheid, opdat niet alles wat de Synode geordonneerd heeft in één hand gelegd worde. Thans waar geregeld om de drie jaren Generale Synode wordt gehouden, kan de verkiezing van deputaten voor correspondentie met de Hooge Overheid door de Generale Synode geschieden.
In de Kerkorde van Dordrecht, zooals die in 1905 gewijzigd is door de Synode der „Geref. Kerken”, worden de woorden: „zoowel bij de Hooge Overheid, als bij de respectieve Classes, onder haar sorteerende” gemist. Daardoor is de bepaling van de algemeene taak nog ruimer geworden. Immers de Synode kan ook ordonneeren om iets uit te richten bij eene enkele gemeente, of bij een enkel persoon, en daarom zou ook bij ons de algemeene taak eenvoudig kunnen luiden: Om alles te verrichten, wat de Synode geordonneerd heeft. De beperking: bij de Hooge Overheid of bij de respectieve Classes, geeft den schijn alsof er voor andere gevallen geen deputaten mogen benoemd worden.
Hoe algemeener eene bepaling der K.O. is, hoe beter, want zij is geen wetboek van gebod op gebod, maar eene Orde of Regeling, welke in het algemeen aangeeft, hoe, naar de beginselen in Gods Woord neergelegd, de orde moet zijn in bet buis des Heeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1927

De Wekker | 4 Pagina's

Art. 49 D.K.O. Deputaten (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1927

De Wekker | 4 Pagina's