De Groep-beweging (14)

Het „Deelen”.
De opgemelde beweging meent voor haar deeltechniek bewijs te over te vinden in de H. Schrift. Als de Schrift werkelijk deze techniek in de zielszorg aanbeveelt, hebben wij tegen de Groep te zwijgen en zijn we om Gods wil verplicht ook deze methode toe te passen, ook al zou dit alles niet zoo in overeenkomst zijn met ons gereformeerd denken. Dan moeten we ons aanstonds in denken en houding herzien. Drie bijbelplaatsen halen de leiders der groep met veel instemming aan om hun methode te verdedigen.
Hand, 19 : 18 „En velen die geloofden, kwamen, belijdende en verkondigende hunne daden. Hier wordt echter nergens door de apostelen de eisch van „deelen” gesteld. Ook staat er niet. dat de geloovige Efeziërs geregeld, bij herhaling, al hun daden bekend maakten. Alleen deden ze dit bij gelegenheid van de geschiedenis met de zonen van Sceva.
Joh. 1 : 9 „Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonde vergeve. en ons reinige van alle ongerechtigheid. ”
Hier wordt met geen woord gerept over liet belijden voor de menschen, doch wel gewezen op de verborgen belijdenis des harten voor God,
Ook het beroep op Paulus' gewoonte om eerst de gemeenten zijn bekeeringsweg mee te deelen, snijdt geen hout, als we bedenken, dat Paulus en toch lang niet overal dat gedaan schijnt te hebben, en als hij 't deed, dit was om te verdedigen zijn apostolische zending, waaromtrent hij werd aangevallen.
Jakobus 5:16. „Belijdt elkander de misdaden, en bidt voor elkander, opdat gij gezond wordt. Een krachtig gebed des rechtvaardigen vermag veel. ”
Ja, met dezen tekst schijnt de groep zeer sterk te staan. In alle geschriften, die ik van de Groep gelezen heb, ook in het werkje van Ds. Both, wordt deze tekst aangehaald. Opmerkelijk, het laatste deel van den tekst: ……..bidt voor elkander, opdat gij gezond wordt, ” zie, dat wordt door de Groep niet toegepast; wellicht, dat dit niet in den smaak zou vallen bij de vele intellectueelen, waaronder ook vele artsen zijn, die zich tot de groep aangetrokken gevoelen.
Als je aan mijn boterham komt…… pas op! Vergeef deze ondeugendheid mij!
Maar afgedacht van dat laatste dan, blijft er staan: „belijdt elkander de misdaden. ” Dat zegt Jakobus dan toch maar. Is het niet verschrikkelijk, dat de officieele kerk over deze duidelijke woorden maar leukweg heenleest? Of zou de beoefening van Jakobus' vermaan, de kerkelijke hoogwaardig heidsbekleeders wel eens aan de boterham kunnen komen? De techniek van het deelen over de geheele linie der christenheid doorgevoerd kon het preeken van de dominee's, wat toch niet anders is dan een weloverdacht lesje voordragen, wel eens overbodig maken. Wie kaatsen wil, moet den bal verwachten.
Laat ons het aantrekkelijk kaatsspel staken en met alle ernst Jakobus 5:16 gaan lezen. Naarmate we ernstiger worden ' wordt echter de verklaring van het opgemeld tekstwoord er niet gemakkelijker op, dat erkennen we.
Het blijkt uit verband met de voorgaande verzen, dat het hier gaat over menschen, die in groot lijden verkeeren, menschen, die ziek zijn enz.
Niet over één mensch, als uitzondering . in de gemeente, doch veeleer over verschil-lende zieken in den kring der geloovigen. Stonden deze ziekten in verband met allerlei misstanden en zonden, die in de gemeenten overheerschend waren geworden? Zonden, die openlijk bekend waren, zoo-als dat o.a, was in de gemeente van Corinthe? We weten het niet, maar het vermoeden ligt voor de hand. Maar zoo gezien, is Jakobus' woord een vermaan, dat de geloovigen tot inkeer moeten komen, dat ze 't elkandere moeten bekennen, dat hun zonden, die als uitbrekende zweren openbaar waren geworden, de oorzaak van hun ziekten vormden. Op die manier moeten ze samen om vergeving vragen en elkander de misdaden belijden en genezing bij God zoeken,
Het is zelfs mogelijk, dat hier speciaal gedacht wordt aan hen, die zoo langzamerhand van de waarheid waren afgedwaald, welke afdwaling door God met ziekte bezocht werd, lees het laatste deel van dit hoofdstuk.
We zien in den apostolischen tijd, dat de Heere de zonde der christen-belijders heel dikwerf met ziekte en dood bezocht, misschien wel ter waarschuwing voor anderen en latere tijden, en dat het gebed om genezing sterk op den voorgrond trad. (Nu misschien al te veel op den achtergrond wordt geschoven?)
Toen echter de bijzondere gaven ophielden als die van talen en gezondmaking, kwam er omtrent zoo veeél verandering, al was elke verandering geen verbetering. De Buchman-beweging wil echter met haar „deelen” direct terug naar de eerste christelijke kerk, stapt met zevenmijlslaarzen over heel de geschiedenis van Gods kerk heen. rekent ”niet met de „pro-videntia specialissima. ” in den loop der eeuwen, past het experiment daarbij nog heel eenzijdig toe, door van uitzonderingsgevallen zoo maar een algemeen geldenden regel te maken, en wordt in haar beroep op de H. Schrift o.i. aan de doorgaande en blijvende bedoeling der H. Schrift ontrouw. 2e heft dreigend den vinger op tegen de kerken, die de H. Schrift zoo bevooroordeeld lezen en verklaren, doch is zelf niet ontkomen aan het euvel, dat ze bij anderen meent waar te nemen. Hier denken we aan Jezus' woord van den balk in eigen oog en den splinter in eens andermans oog.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen