Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De vijgeboom (*)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De vijgeboom (*)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vijgeboom wordt in de Bijbel meermalen genoemd. Deze boom groeit prachtig in Palestina, in Syrië en aan de Middellandse zee. De boom heeft een kromme stam en een glanzende schors; de boom vertakt zich in alle richtingen en wordt van 6 tot 9 meter hoog. Het hout is ongeschikt voor timmerhout; het is goed om verbrand te worden. In de zomer bedekken de grote bladeren stam en takken. De takken buigen zich soms tot de grond, zodat het onder de boom gemakkelijk schuilen is; men kan er zich rustig afzonderen. Denk maar aan Nathanaël. Hij had er zijn bidvertrek. Adam en Eva zochten zich met de bladeren van de vijgeboom voor God te bedekken; Nathanaël zocht zich van mensen af te scheiden om God te zoeken. Jezus zag, doorzag, Nathanaël onder de vijgeboom. Tegen de winter vallen de bladeren af. Het grootste gedeelte van de regentijd staat de boom kaal. In het begin van April begint het uitspruiten der bladeren, wat de zomer aankondigt. Matth. 24:32. Wij letten er op. Laten wij bovenal letten op de tekenen der tijden. Zoals het zacht worden der twijgen en het uitbotten van de bladeren voor ieder het onmisbare teken is van de naderende zomer, zó zijn de tekenen der tijden de voortekenen van de wederkomst van Jezus Christus. De discipelen moesten er reeds op letten. Laten wij het niet vergeten.
De bloembouw van de vijgeboom is heel apart. Wij geven dit citaat door: De zeer kleine bloempjes staan binnen een urnvormige gemeenschappelijke bloembodem, die tijdens de rijpingsperiode der vruchtjes, welke uit de bloempjes ontstaan, dik en vlezig wordt en de vijg vormt. De pitjes in de vijg zijn de eigenlijke vruchtjes en de eetbare vijg is de vlezig geworden vleesbodem.
Een belangrijke zaak is het vruchtdragen van de vijgeboom. Driemaal per jaar draagt de vijgeboom vrucht. Kenners van Palestina lichten ons voor.
De vóórvijgen worden reeds in Maart gezien. En wanneer in April de eindknoppen der takken de nieuwe jaarloot gaan vormen, en dus de eerste bladeren uitspruiten, zitten vlak onder het begin van deze loten de jonge vijgjes, de vóórvijgen, 5 cm lang en 3 cm dik.
Deze vóórvijgen bewijzen dat de winter voorbij is, Hoogl. 2:13.
Deze vóórvijgen bevatten heel weinig sap; zij worden wel gegeten, omdat er in die tijd geen andere vrucht nog rijp is. Deze vijgen zijn niet duurzaam. Zij worden beschouwd als gemeengoed; een ieder kan ze dus vrij plukken. Vergelijk Mark. 11:12, 13.
Soms maakt de vijgeboom alleen bladeren; vijgen worden er niet gevonden. Zulk een boom wordt „geil" genoemd; de boom groeit dus welig, maar zet geen vrucht.
In de tweede plaats spreekt men van de vroege vijgen. Ongeveer op dezelfde plaats als de vóórvijgen, dus aan de tak van het vorige jaar, ontwikkelen zich de vroege vijgen, Hos. 9:10. In Hos. is sprake van de eerste opbrengst van de vijgeboom. De HEERE zag Israels vóórgeslacht als die graaggeziene en veelbelovende vroege vijgen. Die vroege vijgen worden sterk begeerd, omdat ze zeer sappig zijn. Assur greep naar Samaria, gelijk men greep naar de vroege vijgen, Jes. 28:4.
In de derde plaats zijn er de late vijgen. De oogst er van begint in Augustus. Dit oogsten moet zeer voorzichtig geschieden, want de vijgen vallen gemakkelijk af, Nah. 3:12. Ook deze vijgen zijn zeer saprijk en zoet; zij bevatten ongeveer 60% druivensuiker. Zij worden veel vers gegeten; ook worden zij wel gedroogd en bewaard, of samengeperst tot koeken, 1 Sam. 25:12. De allerlaatste vijgen, de wintervijgen, worden niet meer rijp; zij worden afgeworpen, Openb. 6:12.
Aan de vijg wordt ook wel genezende kracht toegekend, Jes. 38:2. Vergete men bij deze gebeurtenis in Hiskia's leven niet, dat de genezing een wonder Gods was. De vijg is een geliefkoosd volksvoedsel, van grote waarde. Richt. 9:11. De vijgeboom is ook wel beeld van de ideale toestand van Israël, Hos. 9:10. De vijgeboom wordt gerekend tot de zeven zegeningen, welke de heerlijkheid vormen van het beloofde land, Deut. 8:8. Een vijgeboom welke geen vrucht draagt, beslaat onnut de aarde. Luk. 18:7.
Eigenaardig is de tekst Mark. 11:13, waarin gezegd wordt dat Jezus alleen bladeren vond, omdat het de tijd der vijgen niet was. Toch werd de vijgeboom vervloekt. Was de vijgeboom dan niet te verontschuldigen? Hoe moeten wij dat verstaan ?
De bladeren komen na de vijgen. Soms b.v. aan de Oosterse helling van de Olijfberg, waar het warmer is dan in het land, zijn de bladeren wel eens heel vroeg. Moeten wij Mark. 11:13 zo verstaan: er waren vroeg bladeren aan de boom, maar de tijd der vijgen was er niet? Of: waren de vóórvijgen afgevallen of afgeplukt ? Of was de boom „geil", welig gegroeid, zonder vrucht? Óf waren de vroege vijgen er nog niet ?
Het woordje „tijd" wijst op geschikte tijd, op een gelegenheid, op omstandigheid. Wij kunnen dus wel zeggen: het was zo in die tijd, in die omstandigheid, dat er geen vijgen waren. Daar moeten wij dus op letten. Jezus vervloekt die vijgeboom niet, omdat Hij teleurgesteld was. Zijn handeling is symbolisch-profetisch. Zo is ook zijn Messiaans woord. Vergelijk de profetische prediking door Jesaja gehouden, 20:1, v.v. Door de vervloeking van de vijgeboom zegt Jezus de Joden het oordeel aan.
De vijgeboom verdorde. Het woord van Jezus wordt altijd vervuld.
Laten wij er op letten. Dragen wij vrucht? In onze tijd gaat men meest op in de „bladeren". Uitwendig moet er veel veranderen. Maar vindt Jezus onder die bladeren een nieuw hart, levend geloof, waarachtige liefde, gemeenschap met God? Is er bij ons reactie als Jezus bedoelde in Matth. 11:16—19?

(*) Zie o.a. Bijb. Encyclopaedie, onder redactie van Prof. Dr Gispen e.a.; de Algemene Bijb. Encyclopaedie, onder redactie van M. S. en J. Miller; werken van F. J. Bruijl e.a.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 februari 1955

De Wekker | 4 Pagina's

De vijgeboom (*)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 februari 1955

De Wekker | 4 Pagina's