Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Bijbelvertaling (9)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Bijbelvertaling (9)

Sola fide

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Al kent de lezer(es) geen latijn, toch zijn deze beide woorden aan elke zoon of dochter der reformatie bekend. Zij betekenen niets anders dan „alleen door het geloof".
Het is geweest de grondtoon van elk zangstuk dat in die dagen van dankbaar ontwaken in Gods Kerk met warmte der ziel gezongen is en tot op den dag van heden nog met even grote bezieling wordt herhaald.
Minder bekend is echter dat Luther om deze woorden fel is aangevallen en dat niet allereerst uit leerstellig oogpunt, maar wat de juiste vertaling van de oorspronkelijke tekst betreft.
In de Griekse tekst wordt dit woordje „alleen" niet gevonden en Luther vertaald rustig „Zo houden wij het daarvoor dat de mens gerechtvaardigd wordt zonder de werken der wet, alleen door het geloof'.
Vóór dat wij nu Luther hierover aan het woord laten willen wij opmerken, dat ook hier zal blijken, hoe Luther getracht heeft om zo duidelijk mogelijk de gedachte van de Schrift weer te geven, al moet gezegd, dat zijn dogmatisch standpunt niet geheel weg te cijferen is.
Luther was bij zijn vertalen telkens in oppositie tegen Rome en, waar hij maar kon, heeft hij de Roomse kerk aangevallen om klaar en onomwonden haar te zeggen, dat heel haar leer en haar dienst in strijd is met het Woord van God. Luther kent niet het halveren, maar gaat recht door zee, ook al moet gezegd, dat hij soms al te boud spreekt, en dit zelfs tegenover de Heilige Schrift niet kan nalaten.
Maar zijn zoeken en streven om de Bijbel in klare heldere taal te laten spreken tot de ziel van het volk, zal door ieder, die kennis neemt van deze gang van zaken, met bewondering worden gadegeslagen.
En daar gaat het tenslotte om bij elke vertaling, die bedoelt het Woord van God zo dicht en zo verstaanbaar mogelijk bij de ziel van het volk te brengen.
Wie zulk een doel voor ogen heeft, die mag vragen om een gewaardeerde plaats, ook al zal vanzelfsprekend hier altijd een zwak punt overblijven, omdat elke vertaling nooit de oorspronkelijke tekst ten volle kan weergeven.
In het prachtwerk van Ds. de Bruin „de Statenbijbel en zijn voorgangers" lees ik op blz. 121 „Aan dit doel, de Heilige Schrift door eenvoud en helderheid van uitdrukkingswijze, door kracht van zegging, te maken tot een nationaal bezit, werd derhalve alles ondergeschikt gemaakt. Het karakter van de Duitse taal moest geëerbiedigd worden, zodat de lezers geen ogenblik de indruk zouden krijgen een vertaald boek voor zich te hebben".
„Tot een nationaal bezit" — inderdaad, dat was het doel, hetwelk Luther steeds voor ogen had en dat hem heeft bezield om telkens en telkens weer zijn vertaling te verbeteren en om alzo al dichter en dichter te naderen, tot wat God in Zijn Woord werkelijk ons te zeggen heeft.
Wie zulk een doel voor ogen heeft, heeft recht om te vragen met waardering tegemoet getreden te worden, ook al zal telkens weer uitkomen, dat een vertaalde bijbel nooit ten volle kan weerspiegelen, wat de oorspronkelijke tekst te zeggen heeft. Alle onderzoek van de Bijbel, en elke preek uit de Bijbel kan tenslotte alleen getoetst worden aan de oorspronkelijke tekst, en daarom zal onze Theologische School een grote, ja meer dan dat, een onmisbare plaats blijven behouden in de bouw van ons kerkelijk leven. Ik meen niet mis te tasten, wanneer ik zeg, dat ons kerkelijk volk als bij intuïtie dit aanvoelt, getuige de jaarlijkse Schooldag, die steeds met blijdschap wordt gevierd.
En nu ga ik met U een stukje lezen uit de zendbrief van Luther, waarin hij de lezer enigszins wil inlichten wat hem dreef bij het vertalen en waarom hij het heeft aangedurfd hier en daar van de oorspronkelijke tekst af te wijken, om toch maar verzekerd te zijn, dat het volk de Schrift zou verstaan.
In verband nu met het „Sola fide" (alleen door het geloof) schrijft Luther „ik heb zeer goed geweten, dat noch in de Latijnse noch in de Griekse tekst het woord „sola" staat. Dat hebben mij de Papisten niet te leren. Inderdaad, deze vier letters „sola" staan er niet, die deze Ezels aanzien als een koe een nieuwe poort. Maar zij zien niet in, wat de bedoeling is van deze tekst en wanneer men goed wil vertalen zal dit woord toch gebruikt moeten worden. Ik heb duits en niet latijn noch grieks wilen schrijven. Het behoort tot het duitse taaleigen, om het woord „alleen" „solum" te gebruiken, vooral als in de volgende zin „niet" of „geen" volgt. Zo zeggen we „de boer brengt alleen koren, geen geld," d.w.z. „ik heb thans geen geld, maar alleen graan. Ik heb alleen gegeten, niet gedronken".
Al zou het Grieks en Latijn deze zinsbouw niet kennen, dan geschiedt dit in het duits wel om de tegenstelling duidelijker te doen uitkomen.
Men moet nooit aan het latijn vragen, hoe men duits moet spreken gelijk al die ezels (de Roomsen meent Luther) doen, maar men moet het de gewone man vragen en daarnaar vertalen.
Ik heb heus wel ervaren, welke moeilijkheden bij het vertalen naar voren treden, en daarom wil ik geen ezelskoppen tot rechter hebben. Wie mijn vertaling niet wil, die legge deze naast zich neer. Moet er gecritiseerd worden, dan zal ik dit zelf wel doen, maar men late mijn vertaling met rust.
Dit kan ik met een gerust geweten zeggen, dat ik met de grootste nauwkeurigheid dit werk gedaan heb en nooit door lage gedachten geleid ben, want ik heb geen cent daarvoor genomen noch daaraan verdiend. Ik heb mij zelf niet gezocht, dat weet God, maar ik heb het gedaan ter wille van onze Christenen en ter ere van Hem, die boven zit, en die mij alle uren zoveel goeds bereidt dat, wanneer ik duizendmaal zoveel vertaald had ik nog niet had verdiend één uur te leven of een gezond oog te hebben. Het is alles Zijn genade en barmhartigheid, wat ik ben en wat ik heb. Ja, het is Zijn dierbaar bloed en bitter zweet en daarom moet ik alles stellen tot Zijn eer met vreugde en van harte. Lasteren mij al die roomse bekladders, welaan, zo prijzen mij de vromen, en ik ben rijkelijk beloond als slechts een enkel christen mij voor een trouwe arbeider erkent. Het lasteren van de Roomsen is mijn hoogste roem".
Wie zulk een ontroerende ontboezeming leest kan alleen waardering hebben voor de man, die zijn leven als een offer op Gods altaar legt en niet vraagt, wat mensen zeggen, of mensen hem prijzen, maar allereerst zijn Heere en Koning in het oog houdt, en heel zijn arbeid klein en onbeduidend acht tegenover het bloed van het Lam, dat reinigt van alle zonde.
En wat nu Rom. 3:28 betreft „alleen door het geloof" hier ben ik zo zegt Luther niet alleen het duitse taaleigen gevolgd, maar de tekst zelf en de bedoeling van Paulus eist noodwendig deze vertaling.
Paulus snijdt alle werk af. Hij neemt tot voorbeeld Abraham en zegt, dat de besnijdenis geen waarde tot gerechtigheid in zich droeg. Als nu alle werk zo totaal wordt afgesneden, dan kan er geen andere bedoeling overblijven, dan dat alleen het geloof in Christus hier betekenis krijgt en houdt. Daartoe dwingt heel het redebeleid en niet alleen het taaleigen.
En ten slotte zegt Luther, dat de uitdrukking „zonder de werken der wet" die toch letterlijk in de Bijbel staat, veel en veel ergerlijker in onze oren moet klinken, dan wanneer wij lezen „alleen door het geloof". En Luther eindigt en vraagt: wanneer het nu niet ergerlijk is om te spreken en te vertalen „zonder werk", „niet door werken", „geen werk", waarom zou het dan wel ergerlijk moeten heten, als vertaald wordt „alleen door het geloof"?
Uit dit een en ander komt wel heel duidelijk naar voren het streven van Luther om de vertaling van de Bijbel zo dicht mogelijk en zo verstaanbaar mogelijk bij het volk te brengen.
Wie dat doet heeft recht van spreken en recht op waardering.

U. (Utrecht) S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 februari 1961

De Wekker | 8 Pagina's

Een Bijbelvertaling (9)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 februari 1961

De Wekker | 8 Pagina's