Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Synode van Hoogeveen (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Synode van Hoogeveen (III)

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dinsdag 6 september
Op dinsdag 6 september kwam de generale synode van 1977 te Hoogeveen opnieuw in vergadering bijeen. Op woensdag 17 augustus waren de afgevaardigden uit elkaar gegaan om in de tussenliggende weken zich voor te bereiden op de behandeling van de agendapunten door de hun opgedragen werkzaamheden in commissievergaderingen te bespreken.

Het resultaat daarvan werd de afgevaardigden vrijdag 2 september thuis gestuurd terwijl zij dinsdag 6 september opnieuw een stapel rapporten op de synodetafels vonden, die de komende besprekingen moeten dienen.
De vergadering begon op deze eerste vergadermorgen van de week om half 11 om de afgevaardigden, voor zover ze de vorige avond geen commissievergadering hadden, de gelegenheid te geven s'morgens naar het Noorden te rijden.
De praeses opende de vergadering.
We zongen de op vergaderingen als deze geliefde psalm 135 - vers 1 en 2 - 's Heren knechten hier vergaderd en luisterden naar 2 Tim. 3: 10-4: 5.
Hierna ging de praeses ons voor in gebed.
Na enkele huishoudelijke mededelingen vestigde hij de aandacht op de prachtige bloemen, die de synodale tafels sieren - een geschenk van de bloemenkerkeraad Aalsmeer.
Het bleek dat vijf primi door hun secundi waren vervangen: twee predikanten en drie ouderlingen - door op te staan betuigden zij hun instemming met de belijdenis.
Het werk kon beginnen.

Theol. Hogeschool
Het is reeds jaren gewoonte om op de eerste dag van de eerste volle vergaderweek te beginnen met de zaken van de Theologische Hogeschool.
Van die gewoonte werd ook deze keer niet afgeweken.
In bespreking kwam dus het uitvoerig rapport van het Curatorium en het daarbij behorende rapport van de commissie I, wier rapporteur ds. A.W. Drechsler was.
Het gaat natuurlijk niet aan het rapport hier in zijn geheel weer te geven.
Ieder belangstellende kerklezer kan het t.z.t. in de Acta nalezen.
Elk rapport mondt - als het goed is opgesteld (!) - uit op een aantal voorstellen.
De voorstellen van het Curatorium hadden deze keer betrekking op de uitbouw van de Theol. Hogeschool - zowel wat het onderwijs als de gebouwen betreft.
Het onderwijs - in opdracht van de vorige synode had het Curatorium met het College van Hoogleraren zich gebogen over de mogelijkheden van een doctoraalopleiding, zodat onze studenten, als zij verder willen studeren, in de toekomst niet aan andere universiteiten behoeven te gaan om daar eventueel te promoveren tot doctor in de theologie, maar om deze mogelijkheid ook in Apeldoorn te scheppen.
Veel is daar de laatste jaren over gedacht. Het Curatorium kwam nu met definitieve voorstellen.
Gebouwen - de consequenties van deze doctoraalopleiding is dat er meer ruimte nodig is. De beschikbare collegeruimte moet uitgebreid worden omdat het aantal collegeuren zal toenemen. Nu reeds werd in ruime mate gebruik gemaakt van de aula voor die colleges waarin studenten van vier studiejaren bijeen zijn.
Commissie I bleek zeer welwillend te staan tegenover de voorstellen, die in deze commissie uitvoerig zijn besproken en toegelicht.

De voorstellen, die samenhangen met de doctoraalstudie werden door de commissie overgenomen. Enkele andere punten uit het rapport werden ook toegelicht. Zo bv. de pastorale begeleiding van de studenten, die geen eenvoudige zaak blijkt te zijn en de erkenning van voortentamen of colloquium elders afgelegd alsmede het voorstel een vooropleiding in te stellen in de klassieke talen, die ook toegankelijk is voor jongeren, die naar art. 16 in Apeldoorn theologie willen studeren.
Heel summier deden we maar een greep uit het geheel van voorstellen.
De synode bleek het in grote lijnen met de commissie eens te zijn. Er was geen één afgevaardigde die tegen de instelling van een doctoraalopleiding bezwaren uitte. Wel wezen enkele broeders - overigens pas in de tweede ronde - op de gevaren, die hier dreigen: wordt de afstand tussen School en Kerk niet te groot en wordt de theologie niet verwetenschappelijkt?
In de bespreking kwamen vooral practische zaken aan de orde; eigenlijk in hoofdzaak drie aangelegenheden.
Allereerst de praktische vorming van studenten. Deze zaak is al jaren aan de orde. De synode van 1974 gaf opnieuw een opdracht aan het Curatorium.
Er is iets aan gedaan. Maar binnen het huidige studieprogramma is het niet mogelijk nog meer aandacht aan deze praktische vorming te geven.
Doch de commissie wees op de taak, die kerkeraden hebben t.o.v. de studenten die preekconsent ontvingen. De commissie wilde dat het Curatorium aan de kerkeraden zou vragen mogelijkheden te zoeken tot een rustig gesprek met de student, die op een zondag in de gemeente voorgaat o.a. over de preek. Zo'n gesprek zal de praktische vorming van de student ten goede komen. Het Curatorium hoort wel eens uit gesprekken met studenten dat er door kerkeraden soms te weinig met de student, die voorgaat, wordt gesproken.
Verschillende afgevaardigden verwachtten van een dergelijk verzoek aan kerkeraden niet zoveel.
Een tweede zaak was het lopen van stage van a.s. kandidaten. Een zaak, die ook meerdere malen op synodes is besproken. Is het niet gewenst dat a.s. predikanten de praktijk een klein beetje leren door een zekere tijd „mee te draaien" in een plaatselijke gemeente, begeleid door de plaatselijke predikant. De commissie stelde voor dat studenten die geen doktoraalexamen willen doen stage lopen na hun kandidaatsexamen; voor hen die deze studie wel volgen kan de stage worden ingebouwd in de tijd, die aan hun doctoraalexamen voorafgaat.
Verschillende broeders maakten daarover hun opmerking. Dr. Brienen vroeg o.a.: kan de stageperiode ingebouwd worden in het studiepakket? Hoe moet het met de kosten? Ligt hier een nieuwe taak voor het studiefonds?
En een derde zaak, waarover verschillende broeders het woord voerden was de benoeming van wetenschappelijke medewerkers. De doctoraalopleiding brengt nl. mee dat onze hoogleraren hulp zullen moeten krijgen en dat voor bepaalde vakonderdelen specialisten zullen moeten worden aangetrokken.
Die aan te trekken medewerkers moeten bij voorkeur lid van een van onze kerken zijn. Zit hier geen gevaar in en kan hier de deur niet opengezet worden?
De vragen werden in eerste instanties beantwoord door de rapporteur, ds. Drechsler. Hij wees er op dat we blij mogen zijn met het onderwijs in Apeldoorn.
De vijand verschijnt vandaag ook bewapend op het toneel. Het is vandaag zaak om te weten wat de ideologische achtergronden zijn van allerlei meningen.

De president-curator, ds. J. Brons, ging ook kort op enkele punten in.
De rector, prof. dr. W.H. Velema, verheugde zich er in dat de voorstellen zo weinig weerstand ontmoeten.
De doctoraalopleiding wordt niet verplicht gesteld. In dat opzicht doet Apeldoorn niet mee met de trend van de tijd, want elders wordt doctoraal wel verplicht.
De stage-periode kan beslist niet ingebouwd worden in het studiepakket.
De wetenschappelijke medewerkers krijgen een beperkte bevoegdheid en behoren niet tot het „corpus docentium". Ze hebben een andere status dan een lector, die door de synode moet worden benoemd.
De overheid heeft geen recht om regels op te stellen voor ons onderwijs: we zijn een zelfstandige hogeschool.
De wetenschappelijke medewerkers zullen in de kring van onze kerken gezocht worden; maar er kan noodzaak zijn om iemand voor een klein onderdeel aan te trekken die niet tot onze kerken behoort.
Ook de professoren Versteeg en Van Genderen vroegen het woord om enkele zaken toe te lichten. Prof. Versteeg wees er op dat de zaak van het stage lopen met bedachtzaamheid moet worden bekeken. Er zijn financiële, practische en studietechnische problemen, terwijl het opmerkelijk is dat men elders van het stage-lopen terugkomt, omdat de betrokkene toch nooit kan werken onder eigen verantwoordelijkheid en het toch altijd gaat om een bepaalde sector van het werk.
De voorstellen van de commissie, ontleend aan het rapport van het Curatorium kwamen hierna in stemming en werden zonder tegenstem aanvaard.

Zonder de letterlijke tekst af te drukken melden we dat o.a. besloten werd: erkentelijkheid uit te spreken voor de jarenlange getrouwe arbeid die ds. D.H. Biesma als secretaris van het Curatorium heeft verricht en een andere secretaris te benoemen;
- de duur van de studie voor het candidaatsexamen te brengen van vijf jaar op vier en een half jaar; deze studiejaren volgens semestersysteem te geven met ingang van de cursus 1978/1979;
- een doktoraalopleiding te stellen en uit te spreken dat de college van hoogleraren bevoegd is om de graad van doctor in de theologie te verlenen;
- wetenschappelijke medewerkers, respect. -hoofdmedewerkers op voorstel van het college van hoogleraren door het Curatorium te doen benoemen onder nadere goedkeuring van de ge.syn.;
- de vooropleiding klassieke talen ook open te stellen voor hen, die naar art. 16 aan de Theol. Hogeschool te willen studeren, en daartoe door curatoren een docent klassieke talen te benoemen;
- het voortentamen of het colloquium van universiteiten en hogescholen te erkennen;
- aan curatoren op te dragen zich te bezinnen op een stageperiode en zo mogelijk een regeling te ontwerpen;
- het Curatorium te machtigen om de noodzakelijke uitbreiding van de gebouwen te doen plaatsvinden.

Het was een historisch ogenblik toen deze besluiten werden genomen.
De praeses wees er op dat deze besluiten van grote en verregaande betekenis zijn. Ze zullen de plaats van onze hogeschool in de kerken en in Nederland ten goede komen. God geeft ons nog een eigen inrichting tot uitbouw van de theologie en tot zegen van het gereformeerde leven.
Het was een fijne inzet van de eerste synodedag dat de besluiten op deze wijze konden worden genomen.
Maar het was inmiddels vier uur geworden en er stond nog meer op het schema voor deze dag.

Correspondentie met de Hoge Overheid
Het rapport van deputaten voor de correspondentie met de Hoge Overheid werd hierna in bespreking gegeven.
Gerapporteerd werd voornamelijk over het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken - het C.I.O. De vorige generale synode benoemde mr. dr. C.J. Verplanke als gedelegeerde.
Van de vraagstukken die in het C.I.O. werden behandeld werden met name genoemd: het treffen van een alternatieve regeling voor de beëindiging van de fin. verhouding tussen de Kerken en de Staat en de herziening van de Regelen voor het C.I.O. Gevraagd werd aan de synode om de voorgestelde regeling goed te keuren.
Deputaten zelf hielden zich bezig met de abortuswetgeving, hetgeen geleid heeft tot de verzending van een adres aan de betreffende Tweede Kamer commissie, gepubliceerd in ons blad van 9 mei 1975.
In de bespreking werd door br. Van Wijngaarden geïnformeerd naar genoemde alternatieve regeling, terwijl br. De Geus (zelf wethouder) informeerde waarom men spreekt over de Hoge Overheid?
De secretaris van deputaten, burgemeester Verplanke van Ridderkerk, was ter synode aanwezig en beantwoordde de vragen op geestige en deskundige wijze. De afkoopregeling geldt de acht kerken, die in 1814 reeds bestonden. Het gaat hier om een bedrag van 500-700 miljoen gulden.
Het werk van deputaten werd goedgekeurd; de broeders ontvingen de dank van de synode en de herziening van de Regelen voor het C.I.O. kreeg de instemming van de synode.

Deputaten Financiëel
Feitelijk had dit rapport na dat van het Curatorium moeten worden behandeld.
In verband met aanwezigheid van de bovengenoemde secretaris werd eerst het rapport Hoge Overheid afgedaan.
Deputaten-Financieel vormen de Commissie van Beheer van de Theol. Hogeschool. Hun rapport bevat uiteraard veel cijfers en houdt zich bezig met de kosten, verbonden aan de plannen tot uitbouw van de Hogeschool.
In verband met het feit dat de Hogeschool een gedeeltelijke subsidie krijgt was het niet nodig de bijdrage voor 1977 te verhogen. Een stijging van geringe omvang voor de komende drie jaren is wel nodig; anders kan de gewenste afschrijving in circa vijf jaar op het gebouwencomplex niet gerealiseerd worden.
Er was geen behoefte aan bespreking van dit rapport zodat het beleid van deze deputaten spoedig kon worden goedgekeurd.
De praeses noemde de arbeid van deze deputaten werk achter de schermen, dat van grote betekenis is.

Studiefonds
Vervolgens kwam het rapport van deputaten voor het studiefonds - de vroegere kas E.B.P. - in bespreking.
Het feit dat sinds de cursus 1972-1973 onze studenten in de theologie in aanmerking komen voor een rijksstudietoelage heeft grote veranderingen gebracht in het aantal studenten aan wie de kas een toelage verstrekt. Langzamerhand komt de bestaansreden van dit studiefonds te vervallen - aldus het rapport. Het studiefonds is in een bepaalde afbouwfase gekomen.
De commissie, die over het rapport had te oordelen, was van mening dat het nu nog te vroeg is om aan deputaten op te dragen hun werkzaamheden af te bouwen. Er zullen steeds bijzondere gevallen zijn waarin een aanvullende toelage noodzakelijk is.
Een korte bespreking volgde.
De voorzitter van deputaten, dr. Brienen, merkte op dat de taak van deputaten langzamerhand alleen bestaat in het beheren van de financiën.
De synode besloot overeenkomstig het commissie-voorstel: In afwachting van een nadere bestemming van het studiefonds geen bijdrage voor de komende drie jaren van de kerken te vragen.

Polderdeputaten
Dat is natuurlijk niet de officiële naam, want die luidt: deputaten tot steun aan de kerken rond de IJsselmeerpolders.
In het rapport van deze deputaten werd uitvoerig gesproken over de drie werkterreinen: Dronten, Lelystad en Almere. De arbeid van deputaten m.b.t. Dronten kwam tot een afronding. Over Lelystad werd uitvoerig gerapporteerd. De groei van deze stad is enorm. Terecht merkte het commissierapport op: dat nu reeds daar een predikant werkzaam is en dat de gemeente aldaar eveneens kan beschikken over een eigen kerkgebouw stemt tot dankbaarheid.
Het is fijn dat het kerkelijke leven zich daar zo kan ontplooien.

Nu verdient Almere de aandacht en de steun van de kerken. Er is een struktuurplan waarin gerekend is op 250.000 inwoners; er zullen meerdere kernen zijn met daartussen en rondom landelijk gebied met recreatieve-, agrarische- en natuurlijke bestemmingen. Het kwam deputaten uitermate gewenst voor dat er medio 1978 een aparte kracht voor Almere wordt aangesteld. De commissie was ook van mening dat onze kerken van meetaf in Almere aanwezig moet zijn.
In de bespreking werd door br. v.d. Stel en ds. Slagboom geïnformeerd naar de kwaliteit van de beoogde kracht. Moet het een predikant, een evangelist of meer een maatschappelijk werker zijn?
Er is veel overloop in Almere uit Amsterdam en dat zijn veelal maatschappelijke vluchtelingen.
Ds. De Romph informeerde naar de samenwerking in Lelystad met de buitenverbanders, maar zo werd geantwoord: dit valt onder verantwoordelijkheid van de kerk van Lelystad en de classis Zwolle.
Ds. De Romph vroeg ook of het evangelisatiewerk in Almere niet moet vallen onder en uitgaan van de plaatselijke kerken in de buurt van b.v. Naarden en Huizen.
Voor de commissie was het duidelijk dat de aan te trekken kracht een predikant moet zijn.
Ds. De Jong, secretaris van deputaten bevestigde dit: er moet grote pastorale zorg aan de nieuwe bewoners worden besteed.
Om evangelisatiewerk in de polders te verrichten is een zekere ervaring nodig en daarom kan dit beter vanuit bestaande polderkerken geschieden.
De voorstellen van de commissie werden aangenomen: deputaten kregen mandaat een afzonderlijke kracht aan te trekken voor Almere zodra dit naar het oordeel van deputaten wenselijk is.

Kerk en Recreatie
Het laatste rapport van deze middag voor de broodmaaltijd behandelde bovengenoemde zaak.
In dit rapport werd geschreven n.a.v. een gehouden enquête, waaraan ruim 70 kerkeraden deelnamen dat in ongeveer 60% van de kerken de weekendrecreatie een rol speelt. Opmerkelijk is - aldus deputaten - dat slechts in ongeveer de helft van deze kerken de problematiek met de betreffende leden wordt doorgesproken.
Deputaten vroegen toestemming om opnieuw een schrijven aan de kerkeraden te mogen richten. De commissie is van mening dat dit in het verlengde ligt van het besluit van de vorige generale synode.
Een bijzondere vraag van deputaten was om aparte aandacht te besteden aan de kerk van Haamstede door het verzoek van deputaten kas Onderlinge Bijstand te ondersteunen om voor dit incidentele geval toestemming te geven van de geldende instructie af te wijken.

Het ene deputaatschap deed dus een voorstel tot machtiging van een ander deputaatschap. Inderdaad geen gebruikelijke gang van zaken. De commissie had begrip voor dit verzoek: er zijn niet veel plaatsen op te noemen waar een zo kleine gemeente de zorg heeft voor zoveel recreanten.
Te begrijpen dat oud. De Ronde van Haamstede van de gelegenheid gebruik maakte om de aandacht op de uitzonderlijke positie van zijn gemeente te vestigen. Zijn verzoek werd ondersteund door een andere Schouwense afgevaardigde, br. Spaans uit Zierikzee.
Deputaten kregen opdracht voort te gaan met de bezinning op de problematiek van kerk en recreatie. Het verzoek van deputaten over de extra ondersteuning van Haamstede werd gelegd in handen van deputaten kas Onderlinge Bijstand. Zij kregen opdracht te onderzoeken of er in dit concrete geval aanleiding is af te wijken van hun instructie en dan daarna te handelen.

Toen werd het tijd om te eten. We waren dankbaar dat er verschillende agendapunten deze middag in vlot tempo konden worden afgewerkt.

J.H.V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1977

De Wekker | 8 Pagina's

Synode van Hoogeveen (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1977

De Wekker | 8 Pagina's