Het kan

Niet-zalige mensen kunnen zalig gemaakt worden. Het is een wonder van den hemel dat dit kan.
Gods Vaderhart is van eeuwigheid bewogen over het verlorene.
Als dit niet zo was, zou onze behoudenis voor eeuwig een afgesneden zaak zijn.
„Zalig" wat is dat?
Denken wij bij dat woord niet te uitsluitend aan wat na dit leven komen zal?
Dat is niet juist.
Het woord „zalig" betekent: gaaf, ongeschonden.
't Wijst op een volkomen herstel van ons leven, een terugontvangen van wat we eenmaal verloren hebben.
Dat is niet louter toekomstig, maar ook een zaak van vandaag.
De verloren zoon, uit het ouderlijk huis weggetrokken en bij de varkenstrog tot inkeer gekomen, ontvangt bij zijn terugkeer tot vader het volkomen herstel van z'n leven.
Wij zijn in een, kwaad ogenblik van God weggegaan. Vader Adam verbrak de gemeenschap met God door z'n begeren, nemen, eten. Hij deed precies als die jongen: nam het leven in eigen beheer en wilde leven naar eigen wil en keus.
Die jongen begreep niet toen hij zo nadrukkelijk vroeg om het deel dat hem ,,toekwam", dat hij daarmee z'n eigen ellende opriep. Hij dacht dat het nu juist goed werd. 't Was een misrekening.
Zo ook voor Adam en zijn kinderen.
De zonde bracht ons, geboeid, in nare streken.
Verloren zonen en dochters zijn we, zolang we niet teruggeleid zijn tot God en weer leven uit Zijn genadevolheid en Vaderliefde. Dat is zalig.
Het hart van een mens is een wonderlijk ding. We trachten het te vullen met alles wat bevrediging schijnt te geven.
Maar al zouden we de hele wereld er in stoppen, er blijft een vacuum.
„Wat baat het een mens zo hij de hele wereld wint?"
Voor het hart baat het niet.
We zijn tot God geschapen en daarom kan ons hart alleen maar rusten in God.
Wie God vindt, vindt het leven.
Hij is het allerhoogst en eeuwig goed.
Het valt niet te zeggen wat dat is, als een verloren mensenkind de genadige en barmhartige God vindt; als hij ,,Gods verborgen omgang" vindt.
Kan dat? Ja, het kan.
De tekst zegt: „waarom Hij — d.i. Christus — ook volkomen kan zalig maken ..."
Waarom?
Omdat Hij de van God gegeven Priester is.
In de Hebr. brief worden we telkens verwezen naar het Oude Testament.
De eredienst onder het Oude Verbond wees heen naar het geheim van Gods verlossing in Christus.
De gemeenschap met God ging zo maar niet.
Er was een tussenpersoon nodig.
De Israëliet kon alleen maar tot God gaan door de priester.
Nu is Christus gekomen, de grote Hogepriester over het huis Gods.
Hij heeft HET offer gebracht en de weg tot God gebaand.
Dat is het Evangelie, blijde boodschap.
Als Hij den zondaar niet wilde, zou Hij niet gekomen zijn in gelijkheid van zondig vlees.
Zo is de liefde en de genade van God in Christus verschenen.
Hij heeft ons den Vader verklaard.
Nu mogen wij door Hem tot God gaan.
Nu MOETEN wij door Hem tot God gaan.
Niemand komt tot den Vader dan door den Zoon.
Er is geen andere weg, geen ander middel.
God heeft Christus gegeven als volkomen Zaligmaker.
Ach, hoe velen gaan Hem voorbij, die de Weg is en zoeken God te benaderen op eigenwillige wegen, zonder Hem te vinden.
„Die van elders inklimt is een dief en moordenaar".
Volkomen zahg worden kan alleen door Hem.
Zijn vreugde is het om verloren mensen tot de zaligheid te leiden.
Is dit geen goede boodschap voor mensen die zichzelf niet kunnen zalig maken?
Is dit geen Evangelie voor hen, die van 't begin tot het eind gered moeten worden?
Hij redt uit de afgrond van verlorenheid, uit de ruisende kuil van aangeboren en werkelijke zonden.
Weten we iets van die ruisende kuil?
Wie daar geen besef van heeft zal niet naar een Verlosser uitzien.
Wie z'n banden niet kent zal niet worstelen om bevrijding.
Daarom hebben we licht van Boven nodig.
Waarom we moeten vragen: „zend Heer Uw licht en waarheid neder".
Jezus maakt „zondaren" zalig.
Geen driekwart heiligen.
De heimelijke of openbare steunpunten, die wij er dus op na houden, moeten allemaal instorten.
„Door Hem tot God gaan".
Dit is, dit is de poort des Heeren.
Daar zal 't rechtvaardig volk door treên.
Het Evangelie in de tekst is een boodschap van God voor allen, die zich zondig en verloren en veroordeeld en niet klaar om te sterven gevoelen.
't Doet er niets toe wie ge zijt.
Voelt ge uw zonden?
Zijt ge er beschaamd over en vermoeid van?
Wacht dan niet op de een of de andere gewaarwording, die nooit komen zal.
Kom dan tot de van God gegeven Priester.
Hij wacht op u en is even gewillig als machtig om u te helpen.
Hij kan volkomen zalig maken degenen, die door Hem tot God gaan.
Misschien denkt u: dat is toch al te gemakkelijk.
Maar 't is de Bijbelse boodschap.
Legt u maar neer aan Zijn voeten zoals ge u gevoelt, in en met al uw zonden en gebrek.
Doe een beroep op Zijn Hogepriesterlijk hart. Hij zal u niet uitwerpen, als er een gebed om genade in uw hart is.
Hij zal u aangrijpen, u niet meer loslaten en u leiden tot de volkomen zaligheid, want Hij is een volkomen Zaligmaker voor wie door Hem tot God gaat.
Wie bij God is, is volkomen zalig.
Waarlijk, het kan.
Geloofd zij God met diep ontzag

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen