Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Inwendige Zending- IV

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Inwendige Zending- IV

Sociale ontevredenheid

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De sociale ontevredenheid heeft vele gegronde motieven, maar ongegronde nog meer. Ik geef toe, dat vooral in de groote steden ontzettend veel armoede geleden wordt. Er gaat geen week voorbij, of ik hoor en zie een sociale nood, die dringend om leniging roept. Ontzettend zooiets te zien en soms niets te kunnen doen. Dat met name onder de stedeling en bij sommigen het woord „armoede” een uithangbord is om de inrichtingen van liefdadigheid te lokken en te plunderen weet ieder, die in onze enorme menschenpakhuizen dagelijks verkeert. Zeker, maatschappelijke steun geeft niet te veel aan de menschen, maar als men soms merkt, hoe dat weinige besteed wordt aan allerlei onnoodige dingen, aan prullaria, aan weeldedingen zelfs, dan wordt men wel eens bitter gestemd. Het zijn die menschen inzonderheid, die geweldig tekeer gaan tegen de regeeringsmaatregelen en tegen de hardvochtigheid van de philantropische instellingen. De kerk, het kapitaal, de regeering, de minister, de burgemeester, de controleur van de steunregeling, enz. heeft het gedaan, In mijn vorig artikel heb ik gezegd, dat men de sputteraars en klagers niet van uit de hoogte moet aanspreken en de sociale ontevredenheid niet maar voetstoots als „groote zonde” moet brandmerken. Anderzijds zal de man van het evangelie zich ook moeten wachten deze klagers gelijk te geven en in alle opzichten te gelooven. Alhoewel hij zijn gereserveerdheid niet moet toonen, zou het toch groot gevaar opleveren, indien hij ze niet beoefende.
Misschien denkt iemand ondertusschen: „waarom met de menschen gepraat over sociale misstanden en over hun stoffelijke ellende? De evangelisatieman komt voor de zielen der menschen, en daarmee uit!” Ja, dat is heel mooi en „zuiver” gezegd. En zij, die niet aan dit werk doen of alleen maar een woordje spreken in een evangelisatie-samenkomst kunnen ’t heel goed zeggen, hoe het moet. Zij echter, die aan huisbezoek doen, weten echter heel goed, dat de voorwerpen van evangelisatie zelf wel zorgen, dat je zonder er erg in te hebben in een schuitje zit, waarin je aanvankelijk niet van plan was plaats te nemen.
Nergens toch liggen meer voetangels en klemmen dan op het terrein van het huisbezoek. Misschien zit het daar ook wel in, dat zoo weinigen voor deze methode van arbeid iets gevoelen!
Zelfs bij werkelijke armoede is het gevaar niet denkbeeldig, dat de menschen heer vriendelijk den huisbezoeker ontvangen, in de hoop, dat hij namens zijn vereeniging bijvoorbeeld, de man is van „een paar losse centen”. Evangelisatie-samenkomsten zelfs worden meest bezocht door hen, die weten, dat er iets gegeven wordt. Er zijn er genoeg, die eiken avond een of andere samenkomst bezoeken louter om onderdak en een kop warm drinken, enz. Ze hollen van de eene samenkomst naar de. andere niet anders dan uit veinzerij. Natuurlijk moet men daarom de samenkomsten niet staken, want hoe verkeerd het motief der bezoekers kan zijn, God is machtig zondaren te trekken. Ik meen, dat vader Brakel ergens zegt, dat als we de menschen met de belooning van een schilling in de kerk konden krijgen en we hadden de middelen er toe, wij het doen moesten. In een samenkomst kan de spreker waarschuwen voor zulke onheilige motieven van tegenwoordigheid, zonder dat hij de kans beloopt zich te vergissen in de menschen, want zijn woord is in ’t algemeen: er zullen zulke veinsaards zijn en er zullen er anderen zijn. Maar op het huisbezoek moet de evangelisatie-man toch zijn houding bepalen tegenover den sociaal ontevredene, want hier treedt het persoonlijke zelfs in zekeren zin het intieme op den voorgrond. Hij moet trachten te peilen, zonder veel woorden te gebruiken, liefst met een blik, de al of niet gegrondheid van de sociale ontevredenheid, meer nog, hij moet als sociaal voelend mensch, die zijn medemensch liefheeft, naar ziel en lichaam toch in zijn houding toonen, dat hij medegevoelt met de werkelijke sociale nood van den ellendige. Dit is dan niet een opzettelijk, gewild doen alsof…, neen dit is dan een vanzelfsheid! Vandaar, dat de brenger van het Evangelie niet in zijn ijver en haast kan zeggen: „ja menschen, zwijg daar maar over, want daar kom ik niet voor, ik kom voor je ziel!” Want dan reageert de aangesprokene aldus; „heb je niets met mijn lichaam, mijn stoffelijk bestaan op, nu dan krijg je mijn ziel ook niet!” Het spreekt van zelf, dat evangelisatie niet verward mag worden met philantropie, maar als we in onze houding en in ons gesprek laten merken, dat des menschen sociale ellende ons niet raakt, och dan werken we mede, dat de menschen ons liever zien gaan dan komen. Ook al voorziet de evangelisatie naar haar karakter in ’t geheel niet in de stoffelijke nood, iets, waarop ook niets tegen is, dan nog blijft de roeping een open oog hebben voor de stoffelijke ellende en een hart dat mee-lijdt en mee-voelt!
In ’t kort kunnen we ’t aldus zeggen: Er zijn allerlei vooroordeelen, misverstanden en schuld, die aan beide zijden het vertrouwen in Kerk en godsdienst geschokt hebben. Hoe noodzakelijk is het dus, dat er getracht wordt weer een vertrouwenshouding te scheppen.
Dat dit alleen maar kan gebeuren door herhaald persoonlijk contact hoop ik u D.V. een volgende keer aan te toonen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 1935

De Wekker | 4 Pagina's

Inwendige Zending- IV

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 1935

De Wekker | 4 Pagina's