Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerk en Staat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk en Staat

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De stemmen voor de ontwapening verstommen in de wereld van onzen tijd, die voor de bewapening worden steeds luider en op maritiem gebied is de noodlottige wedloop reeds begonnen. Japan, Amerika en Engeland hebben hun kaarten voor de naaste toekomst gedeeltelijk op tafel geworpen en wij weten, dat er in ieder land met koortsachtige haast aan de uitbreiding van de vloot en de vermenigvuldiging van de vliegtuigeskaders zal worden gewerkt. De andere landen zullen dezen wedloop niet rustig kunnen aanzien, zoodat Frankrijk en Italië stellig daaraan zullen moeten meedoen en de vraag is gewettigd of ons land niet geroepen zal worden, met het oog op zijn groot koloniaal bezit, zijn vloot uit te breiden.
Want het gaat om de oplossing van het „pacific-vraagstuk”, d.w.z. wie er in den Grooten of Stillen Oceaan, de lakens zal uitdeden, en hiervoor komen slechts twee mogendheden in aanmerking; Japan en Amerika. Voor de meer ingewijden in deze vraagstukken was het sinds jaren al een uitgemaakte zaak, dat er tusschen deze twee een oorlog over dit vraagstuk moest en zou uitbreken. Sinds het oogenblik, dat Amerika de emigratie van Japaneezen verboden heeft, is de verhouding tusschen beide landen steeds koeler geworden en toen Japan zag, dat Amerika zich op China wierp en daar een apart gebied voor zijn producten zocht, is de verhouding steeds slechter geworden. Maar de wijze waarop men Japan na den wereldoorlog behandeld heeft, heeft de deur dicht gedaan. Als belooning voor zijn neutrale houding heeft men het niet toegelaten tot de vredesonderhandeling. Het Westen heeft het Oosten gedicteerd en dat terwijl het Oosten wist, dat het Westen zonder zijn hulp den oorlog tegen Duitschland verloren had. De westersche mogendheden hebben den oorlogsbuit onderling verdeeld en Japan kon toezien. Japan heeft daaruit de conclusie getrokken en is uitsluitend voor zich zelven gaan zorgen en de westersche mogendheden waren zoo kortzichtig in deze dingen, dat zij Japan in den Volkenbond opnamen. En daarin heeft Japan zich volkomen op de hoogte kunnen stellen van de onderlinge verhoudingen waarin de westersche mogendheden leefden. Genève is de leerschool voor Japan geweest en toen het daar geleerd had, dat er van het Westen geen gemeenschappelijke actie tegen het Oosten te duchten was, heeft Japan zich zelf ruimte verschaft in China en heeft zich daar een gebied toegeëigend grooter dan het zelf is, zoodat het de eerste 50 jaar geen uitbreiding van gebied voor zijn aanwassende bevolking behoeft. Wij zijn nog niet vergeten wat een figuur de Volkenbond in de behandeling van de Chineesch-Japansche kwestie geslagen heeft. Met Oostersche kalmte heeft Japan de Westersche mogendheden laten discusseeren, overtuigd als het was, dat het toch niet tot een gemeenschappelijk optreden komen zou. En Japan heeft het spel gewonnen wat het Westen niet ver-spel gewonnen, wat het Westen niet vergoed, dat de nieuwe staten, die Japan in het verre Oosten gevormd heeft of nog vormen zal, vassal staten van Japan zijn, die binnen enkele jaren hun eigen leger en vloot zullen hebben, maar die beiden ter beschikking van Japan zullen worden gesteld.
Men kan niet blind zijn voor het feit, dat er ernstig rekening gehouden dient te worden met de mogelijkheid, dat Japan de leiding in het Oosten neemt en onder de leus: „Azië voor de Aziaten” het Westen uit het Oosten verband.
En men is daar stellig ook niet blind meer voor. Alleen het is te laat. In de Haagsche Post van 12 Aug. j.l. wordt dit duidelijk in het licht gesteld en dat Amerika en Engeland plotseling aan de reorganisatie en uitbreiding van hun vloot begonnen is, omdat zij de geweldige economische expansie van Japan in hun eigen land gaan gevoelen en waardoor hun eigen export wordt bedreigd.
Want Japan werkt naar beproefde westersche methoden: „the trade follows the flay”, d.w.z. de handel volgt de vlag, maar uitbreiding van den handel leidt weer tot versterking en uitbreiding van den vloot. En de handel heeft zich in de laatste jaren geweldig uitgebreid. Tot in Afghanistan en Irak hebben de Japan-sche katoentjes, porselein en electriciteits-artikelen de Europeesche verdrongen. Met zijn kunstzij, waarmede het thans vierde in de rij der voortbrengers staat, concurreert Japan in sommige landen over den beschermenden tariefmuur heen. Het maakt meesterlijk reclame voor zijn waren, die het aanprijst en uitlegt in de inlandsche talen en uitzendt op tijden, dat de volken geld hebben en koopen. Zoo veroverde het economisch de Philippijnen en dringt het door in onze Oost. Economisch zoowel als politiek heeft het alle Westersche gebruiken en voorbeelden, goed en kwaad, met den Oosterschen geest doordrongen en toont het zich een in macht rekenkunstig, in zelfbewustzijn meetkunstig toenemende groote mogendheid, die weet wat zij wil, steeds meer wil dan zij kan en die het voor haar levensbelangen tegen ieder durft opnemen.
Dat bewijst het nieuwe aanvullings-program voor de vloot, dat dezer dagen gepubliceerd werd. Volgens de Japansche bladen omvat het z.g. aanvullingsprogram voor de oorlogsvloot 25 nieuwe oorlogsschepen overeenkomstig de bij verdragen aangegeven types, 11 vaartuigen vrij van verdragsbeperkingen en 8 luchteskaders, waarvoor in totaal zal worden uitgetrokken een bedrag van 670 millioen jen, welke som over een periode van 4 jaar zal worden verdeeld. Onder de te bouwen vaartuigen zal ook zijn een vliegtuig-moederschip van 12,000 ton, ter vervanging van een oud model van 7500 ton. Bovendien wordt 75 millioen jen uitgetrokken voor de verbouwing en moderni-seering van slagschepen en kruisers. Met het benoodigde bedrag voor het Departement van Oorlog, zullen de totale kosten voor Japans nationale verdediging in het nieuwe dienstjaar, indien de voorstellen althans worden goedgekeurd, niet minder dan 1240 millioen jen bedragen. Indien de 8 luchteskaders worden aangebouwd, bezit Japan in het voorjaar van 1938 39 marine-luchteskaders.
Na deze publicatie kwam Rooseveldt onmiddellijk voor den dag met het Amerikaansche program en eenige dagen later Engeland. Milhoenen zullen er dus in de komende jaren weer worden uitgegeven voor oorlogsmateriaal en dat terwijl de Westersche wereld zucht en steunt onder de groeiende schuldenlasten, die deze crisis met zich brengt. Het gaat verkeert in de wereld. Laat men er zich goed rekenschap van geven. Wij gaan snel in de richting van een tweeden wereldoorlog, die den eersten èn in omvang èn in gruwelijkheid verre zal overtreffen.
Laten de volken zich bezinnen, de kerken wakker worden. Want een tweede oorlog is de ondergang van het Westen, omdat het zich zelven door zijn onderlinge verdeeldheid daarmee ten gronde zal richten. Europa staat op den tweesprong en de weg, dien het kiest, zal beslissend zijn.

d.H. (Den Haag) J.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 september 1933

De Wekker | 8 Pagina's

Kerk en Staat

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 september 1933

De Wekker | 8 Pagina's