Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van humanistische filosofie hebben we echt niets te verwachten...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van humanistische filosofie hebben we echt niets te verwachten...

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Alle denken, ook dat van de grootste filosofen en meest baanbrekende wetenschappelijke vorsers, eindigt in een leegte en loopt dood als het voor de oplossing van de grote vragen van het leven en van ons samenleven uitsluitend op zichzelf bouwt en vertrouwt.
In het moderne humanistische denken is het denken zélf de afgod geworden. Het is in zichzelf gaan geloven.
Met dát zelfgenoegzame, maar uiteindelijk doodlopende denken komt de massa van onze studenten op de meeste universiteiten en hogescholen in aanraking, juist in die gevoelige levensperiode, waarin de jonge mens aan de studie is. En dan zien zij vaak het gevaar niet van die „ongelovige wetenschap". Daarom is het goed, nee, daarom is het noodzákelijk dat zij ook kennis kunnen maken met de christelijke filosofie zoals die op universiteiten en hogescholen wordt gedoceerd door de docenten van de Stichting voor Reformatorische Wijsbegeerte.
In die wijsbegeerte (of filosofie) gaat het om de vraag, hóe je als christen in de wetenschap, in het studeren bezig bent. De christelijke filosofie ziet het gelovige hart (en niet het autonome menselijke denken) als centrum van de mens en van ook zijn wetenschappelijke bezig zijn. Dat wil zeggen, dat hij in geloof luistert naar Gods Openbaring.
De hele moderne wetenschap weet geen raad met de mens, maar de christen weet, dat de mens is geschapen naar Gods beeld, dat er een schepping is, dat er wetten zijn van God, die gelden voor die schepping, dat er geheimen zijn, dat de werkelijkheid die door de wetenschap wordt onderzocht gedragen wordt door die wet van God. Als je je dat goed bewust bent, dan ervaar je een grote bevrijding, een diepe vreugde. Dan weet je dat je een antwoord hebt op die verschrikkelijke uitzichtloosheid, zinloosheid en leegte, waarop het denken van de denkers, die vandaag zo in de mode zijn, uitloopt. Het is de christelijke filosofie, die wij Reformatorische wijsbegeerte noemen, die laat zien hoe de integratie tussen geloof en wetenschap mogelijk is. Dat is vooral voor studenten die christen willen zijn geweldig belangrijk. De aanraking met deze wijsbegeerte betekent voor ontelbaren, dat zij hun geloof behouden en in hun hele verdere leven er de vruchten van plukken. Overal kom ik ze tegen, die zeggen: „Wat heb ik er veel aan gehad, aan die colleges in de Reformatorische wijsbegeerte . . . "
Eén van de hoogleraren van de Stichting voor Reformatorische Wijsbegeerte is prof. dr. ir. E. Schuurman aan de Technische Hogeschool te Delft en de TH in Eindhoven. Zelf maakte hij tijdens zijn studie aan de Delftse TH met het christelijk filosoferen kennis toen prof. dr. ir. H. van Riessen - zijn voorganger - daar doceerde. Beiden zijn zij ingenieur. Of moeten we zeggen: zijn zij ingenieur geweest, want thans zijn zij filosoof? Beiden hebben zij veel nagedacht over de vraag of de mens wel een juist inzicht heeft in - en het juiste gebruik maakt van de techniek, een vraag die hoogst actueel is nu de ontwikkeling van de moderne techniek de mens de baas lijkt te zijn geworden. „De verwoestingen, die de mens met behulp van de techniek heeft veroorzaakt, zijn zó vreselijk en schijnen zo onherroepelijk, dat ook de mens zelf er op den duur het slachtoffer van dreigt te worden", zegt Schuurman in zijn boek „Techniek, middel of moloch?" (Kok, Kampen, 1977, te verkrijgen bij het centrum van de Stichting voor Reformatorische Wijsbegeerte, Postbus 149, Maarssen).
Schuurman constateert ook, dat het studieprogramma van a.s. ingenieurs weinig of geen plaats biedt voor het nadenken over de techniek en over haar gevolgen voor de cultuur. Juist ook daarom is het zo noodzakelijk, dat op de TH's christen-filosofen colleges geven, die studenten helpen om tot dit nadenken te komen.
Aan andere universiteiten (te Groningen en Utrecht door prof. dr. J. Dengerink, te Leiden door prof. dr. S. Griffioen, te Rotterdam door prof. dr. B. Goudzwaard (a.i.) en te Wageningen en Twente door drs. ir. S. Strijbos (a.i.)) worden eveneens colleges gegeven of worden werkgroepen geleid vanwege genoemde stichting om ook daar studenten in staat te stellen zicht te krijgen op de verhouding tussen en de integratie van geloof en wetenschap.
„Er is niets in deze wereld waarvan Christus niet zegt: „Het is Mijn", dit credo hebben de grondleggers van de calvinistische of reformatorische wijsbegeerte voortdurend voor ogen gehad en hun opvolgers - we noemden hen hierboven - hebben het overgenomen. Oók voor studie en wetenschap geldt dit, evenals voor elk ander terrein waarop de mens bezig kan zijn: het onderwijs, de politiek, het va!$- bondswerk, de ziekenzorg, het boerenbedrijf, de onderneming, de publiciteit, de techniek enz.
Op al die terreinen en in ieders dagelijkse werk en levenspraktijk rijzen vragen, soms heel beklemmende. Wat is de zin ervan, waarom gaat het uiteindelijk? Niet alleen christenen houden zich met zulke vragen bezig. Ieder mens, die nadenkt, zoekt, maar de óngelovige zoekt zijn weg. De Reformatorische wijsbegeerte, die, als alle filosofie, in het bijzonder bezig is met de diepste problemen van het mens-zijn, van wereld en werkelijkheid, heeft echter duidelijk gemaakt, dat wij, mensen, niet zelf de weg hoeven uit te stippelen, maar dat hij ons gewezen wordt en dat wij hem moeten gaan. Als wij met vragen zitten, dan moeten we luisteren naar Gods Woord en niet ónze weg zoeken door middel van ons denken. Dan moeten we de ons geopenbaarde inzichten tot leidraad nemen. Doe je dat, dan ontdek je ineens dat je verder komt, dat er op een bevrijdende manier licht valt op de problemen. Dan kun je zeggen van de politicus: „Wat doet hij eigenlijk?" In allerlei beschouwingen blijkt dan heel sterk de wil tot de macht aanwezig te zijn. In de economie is het hoofdmotief winst maken. In de wetenschap is het motief kennis is macht. In de techniek is het motief: groot maken, de Babel-cultuur, techniek om de techniek. Zo kun je door gaan. En als je al die motieven hebt uitgegraven, dan zie je dat de mens daarin centraal staat en dat het motief steeds en overal op hém is gericht. Ik noem dat het afvallig machtsmotief.
Laten we nu eens kijken naar wat het zou móeten zijn. Het christelijke denken leert ons, dat de zin van de wetenschap is, dat je groeit in wijsheid en inzicht. En wat is wijsheid? Dat Christus dé wijsheid is. Daar zitten we al meteen in het verwijzende en in de afhankelijkheid. De zin van de techniek? Dat is de Bijbelse opdracht tot bouwen en bewaren. Van de politiek? Dat is gerechtigheid bevorderen. Het zinmotief op economisch gebied is het goede rentmeesterschap, waarover prof. dr. Goudzwaard zulke uitstekende gedachten heeft ontwikkeld.
In dit alles ontdek je dan, dat het christelijk motief van de mens af wijst, dat het motief is: dienen in liefde. Zo kunnen we ons realiseren uit welke motieven we ook zélf leven en werken. Zo kan een technicus tot het inzicht komen, dat zijn techniek geen doel is, maar een middel om het geschapene tot eer van God en als dienst aan de schepselen tot ontplooiing te brengen. Wat krijg je, alleen al op dit terrein, dan van de techniek een totaal ander beeld dan het gruwelijke beeld, dat de mensheid er thans van heeft, nu de techniek een bedreiging lijkt te worden voor mens en wereld!
Die boodschap proberen wij aan de studenten te brengen. Het is een boodschap die bevrijdt en zelfs vreugde schenkt al is de wereld om ons heen nog zo dreigend en somber. Trouwens, over die wereld heeft Christus ons geleerd ons geen illusies te maken. Dat is een realisme, dat de ongelovige denker tot wanhoop voert, maar de christen doet beseffen, dat zijn hoop is gebaseerd op het Koninkrijk van God, inderdaad: gebaseerd!
De Stichting voor Reformatorische Wijsbegeerte is thans bezig nieuwe hoogleraren aan te trekken voor het werk op universiteiten en hogescholen. Dat werk groeit en de vraag er naar groeit nog harder. Wie nadere informatie wil neme contact op met het bureau van Stichting Reformatorische Wijsbegeerte te Maarssenbroek, Postbus 149, 3600 AC Maarssen (03465-6 09 45/6 91 92). Men kan ook een proefnummer aanvragen van het blad Beweging van de Stichting. Bij een donatie van ƒ 45,- (gironr.: 1209598) ontvangt men het blad verder kosteloos. Ook ander studiemateriaal is verkrijgbaar.

Namens de Stichting voor Reformatorische Wijsbegeerte

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1980

De Wekker | 8 Pagina's

Van humanistische filosofie hebben we echt niets te verwachten...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1980

De Wekker | 8 Pagina's