Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Christian Reformed Church

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Christian Reformed Church

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Redactie van De Wekker bood mij de gelegenheid, naar aanleiding van een artikel van Ds. Zijderveld, opgenomen in De Wekker van 3 October j.l., mijn visie op de Christian Reformed Church in Amerika uiteen te zetten.
Uiteraard is het niet mogelijk in een kort artikel alle aspecten van deze zaak te bezien. Daarom beperk ik mij tot die aspecten die m.i. in de discussie over genoemde kerk teveel op de achtergrond zijn gebleven.
Sinds eeuwen bestaat in Amerika een Hollandse kerk van gereformeerde belijdenis. Deze dateert uit de tijd van de eerste nederzetting van Nederlanders in de latere Ver. Staten, toen nog Nieuw-Amsterdam geheten. Tegen aparte kerkformatie vanwege verschillend taalgebruik hebben de Calvinisten geen bezwaar gehad, getuige het naast elkaar bestaan van Nederduitse en Waalse Geref. Kerken in ons land. Zo kan de stichting van een Dutch Reformed Church (= Ned. Geref. Kerk) niet anders dan als rechtmatig worden beschouwd.
Toen in de vorige eeuw de bekende emigratie van Afgescheidenen plaats vond onder Scholte en van Raalte hebben zij zich, volgens art. 28 N.G.B, daarbij gevoegd (als een aparte classis). De bestaande Dutch R. C. bleek in de praktijk echter veel overeenkomst te vertonen met de Hervormde Kerk der 19e eeuw in Nederland. Evenals genoemde emigranten hier waren afgescheiden, kwamen zij in 1857 tot een afscheiding van de Dutch R. C. en tot stichting van de Christian Reformed Church.
De Chr. Geref. Kerk in Nederland van voor 1892 heeft zowel met de Dutch R. C. als met de Christian R. C. contact onderhouden, waarbij dat met de eerste kerk voortdurend slapper, dat met de tweede sterker werd. Onze kerk na 1892 heeft alleen contact gezocht en gehad met de Chr. Ref. Church, welke zij beschouwde als haar zusterkerk in Amerika.
Kan deze kerk nu op één lijn gesteld worden met de Geref. Kerken in Nederland? Historisch gezien niet. Immers, zij is voortgekomen uit emigrerende afgescheidenen. Wel hebben later vele emigranten uit de kerken der doleantie zich bij haar gevoegd, maar daartegen kan geen bezwaar worden ingebracht. Immers, in Nederland hebben de Chr. Gereformeerden altijd tegen de dolerenden ingebracht: gij moet u voegen bij de Chr. Ger. Kerk en geen tegenkerken stichten. Dit laatste is ook een der grieven van de bezwaarden van 1892. Niet Kuyper c.s. maar wij zien het zo: de Chr. Geref. Kerk was de wettige voortzetting van de kerk der Reformatie in Nederland. Daarom was men naar art. 28 schuldig zich daarbij te voegen. In Nederland hebben de Dolerenden daarnaar niet gehandeld, in Amerika wel. In Amerika is dan ook noch van een „Vereniging", noch van een „Voortbestaan" sprake. De „Old Christian Reformed Church" komt in haar historie dan ook niet overeen met de Chr. Geref. Kerken in Nederland.
Nu heeft de Chr. Ref. Church nauwe banden met de Geref. Kerken in Nederland, zo zelfs dat de besluiten van 1905 door haar synode van 1908 zijn overgenomen ter beslechting van geschillen over verbond en doop. Over draagwijdte en betekenis van die overname zou veel te zeggen zijn, wat hier moet blijven rusten. In ieder geval staat het voor elke chr. gereformeerde vast, dat dit fout geweest is.
Een andere vraag is, of dit het stichten van tegenkerken wettigt? Het komt mij voor dat dit niet in overeenstemming is met onze belijdenis. Men bedenke dat noch Luther, noch de Cock, tegenkerken hebben gesticht tegenover de zo ontzaglijk veel meer verbasterde kerken van hun dagen, maar net zolang in die kerken geworsteld hebben om ze tot reformatie te brengen, tot zij door ban en afzetting er buiten werden geplaatst. Het is daarom de vraag of er niet een roeping is voor onze Chr. Gereformeerden om binnen de Chr. Ref. Church te arbeiden aan het geestelijk welzijn van die kerken en te strijden tegen deformatorische tendenzen. Zolang de Chr. Ref. Church zelf dat niet door tuchtmaatregelen belet, kunnen we haar niet vals, noch de plicht tot afscheiding aanwezig achten.
Moge practisch de verhouding tot die kerken overeenkomst vertonen met de onze tot de Geref. Kerken (syn. en vrijgemaakt) alhier, toch blijve het óns helder voor ogen staan, dat wij in Nederland te maken hebben met tegenkerken tegenover de oudste sinds de Afscheiding, dat het in Amerika precies andersom ligt. Dit zegt niet alles, maar wel veel.
Tenslotte, wanneer Ds. v. Halsema zijn kerk in Amerika gelijk stelt met de Geref. Kerk in Nederland, dan moge dat een geruststelling zijn voor emigranten die (wellicht door ervaring met een plaatselijke kerk hier) voor de naam „Christelijk Gereformeerd" huiverig zijn, geheel juist is het niet. Collega's spreken hem dan ook tegen. Evenmin is de Chr. Ref. Church, al draagt ze dezelfde naam, met de onze gelijk te stellen. Ze is een kerk met eigen geschiedenis, traditie, praktijken en gewoonten, waarin het een Nederlander wel eens vreemd te moede zal zijn, maar aan welke, hoezeer gedeformeerd misschien, nog niet de naam Kerk van Christus ontzegd mag worden.
En waar wij zelf veroordelen degenen die hun bezwaren tegen besluiten en levenswijze onzer kerken — hoezeer in die bezwaren misschien wel iets gerechtvaardigd is — niet in de kerkelijke weg ter sprake brengen, maar zich aan de kerk onttrekken en tegenkerken stichten, daar mogen wij voorzichtig zijn met het aanprijzen van een soortgelijke praktijk onzerzijds in het buitenland.
D.
B. Nederlof.

Wij hebben aan Ds. Nederlof gelegenheid willen geven zich uit te spreken, omdat zijn naam door Ds. Zyderveld werd ingeschakeld op een wijze, die ook dezerzijds de instemming niet had.
Twee dingen staan voor Ds. Nederlof vast:
1. dat de aanvaarding van leeruitspraken 1905 door de Chr. Ger. Kerk in Amerika fout is geweest.
2. dat Chr. Ger. emigranten, die terecht komen in de Chr. Ger. Kerk Van Amerika, de plicht hebben te strijden tegen deformatie-tendenzen.
Deze twee zaken zullen straks ter Generale Synode stof genoeg bieden.
De Hoofdredacteur.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 december 1952

De Wekker | 4 Pagina's

De Christian Reformed Church

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 december 1952

De Wekker | 4 Pagina's