Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Lezen en verstaan (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Lezen en verstaan (II)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Over „de zonde tot de dood" is al heel wat geschreven. Ook over het bedroeven van de Heilige Geest; en over het uitblussen van de Geest; ook over het wederstaan van de Heilige Geest. Daarbij zijn vragen gedaan als: Hebben ook Annanias en zyn vrouw bedreven „de zonde tot de dood"?
In 1 Joh. 5 : 16 lezen we in het laatste gedeelte: Er is een zonde tot de dood; voor die zonde zeg ik niet, dat hij zal bidden. In dit vers spreekt de apostel dus van een zonde ten dode, en van een zonde, welke dat niet is. Elke zonde is, naar haar wezen, ten dode; de bezoldiging der zonde is de dood. Daarom moest Christus de dood in, om van de vloekdood te verlossen. In Christus is er vergeving. Er zijn dus niet sommige zonden, welke voor God heel licht zijn en daarom door Hem vergeven worden. In verband met heel de inhoud van de brief, zal de apostel hier doelen op de welbewuste en volhardende verwerping van Christus als Zoon van God en als Borg van zondaren. Die op die weg gaat en daarop volhardt zal in het eeuwig verderf storten. Zij zijn in die zin onredbaar. Bid daar niet voor, schrijft Johannes. Doet ge het toch dan wordt gij niet verhoord.
In Matth. 12 : 31, is sprake van lastering tegen de Heilige Geest; deze lastering zal de mensen niet worden vergeven. In vs. 32 is dan nog sprake van spreken tegen de Heilige Geest; dan wordt eveneens gezegd dat dit de mensen niet zal worden vergeven. Deze lastering is terecht een duivelse boosheid genoemd. Die lastering is „een schelden, een moedwillig voor leugen houden", terwijl men goed overtuigd is dat men de waarheid lastert. Instee van voor God schuld te belijden, wordt de gebalde vuist tegen de hemel gekeerd. In die lastering zet men God op de plaats van de duivel, zoals iemand schreef. Die lastering geschiedt na een proces, na voortgaande verstarring en verharding. Het lasteren is een boosaardig, duivels, hels, opzettelijk bespotten van het werk des Geestes. Wie overtuigd is, ten volle overtuigd is, van de werkingen des Geestes, en die werkingen van de Heilige Geest, uit helse vijandschap, uit lust tot spotten, lastert, maakt zich schuldig aan deze zonde. (Zie, onze preek in de Levensbron, over Matth. 12 :31).
In Hebr. 6 : 4—6, wordt ook een vreselijke zonde getekend. Direct wordt niet gezegd dat de lastering tegen de Heilige Geest wordt bedreven. Maar het bespotten, het aan de kaak stellen, van de Christus in al Zijn rijkdom, is zo vreselijk, dat zij aan de verharding worden prijsgegeven. (Zie onze preek over die tekst in de bundel „Van Vat in Vat").
In Num. 15 :30 is sprake van de zonde met opgeheven hand. Het is een zonde, welke met opzet, moedwillig, zonder .enige schroom voor de Allerhoogste geschiedt, zegt de Kantt. op de Statenbijbel. Ook deze zonde is gruwelijk, maar het is toch niet te bewijzen dat hier de lastering tegen de Heilige Geest is bedreven. In Hebr. 10 ; 26—31, is sprake van willens zondigen, enz. De mens, die dit bedrijft, staat op de grens van het lasteren tegen de Geest, maar wij geloven niet dat de Schrift in de genoemde tekst direct die lastering bedoelt. De Schrift wijst op het verschrikkelijk oordeel, dat de verwerpers van de Christus wacht. Er is ook sprake van de Heilige Geest smarten aandoen, Jes. 63 : 10, en van wederstaan van de Geest, Hand. 7 : 51. Ook deze zonde is vreselijk, maar de Schrift spreekt ook hier niet van lastering van de Geest. In I Thess. 5 : 19 spreekt de Schrift van het uitblussen van de Geest. Hier wordt bedoeld een tegenstaan, een uitblussen van de algemene werking van de Heilige Geest, en een uitblussen van de bijzondere geestelijke gaven. De wederbarende werking des Geestes is onwederstandelijk en dus ook onuitblusselijk.
Gevraagd wordt nog hoe wij de zonde van Annanias en Saffira moeten verstaan? Is ook hier sprake van de onvergeeflijke zonde, van de lastering tegen de Heilige Geest? In Hand. 5 : 1—11 lezen wij die geschiedenis. Duidelijk is al dadelijk dat er niet letterlijk sprake is van de lastering tegen de Geest. Het gaat in hoofdzaak dus over de vraag hoe wij verstaan moeten de laatste woorden van vs. 4: gij hebt de mensen niet gelogen, maar Gode. Deze zonde is ook gruwelijk, want er is een bewust liegen tegen God, tegen de Geest, Die pas in de Kerk was uitgestort en krachtig werkte. De zonde is een nabootsen van het liefdewerk, welke vrucht des Geestes is. En nu stelt men bewust voor dat men door die Geest tot het doen van liefdewerk bewogen wordt, wat een opzettelijke, een welbewuste leugen is. Er is, naar het ons voorkomt, dus geen oorzaak om aan te nemen dat de lastering tegen de Heilige Geest is bedreven. De Heere grijpt direct in met Zijn straf. De Kerk moet zeker de censure uitoefenen, maar doden mag de Kerk niet; wel moet zij de tucht handhaven en de onboetvaardigen het verschrikkelijk oordeel aanzeggen.
Uit dit alles, wat wij maar even konden noemen in dit artikel, blijkt wel duidelijk dat de Heere ernstig waarschuwt. Laat een ieder toch waken en bidden tegen de zonde. De Geest werkt in de Kerk; wie tegen die Geest ingaat, gaat tegen God in en verwerpt de Christus. Wie volhardt op dit zondepad, loopt gevaar tot de lastering tegen de Heilige Geest te komen. De Geestesbedeling is zo geweldig ernstig. Die de Naam des Heeren zal aanroepen, zal zalig worden, maar wie niet in Christus gelooft, wie Hem verwerpt, wie niet tot bekering komt, doch de Geest tegen staat, zal worden verdoemd.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 januari 1955

De Wekker | 4 Pagina's

Lezen en verstaan (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 januari 1955

De Wekker | 4 Pagina's