Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leer en praktijk (8)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leer en praktijk (8)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De priester als voorbidder
Christus heeft ons geleerd dat het ware bidden van de priester in het bidvertrek niet alleen maar een bezig zijn met zichzelf en eigen noden mag zijn.
Hij leert ons in het volmaakte gebed, dat er een bepaalde orde in ons midden moet zijn. Het gebed correspondeert met het gebod.
En boven het eerste en grote gebod van de liefde-wet des Heeren staat niet „ik" maar „HIJ".
Zijn Naam, Zijn Koninkrijk, de volvoering van Zijn wil, het worden in het leven van de priesterlijke bidder alles beheersende grootheden, die van veel meer belang zijn dan de dingen van zijn kleine leven, de noden van alle dag.
Nu is het heel eenvoudig om dit hier in één regel neer te schrijven, maar wat moet Gods Geest ons in ons leven veel afleren en onttronen om in de levenspraktijk oprecht de Naam des Heeren en Zijn eer groter te achten dan mijn belangen!
Hier ligt een levensles die hoe meer Christus gestalte in ons krijgt en Zijn liefde ons in aanbidding en verwondering doet knielen, voor het geloof de rijkste levensles is die de christen leren gaat.
Dan is het de vervulling van onze priesterlijke roeping om bidders te zijn gelovig en volhardend voor de zaak des Heeren.
Dan gaat de zaak van Gods kerk in al haar verscheurdheid en verdeeldheid zulk een bidder ter harte; dan gaat het om de eer des Heeren in het leven van de gemeente waartoe hij mag behoren; dan is de komst van het Koninkrijk niet alleen in eigen leven, maar ook in zijn naaste omgeving en ver daarbuiten een zaak, die hij pleitend draagt voor de troon. Dan heeft het eigen gemeentelijk leven en dan hebben de zaken van de eigen kerk de liefde en daarom, om 's Heeren wil een plaats in zijn voorbede. Dan vergeet hij niet gedurig de evangelisatie in eigen plaats en land, maar ook de voortgang en de ingang van het evangelie des Kruises onder Israël en de doorbraak van het overwinnend Licht in de heidenlanden aan de Heere op te dragen.
Hier ligt het vruchtbaar geheim van alle werk in en door Gods kerk!
Zeker er moeten de werkers zijn, de organisatoren, de deputaten en de kerkelijke vergaderingen, die de lijnen trekken en de opdrachten verlenen, de dominees, die rusteloos zaaien en de ambtsdragers die gedurig verantwoordelijk bezig zijn in de wijngaard, de hoogleraren en de studenten, de zendelingen en de artsen, maar . . . wat zullen die als er niet een gedurig biddende kerk achter hen staat?
Wij kunnen zo gemakkelijk zeggen hoe het niet moet en we kunnen en moeten al dat werk critisch begeleiden en steunen met ons offer, maar bidden we ervoor, gelovig het in de hand des Heeren gedurig leggend?
Is er gebed voor de dienaar des Woords en de herder uwer zielen, die dagelijks en wekelijks de zware verantwoording draagt voor uw en veler eeuwig heil?
Bidt u gedurig voor de ambtsdragers, die, mensen van gelijke beweging als alle anderen, naast en na hun drukke en volle dagtaak, maar weer geestelijk ingesteld moeten zijn om u in uw geestelijke strijd en nood te onderkennen en te leiden met het Woord des Heeren als ze op huisbezoek bij u komen?
Wie hier iets van verstaat, die kent priesterlijke verantwoordelijkheid voor het geheel niet alleen van de arbeid, maar ook van de kudde.
In zulk een hart krijgen een plaats allen die ons lief zijn en ons het naast staan, hen met wie we werken moeten, de beproefden en die zoveel leed en zorg te dragen hebben, de eenzamen en hen wier geestelijk peil u op het hart gebonden is!
Dan gaat ons persoonlijk gebed als vanzelf, ziende op de grootheid Gods en de rijkdom van de liefde van Christus, over in de voorbede voor anderen.
Een priesterlijke taak — het geheim van de beleving van de gemeenschap der heiligen — de beste dienst die u zelfs aan uw vijanden (zo u die al hebben mocht) kunt bewijzen.
Bidt voor elkander — beleef ook hierin uw priesterlijke roeping.
Hiertoe behoort niet alleen het in het verborgen de Heere in het gebed ontmoeten, maar ook het priester zijn in uw huis en gezinsleven.
Moet in de eerste plaats heel het verkeer met al uw huisgenoten in het gezinsleven van elke dag staan in het teken van de priesterlijke zelfopofferende liefde om Christus wil, het is de taak van vader en bij zijn afwezigheid van moeder, om priesterlijk in gebed voor te gaan.
Is meestal de enige en meest geëigende gelegenheid daartoe de maaltijd — als het gezin nog samen aan tafel komt — het is geen wet dat daar alleen deze het christelijke gezinsleven typerende en adelende priesterdienst mag plaatsvinden.
Als vader en/of de werkende moeder, maar ook studerende of werkende kinderen overdag niet thuis zijn en men elkaar aan tafel niet meer ontmoet, kan een gezamenlijk — uiteraard dan met de grotere kinderen — met gebed en dankzegging sluiten van de dag voor het naar bed gaan een rijke, saambiddende en God verheerlijkende kracht in het gezinsleven zijn.
Zeker we kunnen daarom glimlachen en zeggen: ouderwets, onze moderne leefwijze en gevarieerde dagindeling met late avondvergaderingen, alsook de radio- en misschien de t.v.-uitzendingen, kunnen hier evenzovele verontschuldigingen zijn om niet meer samen te naderen als ouders en kinderen in huiselijke godsdienstoefening voor de Heere.
Maar kent u de kracht van deze misschien in alle eenvoud uitgeoefende priesterdienst van vader of moeder in het gezinsleven? Of zijn we zover reeds dat vader en moeder wel aannemen dat de kinderen als er „even stilte" is voor de maaltijd of de groteren zelfstandig naar bed gaan wel „voor zichzelf bidden"?
Waar is de priester in het christelijk gezin, dat niet veel anders meer kent dan het „even stil zijn"?
Het is hier niet een kwestie van vrijmoedigheid allereerst maar van gehoorzaamheid, waarin elke christen-jongeman, die een gezin gaat vormen, zodra hij getrouwd is, ook al zijn ze maar samen, zijn priesterlijke roeping moet verstaan.
Dient u in uw huiselijk leven met elkaar de Heere nog en geeft u hem openlijk daar de eer doordat het gebedsaltaar nog rookt?
In deze huisgodsdienstoefening ligt een vormende scholing om een plaats te kunnen innemen in het kerkelijk en christelijk verenigingsleven, waar men geroepen kan worden om „voor te gaan" in gebed of dankzegging.
En in dit verenigingsleven ligt op zijn beurt weer een goede scholing om de priesterlijke taak te vervullen in huisgezin en in het bijzonder ambt, zo de Heere ons daartoe roept.
Want niet alleen in huis, maar ook in de openlijke aanroeping van de Naam des Heeren in Zijn dienst ligt de vervulling van onze priesterlijke roeping.
Elke samenkomst van de gemeente behoeft onze persoonlijke voorbede thuis, zowel als in het gezin dat zich voorbereidt om naar Gods huis te gaan des zondags.
Maar ook ons gelovig meebidden als de dienaar des Woords of de dienstdoende ouderling de noden en zorgen met dankzegging de Heere opdraagt in het midden van de vergaderde gemeente, is priesterdienst.
Al te veel neemt hier de gemeente een passieve houding aan en hoort alleen maar aan (als men het volgt!) wat de dominee vraagt. Toch blijft het gelovig meebidden en het samenstemmen over de van de Heere gevraagde zaken, het geheim van de gemeente en de kracht van het gebed.
Als we iets hiervan verstaan, zullen we beamen dat het geheim van zulk een priesterdienst dragende verantwoording voor Gods eer en het heil van de naaste, geleerd moet worden en steeds weer versterkt moet worden in het heiligdom.
Zal de dienst des Heeren werkelijkheid zijn, zodat ze hartelijke vreugde geeft in ons eigen leven, dan roept de Heere ons daar weer terug, om vanuit dat heiligdom der ontmoeting met de Heere, bediend uit Hem, onze dienst te kunnen vervullen in de wereld.

R. (Rotterdam) de B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1965

De Wekker | 8 Pagina's

Leer en praktijk (8)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1965

De Wekker | 8 Pagina's