Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven degenen, die Hem bidden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven degenen, die Hem bidden

6 minuten leestijd

Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven degenen, die Hem bidden. Lucas 11:13

De Heere Jezus spreekt hier en dat is van betekenis.
Hij kon zo spreken, omdat Hij de Zoon van God is, eenswezens met de Vader. Hij kent de Vader volkomen. Hij spreekt dat meermalen uit. Hij kent ook de wil, het welbehagen van de Vader. Ook wat aangaat het welbehagen tot zaliging van zondaren. Hij is in de volheid des tijds gekomen om de volle raad Gods tot zaliging te openbaren. Hij is gehoorzaam geweest in alles, is nu gezeten aan Gods rechterhand en heeft de Heilige Geest uitgestort. Hij kon ook zo spreken omdat Hijzelf de Heilige Geest op het gebed ontvangen had. Hij was uiteraard nooit zonder de Heilige Geest. Hij was als mens volmaakt, geestelijk gezind. Hij moest echter bekwaam gemaakt worden om in alles getrouw te zijn. Hij liet Zich door Johannes dopen in de Jordaan. Hij was gewillig Zijn werkte volbrengen. We lezen in Lucas 3, dat Hij na de doop bad en dat de hemel geopend werd en dat de Heilige Geest op Hem neerdaalde in lichamelijke gedaante gelijk een duif. En in Johannes 1:33 staat, dat Johannes getuigde: Ik heb de Geest zien nederdalen uit de hemel, gelijk een duif en Hij bleef op Hem.
De Heere Jezus nam boze mannen ten voorbeeld, mensen van wie niets goeds is te wachten, maar enkel kwaad. Zo is de mens niet geschapen, maar door de afval van God geworden. Hij is boos, totaal verdorven. Dat geldt ook bozen die kinderen hebben. Ook die kinderen zijn boos. Maar toch, als deze kinderen in nood verkeren, geen voedsel hebben, dan gaan ze in kinderlijk vertrouwen naar die vader, al is hij boos en verdorven. Ze begeren van die vader goede gaven, brood, vis, eieren. Die vaders wijzen hun kinderen niet af. Ze kunnen hun kinderen niet wegsturen met een steen of een slang of een schorpioen. Het gaat om eigen kinderen, aan wie een vader door bloedbanden verbonden is. Al hebben kinderen zich nog zo onhebbelijk en ondankbaar ten opzichte van die vader betoond, het vaderhart gaat spreken en dat komt openbaar in het geven van goede gaven.
We moeten niet de conclusie trekken dat de mens dan niet ten volle boos, verdorven is. Het is naar Gods woord dat we belijden dat de mens onbekwaam is tot enig goed en geneigd tot alle kwaad, tenzij hij door de Geest Gods wedergeboren wordt. De Heere houdt de mens nog in toom en daaraan is het te danken, dat er nog een goede verhouding kan zijn tussen ouders en kinderen, dat er nog vaderlijke liefde is.
De Heere Jezus gaat nu spreken van de hemelse Vader. Hij is een rechtvaardig Rechter, Die de zonde niet ongestraft kan laten. Daarom moest Christus aan Gods recht voldoen. God heeft Zijn eigen Zoon niet gespaard. Dat was goddelijke zondaarsliefde.
De hemelse Vader is Dezelfde als de Vader van Zijn volk. De Heere Jezus beval de Zijnen te bidden: Onze Vader, Die in de hemelen zijt. Hij wil dat de Zijnen in kinderlijke vreze en vertrouwen tot Hem naderen.
Wat in recht geloof gebeden wordt zal deze hemelse Vader zeker geven. Dat geldt ook het geven van de Heilige Geest. Meermalen heeft de Heere Jezus getuigd dat Hij moest heengaan. Anders kon de Heilige Geest niet komen. Die Hij zenden zou van de Vader.
Van die Geest belijdt de Kerk des Heeren, dat Hij tezamen met de Vader én de Zoon waarachtig en eeuwig God is en dat Hij ook haar gegeven is om door een waar geloof Christus en Zijn weldaden deelachtig te maken, te troosten en eeuwig te blijven.
Die Geest zal de Vader zeker geven degenen die er Hem om bidden. De Gever bezit alles. Hij is barmhartig. Hij geeft uit genade om Christus wil. Hij geeft de Heilige Geest, Die steeds meer het hart gaat vervullen en het leven gaat leiden. Hij maakt van natuurlijke mensen, die geesteloos en alleen vleselijk zijn, mensen die weer geestelijk worden en geestelijk gaan wandelen.
De Heere Jezus benadrukt dat allen die om de Heilige Geest bidden die Geest ook zullen ontvangen. Dat strekt tot bemoediging en aansporing. Maar dan moet het gebed ook oprecht zijn. De Catechismus noemt daar drie kenmerken van. Het ware gebed is een aanroepen met het hart, in ware verootmoediging en in het besef van eigen onwaardigheid toch in het geloof dat God om Christus wil zeker wil verhoren.
Niemand bidt van nature zo. De kinderlijke vreze en het hartelijk vertrouwen worden juist gemist, men kent zijn nood en ellende niet en weet niet van ware verootmoediging voor Gods aangezicht.
Gods kinderen leren het Paulus nazeggen: wij weten niet te bidden gelijk het behoort. Doch Paulus voegt er aan toe: doch de Geest Zelf bidt voor ons . . .
De Heilige Geest leert bidden. Hij is de Geest der genade en des gebeds. Hij wederbaart zondaren. Hij ontdekt en verootmoedigt. Hij werkt het geloof. Hij werkt in zondaren de rechte nood en de ware ootmoed en het gebed tot God.
De Heere hoort alle ware bidders. Een iegelijk die bidt die ontvangt. Het ware gebed is de Heere welbehaaglijk. Dat is het werk van Zijn Geest. Dat wordt zeker verhoord.
De hemelse Vader is aan de rechte bidders verbonden. Daarom gaat Hij hen trekken en laat Hij hen tot zichzelf komen om hun nood en ellende recht te kennen en werkzaam te maken tot hun behoud. Ze krijgen de Heere nodig om in Zijn gemeenschap hersteld te worden. Ze krijgen Christus nodig om door Hem met God verzoend te worden. Ze krijgen de Heilige Geest nodig als de Toepasser, de Trooster, de Leidsman.
De ware bidders krijgen wat hun hart begeert. De Heere Jezus zegt het en dat is genoeg. Op de Pinksterdag waren er ongeveer drieduizend die verslagen van hart werden door de Heilige Geest. En daarna hebben velen de Heilige Geest ontvangen. Ja, de Heilige Geest zal blijven arbeiden tot het einde toe en daarom zullen er altijd bidders blijven om de Heilige Geest.
Hebben wij de Heilige Geest al nodig gekregen? Dat is noodzakelijk. De Heere is altijd de Eerste en zonder Zijn Geest bidden we niet recht. Maar we mogen niet vergeten, dat de Heere alles geeft in de weg van het gebed. Daarom spreekt de Heere Jezus nog, dat de hemelse Vader Zijn Geest zal geven aan allen die er Hem om bidden.

Meerkerk, Blom

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 1986

De Wekker | 8 Pagina's

Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven degenen, die Hem bidden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 1986

De Wekker | 8 Pagina's