Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gereinigde lippen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gereinigde lippen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zie, deze heeft uw lippen aangeroerd. Jes. 6:7b.

Jesaja werd op bijzondere wijze geroepen tot profeet. Maar hoe zal hij, de man van onreine lippen als profeet optreden? Een profeet moet spreken, vermanen, onderwijzen. Hij moet maar niet wat zeggen, maar spreken de openbaring des HEEREN en leven in gemeenschap met God! Hoe zal hij gewijd en bereid bevonden worden tot dit geweldige werk?
Een van de serafs, welke om Gods Troon stonden, vloog in de richting van Jesaja, die het wéé over zichzelf uitriep. Die seraf had een kool in zijn hand, welke hij met een tang van het altaar genomen had. Die engel vloog op Gods bevel in de richting van Jesaja. Hij moest de daad der verzoening verrichten en het woord der verzoening spreken. Die gloeiende kool, een gloeiende houtskool, of een soort gloeisteen, is hier teken van reiniging en vergeving. Die kool was genomen van het altaar. In het roepingsvisioen wordt de hemelwoning voorgesteld als het aardse heiligdom, omdat het onuitsprekelijke alleen in beperkte creatuurlijke vormen kan worden voorgesteld. In Openb. 9:13 is sprake van het gouden altaar; het reukwerk der voorbede van Christus, op grond van Zijn borgwerk, stijgt daarvan op, met de kracht der verzoening. Door de grote Hogepriester Jezus Christus, is er verzoening en gemeenschap met de Heilige.
De seraf raakte met de kool van het altaar de mond van Jesaja aan, raakte zijn lippen aan, van welke Jesaja getuigde dat zij onrein waren. Er is een door God persoonlijke toepassing der verzoening nodig om gereinigd voor God te staan. Mond en lippen worden gereinigd. Nu is Jesaja gewijd en bereid om als profeet op te treden. In de reiniging van de lippen is uitgedrukt de heiliging van de persoon, door innerlijke wegbranding der onreinheid. Jesaja is nu gestempeld en bekwaamd tot een heraut van de Messias. De gloeiende kool is symbool van die reiniging. De ongerechtigheid is nu geweken. Onder ongerechtigheid hebben wij te verstaan de verdraaidheid van de mens. Wij zijn in het Paradijs gevallen en geheel verdraaid geworden; wij, die leefden werden dood; wij, die geheel schuldeloos waren, zijn nu doemschuldig; wij, die liefhadden, werden vijanden; wij, die op weg waren naar bestendige en eeuwige heerlijkheid, zijn nu op weg naar de hel; wij, die met reine lippen Gods lof verkondigden, kunnen nu zelfs Hem vloeken. Onze ongerechtigheid is groot. Jesaja verstond dit goed, toen hij zich noemde een man van onreine lippen. Maar Jesaja is verzoend; de ongerechtigheid is geweken, weggenomen, weggenomen door het vuur van het altaar, door de toepassing der verzoening in Christus. In het vuur van het altaar straalde uit de heerlijkheid van Hem. En dan hoort Jesaja ook dat zijn zonden verzoend zijn; de zonden zijn bedekt en uitgewist. Alle afwijkingen van de door God gestelde normen zijn vergeven. Door die geweldige verzoening is Jesaja een man van reine lippen, kan hij, gewijd en bereid, als profeet optreden.
Dat hij nu gewijd en bereid is blijkt uit het volgende deel van het hoofdstuk heel duidelijk. De vragende Heere laat Jesaja vrij kiezen. Jesaja aanvaardt zijn roeping zonder aarzeling en zonder verzet. Hier ben ik. En nu kan Jesaja recht spreken.
Wij behoeven allerminst te denken aan een aparte zonde van Jesaja, welke verzoend moest worden, zou hij als profeet kunnen optreden. Jesaja werd geroepen tot profeet, tot getuige, in bijzondere zin. Jesaja was iemand, die zichzelf kende in zijn onreinheid. Jesaja zeide niet: ik ben een man, die geen vergeving bezit, die de verzoening mist, maar ik ben een man van onreine lippen. In het gezicht van Gods heiligheid zag hij zijn onreinheid als nooit te voren. En nu moet die man met God wandelen, naar Gods opdracht luisteren, die opdracht uitvoeren. Die man moet profeteren, getuigen, Gods wil bekend maken, het volk waarschuwen en oproepen tot bekering. Hij moet ook het heil Gods tot vertroosting der ellendigen verkondigen. Hoe kan hij, man van onreine lippen, die geweldige opdracht volbrengen? Hij gevoelt een huivering door zijn ziel gaan; meer, hij dreigt om te komen bij het gezicht van Gods heiligheid. Hij kan voor God niet bestaan. Deze „prediker" is geen automaat, die zoveel „preekjes" op bepaalde tijd doet horen. Deze man kent zijn onbekwaamheid tot het heilige werk: altijd spreken Gods opdracht. Hij huivert, dreigt te sterven. Deze man wordt tot zijn taak bekwaamd, gewijd, en bereid gemaakt. Hij heeft nodig de bediening van Gods altaar om als profeet op te treden. En als hij die bediening gedurig ontvangt is hij gewillig om te gaan. Hoe zwaar zijn taak ook moge zijn. Zijn mond en lippen zijn nu gereinigd; het vuur van Gods altaar heeft de mond, en in de mond de persoon, aangeraakt. In het vervullen van Gods opdracht bestaat het gevaar dat de man van onreine lippen veel zegt, dat in strijd is met Gods norm, dat neerkomt op een verdraaien van Zijn Woord. Die verdraaidheid is bij de man van onreine lippen van nature. Hij is altijd in gevaar te zondigen. Maar door de uitbranding van Gods kool ontvangt hij gereinigde lippen, wordt hij zelf gereinigd. En de bediening van dat altaar heeft hij gedurig nodig.
Niet alleen alle dienaren des Woords, maar ook allen, die spreken over de heilige waarheid, hebben die gereinigde lippen nodig. Als dienaar des Woords moesten wij nooit durven preken tenzij wij het vuur van Gods altaar ondervonden hadden. De voortdurende bediening der verzoening is noodzakelijk. Werd dit verstaan, dan zou men niet zo gemakkelijk de preekstoel beklimmen en niet zo vrij een stroom van woorden laten horen. Missen wij die bediening, of wagen wij het zonder de voortgaande toepassing van die bediening, dan komt onze ongerechtigheid, onze zonde, onze verdraaidheid en ons handelen in strijd met Gods norm, dadelijk en soms heel droevig uit. Wij zeggen dan onze woorden uit met een zekere nagemaakte wijding, maar in wezen zijn wij bezig te verkondigen wat wij mooi en vroom vinden. Niets wordt bemerkt van: ik ben een man van onreine lippen; de vuurgloed van Gods altaar wordt totaal gemist. Hoe noodzakelijk blijft de reiniging der lippen om recht profetisch werkzaam te zijn.
Maar dit hebben niet alleen de predikers nodig. Wij belijden de Naam des HEEREN; wij dragen Zijn teken; wij spreken Zijn Woord, spreken over Hem; wij vermanen en bidden, wij loven en danken, wij belijden schuld en smeken om vergeving. Gaat dat alles zo maar? Kennen wij ons zelf als mensen van onreine lippen? Kennen wij ons zelf in ons verdraaid bestaan en is de zondelast voor ons te zwaar om te dragen? Redeneren we gemakkelijk over wat wij beleven of menen te beleven? Hebben wij werkelijk de uitbranding van de onreine lippen, de uitbranding van ons zelf nodig? Hebben wij behoefte aan de bediening van Gods altaar? Spreken wij met uitgebrande lippen? Hebben wij de bedienende Hogepriester der verzoening nodig om getrouwe getuigen te zijn van de HEERE? Behoeven wij de Geest der heiliging en der uitbranding?
Wéé allen, die zeggen, zeggen met ongereinigde lippen, dat zij delen in de gemeenschap der verzoening, en wandelen in de duisternis. Die zo iets doen, liegen, zij doen, betrachten de waarheid niet, en dragen geen geloofsvrucht. Maar welgelukzalig, die wandelen in het licht en die met gezalfde lippen de lof des HEEREN verkondigen. Zij zijn de rechte getuigen van Hem en zij belijden zichzelf als de grootste der zondaren.
Kennen wij de aanraking van Gods altaar door de bediening der verzoening en vertellen wij zó wat God aan onze ziel deed?

L.H. v.d. Meiden

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1954

De Wekker | 4 Pagina's

Gereinigde lippen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1954

De Wekker | 4 Pagina's