Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Oxford-groep (4)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Oxford-groep (4)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na deze vier absoluten komt als tweede element aan de orde: De dusgenaamde stille tijd.
Hieronder verstaat de groep iets, dat inderdaad, mits anders uitgewerkt, een goed, een zelfs zeer aanbevelenswaardig element bevat. Maar ik herhaal, dan anders, en goed uitgewerkt.
De Groep wil, dat men zich onder Gods „leiding" plaatst. Uitnemend. Hoe? Wel men geve God gelegenheid ons te zeggen, wat en hoe Hij wil. Daartoe bezige men vooral de volgende methode, Men sta tijdig op,en zondere zich eenigen tijd af, om geheel stil alleen met God te zijn. Tot bidden? niet direct nog. Men zette zich eenvoudig stil neder; men late God de gelegenheid om aan 't woord te komen tot ons. Men overdenkt zijn weg, zijn taak, zijn dag, en men merke nu op, wat God in ons, aan ons te zeggen heeft. Wat dan. in zulken „stillen tijd" in uw ziel beluisterd wordt, dat is als Gods stem. Ge schrijft het zelfs op; ge legt potlood en papier naast U gereed, om de inspraken te noteeren. Het wordt zoo iets als de „Urim en Tummim" bij Israël.
Het goede dat hier bedoeld is, en zoover het kan gewaardeerd moge worden, wordt echter zoo lichtelijk bedorven, alweder wanneer het tot methodisme wordt vervormd. Dit zich afzonderen op gezette tijden is uitnemend. Doch laat dan Gods Woord alweder uw absolute gids zijn. Beginne men met Gods Woord te openen, dan uw knieën te buigen, en alzoo uw hart open te stellen voor wat althans naar God en Zijn Woord moge zijn. Zooals de Groep het voorstelt te doen, is 't gevaar verre van denkbeeldig, dat men geraakt tot een soort pan-theïstisch psychisme, of (zooals Dr. Kraan destijds zoo terecht het typeerde) tot zielecultus, en dat men dit voor religie aanziet.
Pantheïstisch psychisme zeide ik; daaronder wil ik verstaan, dat men al wat it deze ziele-techniek gebeurt aanziet als van God; het „al-goddelijke" door-droomt dan met name ons zielediep; het speelt" daar als het ware op de snaren ran onze zieleharp. De tonen zijn daarom van goddelijke kwaliteit. Of dit nu set zich stellen onder Gods leiding in schriftuurlijken zin is, is te betwijfelen, a te weerspreken. De leiding, waarvan de Heilige Schrift gewaagt, is een zich stellen in band aan Gods Woord onder Gods gebod in de eerste plaats, en dar een zich overgeven aan Gods voorzienig heid met een bewandelen in gebed vat den weg, dien de Heere kennelijk U wijst.
Anders loopt men gevaar op de paden van het subjectivisme te verdoolen Daarbij, wat uit ons zielediep opwelt, is daarom nog niet van goddelijk gezag; men komt anders op de lijn van het be-kende: ik ben een God in 't diepst var mijn gedachten. Men kan nu wel zeggen: o, dit verwerpen wij ook. Maar of het systeem en de methode met dat al niet in deze richting sturen, is een andert vraag.
Wij wenschen bij dit teedere punt allerminst ook maar iemand te schaden, ol te minachten. Maar waarlijk, juist om deze teederheid, het is niet te ontkennen, dat hier droeve en troebele zaken moeten geconstateerd, waartegen althans niet ernstig genoeg de wacht kan worden betrokken.
Zoo vernamen wij uit hoogst betrouwbare bron, dat iemand in dien stillen tijd, de boodschap had ontvangen, dus van Gods wege, dat hij moest wederkeeren naar de Roomsche Kerk, In hef Utrechtsch Dagblad vermeldde openlijk iemand, van God op die manier opdracht tot echtscheiding te hebben ontvangen; want dan kon die persoon beter bruikbaar in Gods plan zich stellen; en……… men was er nota bene maar toe overgegaan ook, 't Is fraai. Op zekeren Zondagmorgen gaat een dame naar de Groepvergadering, terwijl het kerk was; iemand vraagt haar of zij zich niet had te houden aan Gods voorschriften, en aan Jezus voorbeeld, die op den dag des sabbaths gewoon was op te gaan naar de Synagoge. Zij antwoordde, dat zij van God…… regelrecht de opdrachten ontving van wat zij al of niet te doen had. Zoo ontstaat normlooze moraal. Wij zouden zoo voort kunnen gaan. Excessen, zegt men. Jawel, maar die op de lijn van zulk methodisme gefabriceerd worden. Want het moet helaas gezegd: de eerbied voor het gezag van heel de Heilige Schrift als Gods Woord houdt bij de Groep hiermede geen gelijke pas, Bij sommigen mogelijk wel, maar bij anderen ganschelijk niet. Gelijk uit de verschillende uitlatingen ten deze in de Groep-literatuur overduidelijk aan het licht treedt. Men moet n.l. niet uitgaan van, of afgaan óp één of anderen leider of geschrift, maar den ganschen inventaris van het geheele Instituut moet men eens nagaan. Dan zal blijken, dat het waar is, wat ik hier zeg. Hier hebt ge een der ernstige gevolgen van het fundamentlooze, van het dogmalooze en van het negeeren der theologie.

Een derde zaak die hier ter sprake kome, is het dusgenaamde „deelen" Deelen, mededeelen en met elkaar deelen; men verstaat er onder, dat wij elkaar onze ziel moeten bloot leggen tot belijdenis van zonden, ziele-moeilijkheden en bijzondere nooden in verband met zonden en diergelijke. Men beroept zich op Jacobus 5 : 16: belijdt elkander. Een soort biecht dus. Dit moet dan geschieden in meer intiemen kring. En de persoon die men daartoe waardig acht, om hem zijn ziel en leven te openbaren, moet dan van zijn zijde ook zijn ziel bloot leggen enz., om zoo elkander te helpen. Men meent dat dat verruiming, ja verbetering zal geven; en vindt hier een der middelen om van binnen vrede en naar buiten verandering tot stand te brengen. Nu diene ook hier wederom het goede in de bedoeling niet verworpen te worden.
Inderdaad kan het nuttig zijn, als men een vertrouwd persoon zijn intieme zaken .eens mededeelt. En Calvijn teekent bij het Woord van Jacobus ook aan, dat dit wel geen Roomsche biecht bedoelt, maar toch, dat het goed kan zijn voor de ziel, om zóó te handelen; vooral opdat men daardoor gemeenschappelijk ernstiger bidden zal om vergeving,
Inderdaad het kan wel eens o zoo zielverlichtend helpen als men dit doet. Maar dan worde dit toch nooit een methode. Dit moet niet als een „ambacht" gebeuren. En dan vooral niet aan den eerste den beste zich openbaren. Hiervoor mogen alleen in aanmerking komen zij die waardig zijn u te hooren, die verstand met goddelijk licht bestraald bezitten; en o.i. komen hier allereerst voor in aanmerking, de ambtsdragers in Christus' kerk. Waarom gaat men die dan vaak voorbij? Ook acht ik het allesbehalve on-schuldig, om aan een of anderen Groep-aanhanger uw „geheimen" mee te dee-len, die misschien" morgen Groep-man af is, en dan met uw „zaken" over de markt loopt.
Daarbij wat is gebleken? Dat die „deeling" voor een zeer groot percentage betreft: huwelijks- en liefde-aangelegenheden. Dit is vooral heden ten dage het In deze kunnen we bij Freud wat leeren, bij den bekenden "Weener Hoogleeraar in de zielkunde, en die ons geleerd heeft hoe de z.g.n. psycho-analyse een der beste methoden zou zijn, om van „zielsziekten" te genezen. Menigeen loopt rond met ziel- (zenuw) ziekte of andere afwijkingen, die gevolg zouden zijn van verdrongen complexen in het onderbewuste; als die nu maar losgemaakt worden, als er maar naar bovenbrenging is, door het opheffen van weer-standen, dan komt men er. Het komt hier op neer, als ge uw zielsdiepte ten deze maar eens biecht dan komt er genezing.
Nu is het waar, dat inderdaad zoo iets aan reeds menig benauwd gemoed lucht, bevrijding, herstelling zelfs gaf. En zoo kan ik mij indenken, vooral bij critieke complexen, dat een „gezonde" biecht wel eens groote opluchting in het benauwd gemoed geeft. Maar twee opmerkingen. Ten eerste is zonder meer dit nu bekeering? Al verloste het u van angst, en ziekte zelfs, ja van sommige on-zeggelijke zonde practijken, dit is daarom nog niet de redding uwer ziel. Het kan zoo omgaan buiten het gewasschen worden in het bloed van Christus.
En ten tweede: geweten is nog iets anders dan Heilige Geest. Gewetensontlasting kan een zekere rust vrede met u zelf, opluchting en alzoo vreugde geven. Maar dit is nog iets anders dan vrede met God, nog iets anders dan verzoening, nog iets anders dan vreugde in God. En nu ligt het gevaar weer voor de hand, dat men uit de Groep-biecht-stoel terugkomt met een ontlast geweten, met een verruimd gemoed, en dit dan houdt voor een geredde ziel, dan spreekt men van blijdschap enz. enz. Maar Freud is nog iets anders dan Christus. Houden we ons toch aan Ps. 32 : 'k Bekende o Heere, aan u oprecht mijn zonden.

(Wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 september 1937

De Wekker | 4 Pagina's

De Oxford-groep (4)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 september 1937

De Wekker | 4 Pagina's