Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De verzoening met God (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De verzoening met God (II)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De leer van de satisfactie
In een vermaard geworden verhandeling heeft de middeleeuwse theoloog Anselmus van Canterbury doorzichtig willen maken, waarom de vleeswording van het Woord en de dood van Christus nodig waren. Het droeg de titel: Cur Deus Homo.
Hij wees op de ernst van de zonde. Als de gesprekspartner denkt, dat de zonde wel door berouw uit te delgen is, antwoordt Anselmus: Gij hebt nog niet overwogen, hoe zwaar de zonde weegt. Zonde is verstoring van de goddelijke orde. Het is het niet geven aan God wat wij Hem verschuldigd zijn, het Hem onthouden van de Hem verschuldigde eer.
God is aan Zichzelf verplicht Zijn eer te handhaven. Hij kan de zonde niet zonder meer vergeven. Maar als God de mens straft, zoals hij dat verdiend heeft, wat wordt er dan van Zijn plan met hem? Daarom volgt er geen straf, maar genoegdoening (satisfactie). Die genoegdoening moet dan wel van een oneindige waarde zijn, omdat er een oneindig grote schuld is.
Maar hoe moet dat dan? Alleen de mens moet voldoening geven en alleen God kan deze voldoening tot stand brengen. De conclusie is: De Godmens moet het doen. Hij behoeft als zondeloze de dood niet te ondergaan, maar Hij sterft vrijwillig. Die liefdedaad kan God niet onbeantwoord laten.
Als God de verdienste van Christus belonen wil, kan Hij Hem echter niets geven wat Hij als de Zoon van God al niet heeft. Daarom komt Zijn verdienste de mensen ten goede en ontvangen zij de vergeving van zonden en de eeuwige zaligheid.
In de nieuwere theologie is scherpe kritiek gemaakt op deze satisfactietheorie van Anselmus. Het is niet moeilijk daarin allerlei tekortkomingen aan te wijzen. Zo wordt de genoegdoening als een verdienste van Christus beschreven, die God wel belonen moet. Anselmus zag nog niet in, dat Christus de zijnen als Borg vertegenwoordigt en dat Hij daarom sterft in hun plaats. Anselmus wil duidelijk maken, dat God met de mens verzoend moet worden. Maar hoe wordt de mens met God verzoend? Hoe zijn wij betrokken bij wat er bij de satisfactie gebeurt? De subjectieve toeëigening van de verlossing door de mens komt op zichzelf te staan.
De grondfout is, dat het meer een logische redenering is dan een weergaven van het evangelie van de verzoening. Er wordt-meer van begrippen dan van bijbelse gegevens uitgegaan. Dat was in de scholastieke theologie van die tijd overigens maar al te veel het geval.
Toch hebben wij reden om positief te waarderen, dat de verlossing door Anselmus niet in de eerste plaats werd opgevat als bevrijding van de gevolgen van de zonde, maar vóór alles als bevrijding van de zonde zelf en van de schuld van de zonde.

De reformatorisclie leer van de verzoening
De reformatorische leer van de verzoening is niet te vereenzelvigen met die van Anselmus. De hervormers zijn opnieuw gaan luisteren naar de Schrift en dat zette een stempel op wat zij dachten en beleden met betrekking tot de verzoening.
Het woord „satisfactie" vinden we bij hen terug, maar met dit grote verschil,dat het de voldoening is aan wat God van ons eist en dat Christus daarvoor in onze plaats voor God staat. Tegenover onze ongehoorzaamheid aan de wet van God stelde Hij Zijn volkomen gehoorzaamheid. Hij nam onze schuld en onze straf op Zich en onderwierp Zich als onze Borg en Middelaar aan het oordeel van God. Door Zijn voldoehing delen wij in de verzoening met God. Calvijn zegt dat het lijden van Jezus Christus allereerst een offer is, waardoor Hij genoegdoening voor ons gegeven heeft in het oordeel van God, Zijn toorn jegens ons gestild heeft en ons met Hem heeft verzoend (Catechismus van Genève).
Van verdienen is wel sprake, maar dan van het verdienen of verwerven van genade voor ons. Een ander woord dat in het kader van deze verzoeningsleer gebruikt wordt, is betalen. Het brengt ons niet in de zakelijke sfeer van transacties en rekeningen, maar duidt ook weer aan, dat de zonde als schuld wordt gezien. Het komt bv. voor in Zondag 1 van de Heidelbergse Catechismus.
Wat de genoegdoening van Christus voor ons betekent, zegt de reformatorische leer van de rechtvaardiging. God schenkt mij uit louter genade de volkomen genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van Christus.
Voor de gelovige is dat zijn gerechtigheid voor God (Zondag 23).
Als het over het heilswerk van Christus gaat, wijst men soms op verschillen tussen Luther en Calvijn. Valt de nadruk bij Luther niet op de overwinning over de machten: de zonde, de dood en de duivel en plaatst hij in die reeks ook niet de wet en de toorn van God?
Zonder iets af te doen van de eigen accenten in de theologie van Luther kunnen we toch wel volhouden, dat de verlossing van de machten bij Luther niet het voornaamste aspect van het werk van Christus is. Wij worden door de verzoening door Zijn bloed bevrijd van de schuld, de toorn van God en de vloek van de wet. Dat is de doorgaande lijn. Samenvattend zegt Luther: Jezus Christus heeft geleden, is gestorven en begraven om met Zijn eigen kostbaar bloed voor mij genoeg te doen en te betalen wat ik schuldig ben (Grote Catechismus).

Andere opvattingen
Een theoloog wiens leer van de verzoening grote invloed heeft, is Karl Barth.
Hij zou het begrip genoegdoening in een nieuwe betekenis willen gebruiken. God heeft in het lijden van Jezus Christus, in de overgave van Zijn Zoon in de dood, gedaan wat genoeg is voor de overwinning in de strijd tegen de zonde. Zijn sterven was het sterven van alle mensen. Zijn dood was, onafhankelijk van de wijze waarop zij ertegenover staan, de dood van hen allen.
Zo objectivistisch en universalistisch kan men niet spreken over de beslissing die eenmaal op Golgotha gevallen is. Dan wordt de prediking van de verzoening meer een mededeling van wat voor iedereen geldt, dan een klemmend appel van de gezanten van Christus: Laat u met God verzoenen (2 Kor. 5:20).
Lijnrecht tegenover de reformatorische leer van de verzoening staat de subjectieve verzoeningsleer, die in allerlei vormen en variaties is voorgedragen.
Dat moet de mens zich met God verzoenen, nadat God het initiatief genomen heeft en Zijn liefde in Christus geopenbaard heeft. Daar moet de mens op ingaan.
Aan woorden van de Heilige Schrift die spreken van wat er in Gethsémane en op Golgotha gebeurde tussen God en Christus, wordt een andere uitleg gegeven, want er zou alleen iets kunnen en moeten gebeuren in de verhouding van de mens tot God. Het is zelfs voorgekomen, dat geleerd werd, dat Jezus ons bevrijdt van het misverstand, dat God vertoornd op ons is vanwege onze zonden.
Bij Wiersinga is het nog wel zo, dat het kruis van Christus iets teweegbrengt. Er gaat een schok-effect van uit, waardoor mensen tot verandering komen.
Er is overigens een onmiskenbare samenhang tussen zijn afwijzing van de leer van de verzoening door voldoening en zijn sympathie voor de ideeën van Abaelardus, wiens verzoeningsleer - in tegenstelling tot die van zijn tijdgenoot Anselmus - een sterk subjectieve inslag heeft.
Wat niet alleen in deze theologie, maar ook in vele confessionele documenten van deze tijd naar voren komt, is een ethizering van het geloof in de verzoening, zoals dr. E. Flesseman-van Leer dat noemt. Wij zijn het die de dienst van de verzoening te vervullen hebben. Er zijn in deze wereld actieterreinen genoeg voor!
Maar het eerste en beslissende is niet wat wij te volbrengen hebben, maar wat Christus voor ons volbracht heeft.

J. van Genderen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 maart 1983

De Wekker | 12 Pagina's

De verzoening met God (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 maart 1983

De Wekker | 12 Pagina's