Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerstschaduw in het Oud-Testamentisch Bethlehem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerstschaduw in het Oud-Testamentisch Bethlehem

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ruth 1: 22

Bethlehem! Klein maar eeuwig vermaard, vanwege zijn Koning, 't is de stad Davids, hier is geboren de ware Koning Israels, van Wien David een type was. Hier lag in de kribbe de echte theocratische Koning, als de man naar Gods hart, die aan al de rechten, eischen en deugden Gods ten volle heeft beantwoord, opdat Hij in dien weg een eigen, een verkregen volk zou hebben, een volk, zooals God alleen er een heeft. Een volk uit de menschheid verkoren; een volk waarvan naar het vleesch de stamboom zoowel in Moab als in Israël wortelt; maar dierbaar in de oogen Gods, nademaal hun Hoofd en Koning mensch uit mensch (ook uit Moab) geworden is, en toch God uit God was.
Dat wonder volk heeft in dat Bethlehem zijn vaderland. Daar strekt zich al hun lust en liefde heen; daar is iets te vinden, dat de wereldcultuur niet geven kon, en hetwelk toch alleen èn volkomen ons hart vervullen kan; daar ligt het Brood dat uit den hemel is nedergedaald en hetwelk verzadigt tot in eeuwigheid. Bethlehem zaligt tot in eeuwigheid; Bethlehem het Broodhuis. Die twee deelgenoten daar uit Ruth 1 : 22 hebben in geestelijke strekking heden een liefelijke boodschap aan ons.

Uit het Rouwhuis in Moab naar de Bruiloftszaal in Bethlehem.
Een korte samenvatting slechts kunnen we hier geven; en zie dan

I. Buiten Bethlehem in rouwgewaad.
Het anders zoo stille rustige landelijke Bethlehem was in rep en roer gebracht vanwege twee uitzonderlijke pelgrims, gasten, in zekeren zin emigranten, die daar waren aangekomen. — Naomi (mijn geliefde of de liefelijke, de schone) en Ruth (vriendin). — Naomi kwam in Bethlehem weder; Ruth voor het eerst. Ge kent de geschiedenis. Er was jaren geleden hongersnood in Bethlehem geweest; en toen waren Naomi, haar man en zonen uitgeweken naar Moab om brood. Maar dit was uit den weg des Heeren geloopen. Ze hadden broodszekerheid boven geloofszekerheid verkozen ; lichamelijke verzorging boven de gunste Gods. En dan komt God ons tegen, juist omdat we Zijn kinderen zijn. Haar man, als ook haar beide zonen, die inmiddels met heidensche (Moab) meisjes waren gehuwd, zijn in het vreemde land gevallen; en nu zit ze in rouwgewaad ter neder, evenals ook haar schoondochters. En merk nu op, wat Bethlehem is voor het volk des Heeren. Wat deed Naomi besluiten om weder te keeren? Wel zij had gehoord, dat er in Bethlehem brood was, en dat had haar heimwee naar dat oude Bethlehem (weer) gaande gemaakt. O, als de afgedoolde ziel daar bericht van krijgt: Brood in het Broodhuis, dan wordt ze gaande gemaakt en rijst Ps. 63 in haar: Och wierd ik derwaarts weergeleid. En dan gaat Ruth mee. Deze voor het eerst; niet uit het heimwee naar (standelijk) verloren goed; maar uit jaloerschheid naar het geluk van dat volk van God. Uit de keuze gaat ze mee, maar beide ellendig en daarom in armoede. Een ellendig en arm volk. Ellendig eerst, zoo staat het in de Schrift. En daaruit arm. Ellendig onder de wet, en arm in zich zelf in de bedeeling uit de genade.
Ja inderdaad van de bedeeling moeten ze het hebben. Beiden komen

II Tot Bethlehem in bedelgewaad.
Wat zien ze er uit! Is dat Naomi ? Zoo roepen ze uit, zij die haar weleer in haar goeden doen hebben gekend. Als we standelijk den Heere kwijt raken, hoe vermagerd, hoe rouwmoedig, hoe arm zien we er dan inderdaad uit. Maar Naomi is niet gediend van medelijden zonder meer. Ze antwoordt: noem mij liever Mara d.i. bitter (heid); want de Almachtige heeft mij groote bitterheid aangedaan.
Ja God wordt dan die verlaters te sterk; de Almachtige. Hij zet hun (en toch goed!) den voet dwars; waarom? omdat het Zijn kind is, juist omdat Hij de getrouwe is. De Heere (de Getrouwe) zegt ze, heeft me alles afgenomen; vol uitgetogen, ledig wedergekeerd; opdat ze gevoelen zou hoe schadelijk het was, uit 's Heeren weg te gaan, en hoe beminnelijk de Heere toch is.
Hij wil en zal en moet ze terug hebben in Bethlehem. En ze aanvaardt het, en murmureert niet; ze vernedert zich onder dit vonnis. Dat is wel het echte; geestelijke boete en bedelgewaad. En daar staat Ruth bij; en die heeft . . . geen berouw dat ze met zulk volk is mee opgetogen naar Bethlehem. En (let wel!) als de pelgrims naar Bethlehem nu in zulk een gestalte mogen arriveeren, dan komen ze er . . . te goeder ure.
Het was in het begin van den gerstenoogst.
Ellendig en arm in zichzelf, maar daar was voor zulken in Bethlehem wat te halen; neen zeg liever wat te krijgen. De gerstenoogst was begonnen, daar zou wat afvallen. Als men nu maar vernederd is en hongerig gemaakt, dan kan 't goed worden; neen van uw honger zelf kunt ge niet verzadigd worden; maar dat behoeft ook niet, ge kunt genoeg op den akker van Boaz rapen, als ge maar geleerd hebt te bukken achter de maaiers daar. Verstaat ge lezers wat dat inhoudt ? Ja ? Goed, dan kan ik kort zijn. Zie hier enkele trappen, die we ook in het geestelijke Bethlehem vinden, bij de geestelijk armen. Ruth gaat den akker van Boaz op en komt 's avonds thuis, met voldoende spijze. En dat brood smaakt zoo heerlijk! omdat het . . . van Boaz' akker was! Verstaat ge wat ik bedoel? Wat ge zoo echt krijgt, omdat de Heere het u te beurt laat vallen, genadebrood. Morgen is het weer op; dan weer naar dien akker. Ze worden dagelijks begenadigd. En dan heeft Boaz het oog op haar geslagen. Ja zoo ook in de genade; de Heere geeft acht op die zuchters en bedelaars; en Hij geeft meer, een efa vol. Maar met dat al, de verloren goederen zijn nog niet gelost. Doch dat komt wel. Naomi heeft het Ruth verzekerd: deze man zal niet rusten, tenzij hij deze zaak voleindigd heeft. Inderdaad er is bij den Heere een rijke volheid; en Hij maakt die Ruth en Naomi eerst arm, om ze alzoo uit Zich met goederen te vervullen (Maria's Lofzang) — niet alles ineens, want genade moet als genade worden ontvangen; maar daarom dan ook niet gebrekkig. Boaz zal het wèl maken. — Als Losser en Bruidegom. Ik kan dit alles hier nu niet in al zijn breedte uitwerken; daartoe is de ruimte te beperkt. Maar toch nog een paar bijzondere trekken. Die Man als Losser heeft van zijn zijde ook een taak; naar da. inzetting Gods in Israël moet hij de verloren goederen terugkoopen, en zelfs zorgen, dat een nageslacht die goederen erfelijk zal bezitten. Ja zeker: zoo ook geestelijk. Bethlehem is maar niet een momenteele lafenis zonder meer. In die Kribbe ligt een Brood ter eeuwige verzadiging in hemelschen rijkdom van goddelijke goederen. Immanuël, God met ons, is daarom de inhoud van het kerstgeschenk Gods. Zoodat het worden zal:

III. Binnen Bethlehem in het feestgewaad.
Het gewaad van de Bruiloft. Daartoe aanvaarde ik mij Ruth de Moabitische. Ik aanvaarde mij. Niet maar. Ik word de Uwe; maar gij wordt Mijne. Boaz maakt eerst de verloren goederen vrij, en dan sluit hij het huwelijk met haar, zoodat ze kan zeggen: en nu is Boaz mijn man; en ik zijn wettige echtgenoote. Door deze huwelijkssluiting wordt Ruth in al de volheid en zinrijkheid des woords in het Verbond opgenomen.
En de groote zone Davids zelf krijgt in Bethlehem een wettige wieg; hier vinden we den stamboom van het huis van David, als uit Gods wonder welbehagen, uit Ruth de Moabitische.
God maakt desgelijks in de geestelijke Bethlehem-Bruiloft zijn volk tot Zijn volk; opdat ze niet alleen gunstbewijzen op de akker mogen deelachtig worden; niet alleen de verloren goederen bij rechtspraak in de poort terugkrijgen; maar (o hoogste trap in de verbondsgenade) opdat ze daarenboven als het juweel in de kroon nu ook op 's Heeren tijd en wijze onderwerpelijk overgaan in het Verbond; en ze (naar de bekende theol. uitdrukking) niet slechts voorwerpelijk er in zijn, maar ook „dê" (latijn) d.i. van het verbond zullen zijn; d.i., dan gaan ze in zichzelf arm, klein, afhankelijk, geloovig enz, over in de volzalige verbondsondertrouw met den Drieeenigen Jehovah, als hun Maker en hun Man; door genadige overname, en in geloovige omhelzing en beaming; God neemt aan, en de Bruid zegt amen. Dan is het feest in Bethlehem. Eerst dan volkomen Kerstfeest. Ook zonder kerstboomen, maar niet zonder stem en snaren. Die Bruiloftsklanken versmelten dan met het Engelenlied in den lof van het eeuwig welbehagen. Dan kunnen ze in God als in hun God roemen; en de Heere zegt tot hen Ammi (mijn volk).
Veel veel was hier verder bij uit te weiden. Maar ik kon slechts aanstippen. Bidden we den Heere, dat Hij ons zóó ellendig, zóó arm zoo gaande, zoo jaloersch make en tevens zóó geloovig bij het zien van den Grooten Boaz, dat ons „thuis blijven weinig" zij, en we naar Bethlehem optrekken, vervrijmoedigd door de Boodschap: in Bethlehem worden hongerigen met hemelsch brood verzadigd.
Maar beminde lezer, denk niet minder aan Orpa, die wel een eind weegs mede ging, maar de keuze niet deed, en toen het er op aan kwam, losliet en terugkeerde; een afscheid voor eeuwig. Ver kan 't komen, een eind weegs nog met Gods volk meereizen, maar niet in Bethlehem aankomen.
Waarom niet? Omdat men niet recht ellendig en arm was geworden. Dan kunnen tranen, vrome gebaren, kerstliederen, feestmuziek, kerstboomen, festijnen en maaltijden ons niet baten; dan zal het omgekeerd wezen: uit het zelfgemaakt festijn naar de eeuwige rouwnacht. Allen die daar niet voor beven, hebben nog niet den Koning in waarheid leeren begeeren; zij die daar over bekommerd zijn, voor hen geldt: ik verkondig ulieden groote blijdschap. Ja voor U, voor zulke ellendig-armen is het. Terwijl het dan nog kan en mag, — komt laat ons dan opgaan naar Bethlehem, en zien het woord dat van den engel ons is verkondigd geworden.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 december 1951

De Wekker | 4 Pagina's

Kerstschaduw in het Oud-Testamentisch Bethlehem

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 december 1951

De Wekker | 4 Pagina's