Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Liturgische handeling bij de begrafenisdienst? (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Liturgische handeling bij de begrafenisdienst? (5)

LITURGISCHE HANDELING BIJ DE BEGRAFENISDIENST?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

f. Orde voor de, begrafenisdienst.
Wij spreken opzettelijk van begrafenisdienst; voor ons is er wezenlijk verschil tusschen begraven en verbranden. Maar deze zaak is bij de liturgiek niet aan de orde.
Er is reeds opgewezen, dat bij de begrafenis principieel een bepaalde liturgische handeling verwerpen.
Wel moet er eenige orde zijn bij de begrafenisdienst; het gaat niet aan, dat de dienaar willekeurig optreedt.
De taak bij deze begrafenisdienst is voor den dienaar zwaar. Hij zorge aanwezig te zijn in het sterfhuis en op het graf. Nooit geve hij oorzaak, dat men kan spreken van een ezelsbegrafenis, Jer. 22:19. De dienaar, die den levende het evangelie verkondigde, de herder, die het schaap in het leven verzorgde, zij ook op het graf en in het sterfhuis aanwezig, wanneer het lichaam van het overleden lid zijner gemeente wordt uitgedragen.
Het werk van den dienaar is bij dit alles zeer verantwoordelijk. Het is wel waar, dat men beter kan gaan in het klaaghuis dan in het huis der maaltijden, Pred. 7:2, maar dat neemt de moeilijkheid van de taak niet weg. De dienaar bedenke allereerst, dat niet hij de Rechter is over de levenden en de dooden. Dat houdt niet in het betrachten van: De mortuis nil nisi bene (over de dooden niets dan goeds). De zwarte bladzijden uit het levensboek van den overledene behoeft hij in het sterfhuis niet te lezen en der afgestorvenen lof mag hij op het graf niet verkondigen, vgl. Syn. Dordrecht 1578. De dienaar betrachte verder in alles de eerlijkheid. Eens moet hij voor den Heere rekenschap afleggen van ieder woord, dat hij in het sterfhuis en op het graf sprak. Nooit vergete hij, dat hij dienaar des Woords is. Hij zelf houde de leiding en wake tegen het laten spreken van leugentaal bij de groeve van de overledene.

De dienst in het sterfhuis.
Het is goed, dat de dienaar beginne met het Woord Gods te laten spreken. Is men in een gebouw samen, dan kan daarna worden gezongen. Natuurlijk volgt hierop dan het gebed. De dienaar opene dan het Woord; de dienst des Woords moet tot zijn recht komen. Over die opening des Woords is Gods zegen afgesmeekt. Het is niet verboden, dat de dienaar iets zegt over den overledene, maar het karakter van dienst des Woords moet worden gehandhaafd. Wanneer de dienaar des Woords een voor dezen dienst passend Schriftgedeelte leest, vindt hij ook de rechte stof om te spreken over den overledene en tot de overlevenden.
In het slotgebed word de familie in het bijzonder den Heere opgedragen; vooral wordt dan gedacht aan den moeilijken gang naar het kerkhof. In dit gebed worde ook niet vergeten den Heere te danken voor zijn weldaden; dit laatste geldt wel bijzonder wanneer de overledene door Gods genade als christen leefde en stierf. Voor een formuliergebed gevoelen wij niets; dit zou voor deze gelegenheid zeker veel te algemeen zijn. De zegen wordt niet uitgesproken.
Gevolgd kan deze orde:
Gebed om den zegen over het Woord.
Schriftlezing.
Verklaring en toepassing van een Schriftgedeelte.
Slotgebed, waarin de nooden der overlevenden den Heere worden opgedragen.
Waar het mogelijk is kan samen gezongen worden.
De dienaar moet met zorg het juiste Schriftgedeelte kiezen. De handboeken kunnen hem helpen.

De dienst op het graf.
Op vele begraafplaatsen is tegenwoordig een kapel of een soort zaal.
Indien er een kapel is, kan de dienst in dat gebouw worden gehouden. Onder orgelspel wordt de lijkkist binnengedragen; de familie en de belangstellenden volgen.
De dienaar begint weer met de lezing van een Schriftgedeelte. Dan kan gemeenschappelijk worden gezongen. Na het gebed volgt de verklaring van het Woord. Ook hier worde het karakter van Woordbediening niet verloochend. Het evangelisatie-element in die verkondiging worde recht betracht. Naar de gelegenheid des tijds moet de sleutel van het Koninkrijk der hemelen recht worden gebruikt. Dan volgt het dankgebed.
Heel deze dienst zij kort.
Indien er in de kapel nog toespraken worden gehouden, kan de dienaar daartoe gelegenheid geven vóór de dienst aanvangt. Maar die toespraken moeten niet in strijd zijn met het karakter der christelijke begrafenis; zij moeten weinig zijn en kort.
De dienst in de kapel kan dus zijn:
Schriftlezing.
Gemeenschappelijk zingen.
Gebed.
Woordverkondiging.
Slotgebed en slotzang. Ook hier geen formuliergebed.
Na den dienst in de kapel volgt de gang naar het graf. Onder orgelspel wordt de lijkkist uitgedragen; de familie en de belangstellenden volgen.
Wanneer allen zich geschaard hebben om de groeve, wordt de lijkkist in het graf neergelaten. Dit kan geschieden onder het zingen van een Psalmvers of onder eerbiedige stilte.
De dienaar kan nu volstaan met het uitspreken van het Apostolicum en een gebed. Gezamenlijk kan worden gezongen.
Een der familieleden kan een kort dankwoord spreken. Beter is het, wanneer het gesproken wordt vóór de dienaar des Woords zijn werk doet.

v.d. M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 november 1948

De Wekker | 4 Pagina's

Liturgische handeling bij de begrafenisdienst? (5)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 november 1948

De Wekker | 4 Pagina's