Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rondom de Mammoetwet (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondom de Mammoetwet (III)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een ander bezwaar, dat tegen bovengenoemd wetsontwerp wordt ingebracht is het feit, dat de regeling van 't voortgezet onderwijs is gebaseerd op de onderscheiding tussen wèl en niet uit de openbare kas bekostigd onderwijs.
Onder het wèl uit de openbare kas bekostigd onderwijs valt zowel het openbaar als het bijzonder onderwijs. Hieraan ligt de gedachte van de financiële gelijkstelling tussen openbaar en bijzonder onderwijs ten grondslag.
Echter komt op deze wijze het principiëel verschil tussen openbaar en bijzonder onderwijs niet voldoende uit.
Het wetsontwerp biedt een groot aantal artikelen, die gelden voor beide vormen van onderwijs.
Maar de taak van de overheid ten opzichte van het openbaar onderwijs is een andere dan die ten opzichte van het bijzonder onderwijs. Wat het eerste betreft, dit onderwijs heeft de overheid volledig te regelen en in te richten, maar het bijzonder onderwijs is in deze zin aan haar bemoeienis onttrokken.
In een vorig artikel wees ik er reeds op, dat de overheid het recht heeft om eisen van deugdelijkheid en bepaalde subsidie-voorwaarden op te stellen in verband met het uit de openbare kas te bekostigen bijzonder onderwijs, maar in verband met de vrijheid van het onderwijs, die uitdrukkelijk in de Grondwet wordt uitgesproken, moeten deze regelingen tot een minimum worden beperkt.
Daarom is het ook onjuist, dat voor het openbaar onderwijs en het gesubsidieerd bijzonder onderwijs één regeling getroffen wordt.
Men krijgt op deze wijze een ongeoorloofde gelijkschakeling van het bijzonder onderwijs met het openbaar onderwijs.
Het wetsontwerp overschrijdt telkens inzake het bijzonder onderwijs het noodzakelijke minimum.
Tal van bepalingen worden vastgesteld, die de overheid wel aan het openbaar onderwijs mag stellen, omdat het dit uitputtend heeft te regelen, maar die voor het bijzonder onderwijs te ver gaan, omdat ze niet vallen onder de eisen, die dringend geboden zijn.
In art. 16 wordt bepaald, dat aan scholen bij algemene maatregel van bestuur, de Onderwijsraad gehoord, cursussen kunnen worden verbonden voor bijzondere doeleinden.
Voor wat het openbaar onderwijs betreft, is zulk een bepaling op zijn plaats. De openbare school is de school van de overheid. Maar of er aan een bijzondere school een bepaalde cursus zal zijn verbonden, staat ter beoordeling aan het bestuur. De overheid kan in betrekking tot deze cursussen alleen bepalen, in welke gevallen voor deze aan de scholen verbonden cursussen subsidie zal worden verleend.
Na een reeks van bepalingen, die zowel het wèl als het niet uit de openbare kas bekostigd onderwijs betreffen, volgen enige aparte regelingen voor het openbaar schoolonderwijs en het uit de openbare kas bekostigd bijzonder schoolonderwijs.
Ook onder deze laatste bepalingen zijn er, die bedenkingen wekken en de vraag doen stellen of niet opnieuw een inbreuk wordt gepleegd op de vrijheid van het onderwijs.
In art. 42 wordt bepaald, dat indien binnen redelijke afstand van de woning van de leerling niet de gelegenheid bestaat tot het volgen van het verlangde onderwijs aan een openbare school, aan deze leerling de toegang tot een overeenkomstige uit de openbare kas bekostigde bijzondere school niet mag worden geweigerd op grond van godsdienstige gezindte.
In lid 2 van dit artikel wordt dan nader bepaald, dat een aldus toegelaten leerling niet kan worden verplicht tot het volgen van de lessen in het godsdienstonderwijs.
Hiertegenover wordt opgemerkt, dat het juister is, dat aan de schoolbesturen zelf de vrijheid wordt gelaten de motieven te beoordelen op grond waarvan voor een leerling vrijstelling van het volgen van het godsdienstonderwijs wordt verlangd.
Een ander groot bezwaar tegen het wetsontwerp is de kwestie van de delegatie.
De regeling van zeer veel belangrijke zaken wordt gedelegeerd aan de Kroon, zodat het ontwerp eigenlijk niet meer biedt dan een schema in plaats van een materiële regeling van het onderwijs.
Herhaaldelijk wordt gezegd, dat een en ander nader zal worden geregeld bij algemene maatregel van bestuur.
Zulk een algemene maatregel van bestuur of Koninklijk besluit wordt uitgevaardigd door de Kroon, de Koning en zijn ministers, zonder dat de volksvertegenwoordiging daarop directe invloed kan uitoefenen.
Hetgeen bij wet geregeld wordt passeert de Staten Generaal en wordt onderworpen aan een publieke behandeling, waardoor wordt voorkomen dat bij verrassing allerlei bepalingen worden vastgesteld, waartegen in sommige kringen ernstige bezwaren bestaan.
Bij een wettelijke regeling is de Minister verantwoording schuldig aan de Kamers, maar bij een algemene maatregel van bestuur kan hij veel zelfstandiger optreden.
En daarin ligt voor velen terecht het bezwaar tegen het veelvuldig delegeren van allerlei zaken in het wetsontwerp aan de Kroon. Daardoor kan zo gemakkelijk de vrijheid van het onderwijs in het gedrang komen, zelfs al is dit niet de directe bedoeling van de Minister. De vrijheid van het onderwijs is beter gegarandeerd bij wettelijke regelingen, die aan het oordeel van de Staten Generaal worden voorgelegd en waarop deze op wettige wijze invloed kan uitoefenen.
Voor de vrijheid van het onderwijs is de voorgestelde verregaande delegatie van bevoegdheden aan de Kroon zeer bedenkelijk.

Oosterhoff.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 1960

De Wekker | 4 Pagina's

Rondom de Mammoetwet (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 1960

De Wekker | 4 Pagina's