Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kerk in Korea (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kerk in Korea (III)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tegen dit brute ongeloof in de Kerk rezen wel protesten, maar zij werkten niets uit. De kwestie werd voorgelegd aan de reeds eerder genoemde dr John A. Mackay, President van Princeton Theological Seminary, President van de „Board of Foreign Missions" (het Zendingsbestuur van de Presbyteriaanse Kerk in Amerika) en Voorzitter van de Internationale Zendingsraad (nauw verwant aan de Wereldraad van Kerken). Hij moet echter gezegd hebben, dat zijn Zendingsbestuur steun zal verlenen aan het Seminarie, dat steun ontvangt van de Generale Synode der Koreaanse Kerk, wat voor Seminarie het dan ook moge zijn!
Zo staat het dus met de Presbyteriaanse Kerk en haar Opleiding. Wat de Methodisten betreft, die bleken helemaal geen kracht te hebben tot protest; zij waren aan die ongeloofstheorieën al lang gewend.

In het vuur.
Zo werd dus de Kerk van Korea afgetakeld door het tyrannieke modernistische ongeloof, zowel als door de trouweloosheid van de afvallige zendingsgenootschappen en — helaas — de vreesachtigheid van de nog overgebleven rechtzinnige zendelingen, In die toestand werd de Kerk in het vuur gebracht. En wel eerst het vuur van de Japanse bezetting. De Japanse staatsgodsdienst („Shinto") eiste van de christenen onderwerping en eerbetoon aan zijn goden. In die tijd is het duidelijk gebleken, dat het Modernisme geen beginselen en geen overtuiging kent en daarom ook geen kracht tot principieel verzet. Reeds het eerste en grote gebod, dat wij alleen de enige ware God zullen aanbidden en geen andere goden voor Zijn aangezicht hebben, werd met voeten getreden. Natuurlijk wilde men het zichzelf niet bekennen, dat hier sprake was van het dienen van andere goden, maar er was toch het waarnemen van dezelfde godsdienstige vormen en gebruiken als hun niet-christelijke buren, zodat dezen met recht konden zeggen: „Zie deze Christenen nu eens; zij beweren, dat ze maar één God aanbidden en toch buigen ze voor al deze Japanse goden!"
In deze situatie bleek duidelijk, dat het Modernisme aanstonds voor de vervolging uit de weg ging en van meet af aan bereid was tot een compromis. De vreesachtigen en zwakken onder de aanvankelijk nog getrouwe zendelingen gaven hun verzet al spoedig op en volgden dé anderen, totdat ook de zuivere groepen in de Zending en in de Koreaanse Kerk grotendeels wegsmolten en de zendelingen aanvaardden practijken, die ze eens onvoorwaardelijk zouden hebben afgewezen.
Zo werd een gezonde Kerk, onder zware beproeving, bedreigd en later geterroriseerd door een tyrannieke overheersing en in de steek gelaten door haar zendingsmensen, in tweeën gescheurd. Een deel van haar leiders heeft op verachtelijke wijze gecapituleerd voor de vijand, terwijl anderen stand hielden, en geleden hebben tot de banden en tot gevangenschap en zelfs tot het martelaarschap toe.
Weliswaar past het niemand, uit de hoogte over de zwakken te oordelen: wie meent te staan, zie toe, dat hij niet valle! Maar het erge is, dat deze geestelijke weerloosheid het product was van het verlaten van Gods Woord en het directe gevolg van de modernistische uitholling der Kerk. Het verraad aan de dienst des Heeren door het buigen voor de Japanse afgoden is dan ook helaas voor de ontrouwe zendelingen en kerken niet een oorzaak van verootmoediging en bekering geworden. Veeleer is de afval goedgepraat en aangemoedigd door mensen, die een leidende functie bekleden in de Wereldraad van kerken en de Internationale Zendingsraad.
Op de Japanse overheersing is de ellende van de Communistische aanval gevolgd. Wij kennen de geschiedenis. Op de Conferentie van Yalta was door de „grote drie" het besluit genomen, dat de Noordelijke helft van Korea (tot de 38ste breedtegraad) zou worden bezet door Rusland en de Zuidelijke helft van het schiereiland door Amerika. Door deze beslissing werd Noord-Korea zonder meer geplaatst onder de revolutionnaire en gewetenloze druk van Sovjet-Rusland met het gevolg, dat het Noorden óf tot het Communisme „bekeerd" óf er toe gedwongen werd. Zo werd het ene en homogene Korea op kunstmatige en onnatuurlijke wijze verdeeld tn twee vijandige staten! 't Gevolg is bekend: vervolging der ware christenen en de verraderlijke aanval op Zuid-Korea.

H. (Haarlem) J. C. M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 augustus 1951

De Wekker | 4 Pagina's

De kerk in Korea (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 augustus 1951

De Wekker | 4 Pagina's