Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Nood der Jeugd (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Nood der Jeugd (III)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij weten en belijden allen dat de ellende gevolg is van onze zonde. Wij moeten niet beginnen anderen te beschuldigen, al heeft ieder persoonlijk zijn* verantwoordelijkheid. ledere patroon, iedere werknemer, iedere regering, iedere kerk. Doch nooit mag worden vergeten dat wij allen schuldig staan aan wat wij noemen de nood van de tijd; ook schuldig staan aan de nood der jeugd. Ook de jeugd staat schuldig. Dit nader uiteen te zetten is in dit verband niet nodig. Onze artikelen bedoelen niet anders dan de werkelijkheid onder de ogen te zien en te trachten onze roeping te verstaan.
De ellende is er als gevolg van onze zonde. Wat de „profeten" van vandaag voorspellen op grond van wat heden wordt waargenomen, is uiterst somber. Heden vertelde mij nog iemand dat een der voornaamste burgers van ons land moet gezegd hebben dat Europa economisch al verloren is en als het over twee jaren anders blijkt „dan heeft God het zo gewild, maar mensen kunnen de ondergang niet meer tegenhouden". In elk geval ligt er deze belijdenis in dat „wij het niet redden zonder den Heere". En dat laatste juist loochent de massa, en allen, die het met de mond belijden, beleven dit helaas niet.
Wij hopen nog wel eens op de ene of andere wijze te kunnen spreken over „Het 25e uur", een boek dat in elk geval herinnert aan de nood van de tijd. Het laat ons ook zien hoe verschrikkelijk arm en ellendig de mens is zonder God, buiten Christus.
Wat moeten wij nu doen voor onze jeugd? De jeugd moet zeker worden voorgelicht. Uitstekend is het goede lezingen te houden voor de jeugd. Te prijzen is het verenigingswerk. Alleen moet daarbij streng worden gewaakt tegen elke vorm van afglijden en verwereldlijking. Al die arbeid is te prijzen en moet warm en biddend worden gesteund. Het is veel goedkoper wat te smalen op die jongeren dan zich af te zonderen in gebed, wanneer de jeugd is vergaderd rondom de Bijbel. Toch zou dit zo vruchtbaar zijn. De gedachte dat een gedeelte der kerkelijke jeugd, om de Bijbel vergaderd, dat Woord Gods zoekt te verstaan, is ontroerend. Is het niet de moeite waard om die jeugd dan in het gebed te gedenken en te smeken: Heere, open de ogen der jeugd, opdat ze zien moge de wonderen van uw wet?
Bij al het genoemde is vooral nodig dat wij ouderen toonbeelden zijn der godzaligheid. De jongeren moeten m him ouders en in alle oudere christenen tasten kunnen de kracht van het christendom. Als de jeugd dreigt onder te gaan; als de jeugd geen uitzicht meer ziet en geen houvast meer heeft, dan moet die jeugd in die oudere christenen zien hoe uitzicht mogelijk is en hoe houvast zeker is. En dat de ouderen toonbeelden der godzaligheid zijn, wordt zo veel gemist. Laten wij, ouderen, dat toch verstaan. Wij moeten allereerst tot bekering komen. Wij weten wel dat niemand zonder zonde kan leven, maar dat is een geheel andere zaak. De jongeren taxeren het christendom allereerst naar het voorbeeld.
Maar er is in betrekking tot de ouderen meer te noemen. Wij ouders eij wij ouderen moeten zeer intiem, in de gezonde zin van het woord, met de jeugd zoeken om te gaan. Wij moeten vrienden der jeugd zoeken te zijn en willen zijn. De jeugd moet bij ons open deuren en open harten vinden. En door ons toonbeeld der vreze Gods en door onze vriendschap moeten wij trachten open harten te vinden bij de jongeren, opdat wij de jongeren recht leren kennen en hun nood leren peilen. Zij moeten ons zó leren vertrouwen dat zij vrijmoedig zich voor ons uitspreken. De jeugd moet goed weten dat vader en moeder met ze meeleven en voor ze blijven bidden.
De kerk heeft hier ook een ernstige roeping. Wij weten het wel dat üe ambtsdragers het zeer druk hebben. Doch wij durven niet te zeggen dat ze het altijd druk hebben met wat de Koning der Kerk ze allereerst oplegt. Wij denken allereerst aan de afgedwaalde jeugd. Velen onder de jongeren leven niet meer met de kerk mee; in elk geval leven ze niet meer getrouw met de kerk mee. Jeugdverenigingen bezoeken zij niet; de catechisatie bezoeken ze slecht of ze hebben me er geheel aangegeven. Ze lezen hun Bijbel niet meer. Degelijke lectuur, welke voor hun leven van rijke betekenis zou kunnen zijn, lezen ze niet. Wat ze lezen durven ze vaak niet aan de ouders te laten zien. En waar komen ze? Met welke vrienden of vriendinnen gaan ze om? Weten de ouders dit? Weet de kerk dit? Bezoeken de predikanten zulke jongeren? Spreken ze er mee, vol liefde en in diepe ernst? Zoeken de ambtsdragers bij deze jongeren aan boord te komen? En houden die ambtsdragers aan in bezoeken en vermanen? Vermanen zij met tranen? Staan ze op wacht voor deze jeugd? Horen de jongeren m het roepen der ouderen Gods roepstem? Zien ze in het betraande ook der ouderen en der ambtsdragers de liefdeblik van den goeden Herder? En, laten wij dit vooral niet vergeten, beginnen de ouderen en de ambtsdragers te luisteren naar de klachten en de bezwaren van de jeugd?
Wij willen niet het onmogelijke eisen en wij weten dat er veel gedaan wordt. Alleen willen we er maar met klem op wijzen dat veel jeugd dreigt om te komen en dat die jeugd niet genoeg wordt bearbeid. Daarom moet in liefde meer worden verricht in het belang van die jeugd en er moet veel meer voor die jeugd en ook met die jeugd worden gebeden. Ook in dit opzicht moeten wij volharden in het bidden en smeken. Ook volharden in het waken, in het betrekken van de wacht om de jeugd, waar de vijanden zoeken te verslinden en de machten der hel de jeugd zoeken weg te trekken naar de diepte der eeuwige verlorenheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1950

De Wekker | 4 Pagina's

De Nood der Jeugd (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1950

De Wekker | 4 Pagina's