Onze schippers

Het zal in onze Kerken wel opgevallen zijn, dat er de laatste tijd nogal actie uitgaat van het Deputaatschap voor de ambtelijke bearbeiding van onze Chr. Ger. schippers, hetwelk tot uitdrukking komt in de beroepen, uitgebracht door de kerken van Hasselt (Ov.) en Rotterdam-Kralingen.
Men kan zich hierover verheugen, maar men kan zich hierover ook verontrusten. Loopt dit Deputaatschap op deze wijze niet te hard van stapel? Ontvangt een eerst vergeten groep op deze wijze geen al te grote belangstelling. Deze vragen schijnen hier en daar te leven. Deputaten hebben natuurlijk verantwoording af te leggen jegens de Generale Synode, maar het kan gewenst zijn, reeds nu de kerken op bescheiden wijze in te lichten.
Sinds 1954 is ds Kleisen onze enige schipperspredikant in algemene dienst, op wien de zorg rust van de geestelijke bearbeiding van al onze schippers. Dit bestrijkt, bij wijze van spreken, de binnenscheepvaart van Terneuzen tot Groningen en van Maasbracht tot Leeuwarden. Deputaten zijn dankbaar voor al de arbeid die ds Kleisen tot op heden heeft verricht, maar hoe kan over zulk een uitgestrekt gebied sprake zijn van een intensieve ambtelijke bearbeiding, en hoe moet dit werk in de toekomst worden opgevangen?
Deputaten zoeken de oplossing hiervan in de richting van rayonsgewijze bearbeiding. Dat kan dan in samenwerking met kleinere gemeenten, gelegen aan vaarwater en centraal voor de binnenscheepvaart.
Hierbij is o.a. gedacht aan Hasselt en aan de schippers-enclave op zichzelf: de Rotterdamse havens. Daaruit zijn de contacten voortgevloeid met bovengenoemde kerken. Dat is ook in overeenstemming met de instructie voor de schippersdeputaten, die U kunt vinden in de Acta van de Gen. Synode van 1956, blz. 88, en die luidt als volgt:
„Kerkeraden die een predikant beroepen voor de ambtelijke bearbeiding Chr. Ger. schippers, in deze van advies te dienen, zo nodig met hen samen te werken en hen financieel te steunen, volgens een daartoe gemaakte overeenkomst."
Deze werkwijze heeft drie voordelen: geen onttrekken van predikanten aan het gemeentelijke leven; intensiever bearbeiding van de varende leden onzer kerken en economisch in de uitvoering. Wanneer dit doorgang vindt zoals de deputaten zich dit hebben voorgesteld, hebben we in ds Kleisen één fulltimer (volledige werker), ds de Graaff voor een belangrijk gedeelte; vanuit Rotterdam- Kralingen voor een klein percentage. Wij menen dat op deze manier de ambtelijke bearbeiding van onze schippers, ook met het oog op de toekomst, op een juiste wijze wordt opgevangen. Dit deputaatschap is gestart zonder één cent in de kas. De schippers dragen tot vandaag toe, op voorbeeldige wijze bij in de honorering van de arbeid. Tot 1961 werd geen cent gevraagd van de Kerken; toen is de eerste collecte aangevraagd, om de arbeid uit te kunnen leggen als boven omschreven. Met de daadwerkelijke steun van de schippers en één collecte uit de kerken is dit mogelijk. Is die ene collecte niet een e r e s c h u l d onzer Kerken, jegens de varende broeders en zusters? Mogen wij niet dankbaar zijn voor deze gang van zaken en de zegen des Heeren in dit alles opmerken? Is hier sprake van enige overtrekking van deze arbeid, of zijn we in de juiste weg?
Wij vertrouwen dat dit voor onze Kerken geen vraag meer is, en die ene collecte op grootse wijze gehonoreerd zal worden.
Deputaten voor de ambtelijke bearbeiding van Chr. Geref. schippers:
Ds M. Baan, voorzitter;
ds J. W. V. d. Gronden, secr.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen