Jezus gaat voor naar Galilea

Een bekende plaats
Er is ongeveer in het jaar 33 een tijd geweest tussen Pasen en Hemelvaart. Tussen het werkelijke gebeuren van de dood van Jezus en Zijn opgang naar de hemel. Er zijn werkelijk 40 dagen geweest na Zijn opstanding, waarin Hij leefde op aarde. We kunnen ons dat niet goed indenken. Dat is iets bijzonders, dat een gestorvene is opgestaan en na zijn opstanding verscheen en ten hemel voer.
De mensen, die Jezus zochten bij het graf, kregen de boodschap mee: „Hij is hier niet", „Hij gaat u voor naar Galilea, daar zult gij Hem zien" (Matt. 28, vers 6 en 7). Ook wordt er bij gezegd: „Hij heeft dat al tegen u gezegd toen Hij in Galilea was". (Lucas 24 vers 6 en 7).
„Hij is hier niet, maar Hij is opgewekt. Herinnert u, hoe Hij, toen Hij nog in Galilea was, tot u gesproken heeft?"
Waarover? Over zijn lijden, zijn dood, zijn opstanding.

Waarom zouden de mensen, die bij zijn graf naar Hem zochten, naar Galilea moeten gaan? Was dat een bijzondere plaats?
Het is wel heel opvallend als we de bijbel er op nalezen, hoe het leven van de Here Jezus en zijn werk steeds weer gestalte krijgt in Galilea. En het wordt er in de bijbel steeds bijgezegd.
Nadat Jezus geboren was, zijn zijn ouders gegaan naar Nazareth in Galilea. Daar heeft Hij gewoond. En zijn werk is Hij begonnen in Galilea. Steeds staat dat er weer bij. Mattheüs schrijft het en Lucas en Marcus (Matth. 4, vers 12-17; Marc. 1 vers 14; Lucas 4 vers 14).
Hij kwam uit Galilea en Hij begon Zijn optreden in Galilea. Hij trok langs de zee van Galilea en spijzigde de duizenden op de hellingen van de heuvels langs dat meer.
En er staat. . . : „terwijl zij in Galilea waren zei Jezus tot hen: De Zoon des Mensen zal overgeleverd worden in de handen der mensen en zij zullen Hem ter dood brengen en drie dagen na zijn dood zal Hij opstaan". (Marcus 9 vers 31).
Terwijl Hij in Galilea was, heeft Hij gezegd dat Hij lijden en sterven moest en zou opstaan. Daar hebben de engelen aan het graf het over. Maar meer. . .
Mattheüs beschrijft het (Matth. 26 vers 32; „doch nadat Ik zal zijn opgewekt, zal Ik u voorgaan naar Galilea". Dat profeteerde Jezus.
Marcus beschrijft het ook; Marcus 14 vers 28. „Maar nadat Ik zal opgewekt zijn, zal Ik u voorgaan naar Galilea".
De Here Jezus had er over gesproken dat Hij zou worden overgeleverd en sterven zou. Daar worden de discipelen bedroefd van. Wij kunnen ons dat voorstellen dat de discipelen bedroefd werden. Jezus zegt er iets bij, „zal opstaan, zal u voorgaan naar Galilea". Dat geeft de discipelen op dat moment geen moed.
En als het dan allemaal gebeurd is, waar de discipelen met droefheid al iets van konden weten, als de Here zo ontzettend heeft geleden; als Hij is gekruisigd; als de Heiland, die redder zou zijn, gestorven is en begraven; dan komen de volgelingen bedroefd naar het graf. Het was blijkbaar waar, wat Jezus had voorspeld over zijn aanstaande dood.
Wat horen zij daar bij dat graf?
„Hij is hier niet, herinnert u zich niet wat Hij gezegd heeft toen Hij in Galilea was?" en „Hij is hier niet. Hij gaat u voor naar Galilea" en „Hij gaat u voor naar Galilea, daar zult gij Hem zien!" Er is meer waar!
En waar Jezus hen ontboden had, bij de zee van Galilea, daar verscheen Hij hun. Daar zagen zij Hem van aangezicht tot aangezicht.

Bewijs
Misschien kunnen we ons proberen voor te stellen wat het betekent dat iemand vóórdat hij sterft kan zeggen: Ik kom hier terug. Hij was in Galilea, toen Hij dat zei over Zijn lijden en sterven. Hij zei ook: „Nadat Ik opgewekt zal zijn, zal Ik u voorgaan naar Galilea".
De verschijning na Zijn dood is iets werkelijks! Niet een visioen, maar een ontmoeten met een duidelijke plaatsbepaling. Daar waar Hij gewerkt heeft, waar Hij Zijn discipelen heeft geroepen, waar Hij de broden gebroken heeft.
„Ik ga u voor naar Galilea".
De band is wel even verbroken, maar wordt weer volledig hersteld. Want hier waar Jezus en zijn discipelen werkten en wandelden, om zo te zeggen waar zichtbaar het werkterrein van Jezus was, hier, waar als die woorden in de lucht klonken en daalden in de harten van al die mensen om Hem heen, hier ontbiedt de Heer, de Meester, zijn discipelen. Daar heeft de ontmoeting plaats. Is er duidelijker bewijs dat Hij werkelijk LEEFT en Dezelfde is?

Jezus wordt zelf ook genoemd: de Galileër. Als Petrus staat te beven bij het vuur, vraagt een vrouw hem: zijt gij ook geen Galileër? Als je bij Hem hoorde, was blijkbaar de aanduiding, Galileër, wel duidelijk genoeg. Als Nicodemus het voor Jezus' woorden opneemt, verwijten de geleerden hem; Zijt gij soms ook uit Galilea?
De boodschap van de engelen bij het graf is een heerlijke boodschap! „Nadat Hij is opgewekt gaat Hij u voor naar Galilea en daar zult gij Hem zien".
Daar, Galileërs, daar waar Hij gewerkt heeft als de levende, wil Hij ook zijn als de opgestane Heer, speciaal voor zijn discipelen. Niet alle mensen van die tijd hebben Hem weergezien. Zijn Leven na de dood is ook weersproken door deze en gene.
In de Handelingen der Apostelen staat: Maar God heeft Hem uit de doden opgewekt en Hij is gedurende vele dagen verschenen aan hen die met Hem van Galilea naar Jeruzalem opgetrokken waren, die thans getuigen zijn bij het volk. (Hand. 13 vers 31).

Een bemoediging
Als wij toen geleefd hadden en de mensen van die tijd zouden vragen: Zijt gij soms ook van Galilea?, wees blij. Want dan hebt u blijkbaar iets te maken met Jezus van Nazareth uit Galilea. Als u hoorde bij de volgelingen uit Galilea die Hem volgden van Galilea naar Jeruzalem (zie Handel. 13 vers 31) wees blij. Want Hij is aan die mensen verschenen weer op Zijn werkterrein en die mensen kunnen daarvan getuigen.
Als u Hem nu zoekt in het ledige graf, wees blij. Want er is een boodschap voor u. Hij gaat u voor naar Galilea. Dat betekent: Hij zet zijn werk voort dat Hij begonnen is: Duidelijker kan het niet, ook waar Hij begonnen is. (Handel. 10:37 Gij weet van deze dingen die geschied zijn door het gehele joodse land te beginnen in Galilea . . . ).
Vrienden, de Heiland gaat u voor naar Galilea en daar zult gij Hem zien! Wat betekent dat precies voor ons? Wij hebben nu niet de concrete opdracht om naar Galilea te gaan. Dat is trouwens voor veel mensen onmogelijk uit te voeren en daar zouden we Hem niet vinden.
En toch betekent het iets. Wie in dit leven de Heiland leert kennen in Zijn werk en in Zijn liefde, die hoeft niet bedroefd te zijn over Zijn dood. Want na Zijn dood is Hij weer Zijn volgelingen nabij geweest. Met nog deze boodschap er bij: Gij zijt getuigen van deze dingen. (Luc. 24, 47 en 48). De Here Jezus heeft toen geen genezingen meer verricht, maar wel Zijn nabijheid en Zijn liefde betuigd aan Zijn discipelen. Ook heeft Hij hen toegerust, opdrachten gegeven. Hij gaat u voor naar Galilea. Daar zult gij Hem zien. Daar waar Hij aan het werk was, daar is Hij. Ook na Zijn dood werkt Hij blijkbaar door.
Overtuigend bewijs dat Hij Dezelfde is. Hij heeft het geprofeteerd. En het gebeurt ook. En dat het wat Hij profeteerde en wat gebeurde, dat voorgaan naar Galilea, had in zich de werkelijkheid van een heerlijke ontmoeting.
Zo gaat Jezus nog de Zijnen voor. Als u en ik, die in Hem geloven, sterven dan gaat Hij ons voor naar Galilea.
Niet alleen: Hij leeft na Zijn dood, ook voor mij, maar ook: Hij leeft voor mij ook na mijn dood.
Dat ik nu tot de Almachtige als tot de Vader mag gaan, o wonder. De Heiland heeft betaald, de straf was op Hem.
Hij baande de weg tot de Vader. Niet bleef het bij overwinning van schuld en dood, maar als eerstgeboorne uit de doden sleept de Here Jezus broeders en zusters mee als kinderen van de Almachtige.
Na zijn overwinning heeft Hij Zijn volgelingen ontboden in Galilea, waar Hij werkte en hun de Schriften verklaarde. En Hij leeft nog. Daar mogen u en ik van getuigen. En niet alleen in dit leven tussen datum en datum; ook na mijn dood mag ik in zijn buurt zijn, op Zijn werkterrein.
Zijt gij ook een Galileër? Gij zult Hem zien. Halleluja.

P.S. Mevrouw De Geus-Bikker zond ons deze bijdrage voor De Wekker, waarvoor wij hier graag een plaats inruimen. Een vrouw temidden van de mannen. Het waren op het Paasfeest vrouwen, die nog vóór de mannen velen de blijde boodschap verkondigd hebben. Zijn de vrouwen door de mannen toch teveel teruggedrongen?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen