Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Dortsche Synode en het Supralapsarisme. (0)

Bekijk het origineel

De Dortsche Synode en het Supralapsarisme. (0)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij hebben het oordeel gehoord van de provincie van Gelderland en Noord Holland. Thans luisteren wij, wat de afgevaardigden van Zeeland op de groote nationale Synode van Dordrecht omtrent dit punt hebben te zeggen. Zeeland is altijd geweest het land, waar veel liefde voor de Waarheid werd gevonden. De vraagstukken der dogmatiek hebben in Zeeland steeds een hartelijke belangstelling gehad. Nog tot op den dag van heden is deze provincie zeker niet de minste onder hare zusteren, wanneer het geldt de verdediging en de verdieping der waarheid, die naar de godzaligheid is. Nu is het toch weel zeer opmerkelijk, dat ook deze provincie geen enkele stem liet hooien, die pleitte voor het supralapsarisme. Wel komt ook in dit haar oordeel duidelijk uit, hoeveel tijd en moeite de Groote Synode zich gegeven heeft om in dit zoo kardinale punt der Gereformeerde leer tot schriftuurlijke helderheid te komen. Het is telkens een treffend bewijs, hoe zeer onze Gereformeerde Vaderen uit de Heilige Schrift hun leer hebben opgebouwd. Geen speculaties, geen afgesproken redeneeringen, geen denkmogelijkheden waren het, die de verschillende provinciale synodes hebben geleid, maar de enkele en toch zoo inhoudrijke vraag: „wat zegt de Schrift” was de eenige maatstaf voor de bepaling van het leerprinciep. Het was niet genoeg, dat men zich beriep op de Schrift, want ook hier blijft het spreekwoord waar: „elke ketter heeft zijn letter”, maar men ging in tot de gedachte der Schrift, en bovenal tot de voorstelling der waarheid, zooals die in de Heilige Schrift gegeven werd. Het was zeer juist van prof. v.d. Meiden in zijn inauguratie opgemerkt, dat het niet aanging om een tekst uit den Bijbel aan te halen en bijv. met een beroep op de uitspraak van den Apostel Paulus in den Galatenbrief, waar Paulus zegt, dat hij van zijns moeders lijf was afgezonderd en geroepen door Gods genade, daarin te lezen, dat Paulus wedergeboren en een kind Gods was en toch een vijand van de gemeente des Heeren kon zijn. Zulke oppervlakkige of liever willekeurige lezing is geen beroep op Gods Woords, maar is veeleer Gods Woord dienstbaar maken aan eigen inzichten en eigen systemen.
Deze praktijk was verre van de afgevaardigden op de Synode van Dordrecht, die telkens blijk gaven met de hoogste omzichtigheid het Woord van God te gebruiken, wanneer het gold het dogmatisch bewijs te leveren voor een of ander leerstuk. Dit komt nu ook weer uit bij de afgevaardigden van Zeeland. Hun oordeel is doortrokken van den zin en den Geest der Heilige Schrift, iets, wat steeds zoo weldadig aandoet als wij geleerd hebben enkel en alleen op het Woord des Heeren te letten.
Zeeland spreekt onomwonden uit, dat alleen de gevallen mensch voorwerp was van Gods eeuwig besluit. De afgevaardigden formuleeren hun meening aldus: de voorverordineering ter zaligheid is een eeuwig genadig en onveranderlijk besluit Gods, door hetwelk Hij besloten heeft naar den raad van Zijnen wil, zekere en sommige bijzondere personen (welk bepaald getal Gode alleen bekend is) uit het gevallen menschelijke geslacht in Jezus Christus te verkiezen krachtiglijk te roepen, door het geloof te rechtvaardigen, te heiligen enz. enz. Hieruit blijkt, hoe zeer deze afgevaardigden de juiste orde der Heilige Schrift, volgen en eerst aan de roeping de plaats geven in het werk der genade, en daarnà van het geloof gewagen, dat in Jezus Christus het rustpunt van zijn gerechtigheid bij God vindt. Hoe geheel anders klinkt dat bij hen, die langs de lijn van het speculatieve denken een geheele reconstructie geven van de weldaden des heils en gaarne beginnen met de leer van de eeuwige rechtvaardigmaking en de potentieele wedergeboorte! Hoe zeer deze afgevaardigden op de Synode de Schrift lieten spreken, bewijst wel hun beroep op den Bijbel, als zij verwijzen naar Rom. 9:15—16, waar staat: „Ik zal mij ontfermen, diens Ik Mij ontferm, en zal barmhartig zijn, dien Ik barmhartig ben. Zoo is het dan niet desgenen, die wil, noch desgenen die loopt, maar des ontfermenden Gods”. Zij zeggen hiervan zeer juist: hier wordt het voornemen om te verkiezen genoemd „ontferming”, en de uitverkorenen worden in vers 23 „vaten der barmhartigheid” genoemd. En nu wijst de provincie Zeeland er de Synode met nadruk op, dat, als de Heilige Schrift spreekt van ontferming in het stuk der eeuwige verkiezing, dit kennelijk vooruit stelt de ellende. De afgevaardigden op de Synode herinneren dan verder, aan wat Paulus schrijft in hoofdstuk 11 van den Romeinerbrief, vers 32: „God heeft ze allen onder de ongehoorzaamheid besloten, opdat Hij hun allen zoude barmhartig zijn”.
Wie de moeite neemt om op deze teksten de kantteekening van onze Statenvertaling na te slaan, zal zien, hoe zeer deze vertolkers van de gedachten der Schrift zich aan de uitspraken der provincies op de Synode van Dordrecht hebben gehouden. Waren de meeningen in deze hoogst gewichtvolle aangelegenheid niet zoo zeer eenstemmig geweest, allicht zouden de kanteekenaren niet zoo onomwonden voor het infralapsarisme hebben gekozen.
Ook de provincie Zeeland heeft er het hare toe bijgedragen, dat onze Gereformeerde confessie zoo door en door infra-lapsarisch spreekt, en dat het Gereformeerde belijden hier geen onzeker geluid laat hooren, wanneer het de vraag geldt, òf het supra, òf het infra leer der Gereformeerde kerk is?
Wie den arbeid der Dordtsche Synode nagaat en de verschillende uitspraken der provincies leest, behoeft nooit in het onzekere te tasten om te weten, wat onze Gereformeerde Vaderen uit den bloeitijd der gereformeerde leer hebben beleden als de weerspiegeling van Het Woord van God van God.

A. (Apeldoorn) S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 oktober 1938

De Wekker | 4 Pagina's

De Dortsche Synode en het Supralapsarisme. (0)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 oktober 1938

De Wekker | 4 Pagina's