Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Synode van Groningen 1989 (IX)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Synode van Groningen 1989 (IX)

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Synodeleden en verkeersregels
Van leden van een Generale Synode mag men verwachten dat zij gezagsgetrouw zijn.
Voor de warme maaltijd moeten wij naar het Enter-hotel in Groningen, ongeveer 10 à 15 minuten lopen van de Maranathakerk. Sommigen gaan per auto, maar velen vinden het fijn zich even te kunnen vertreden. Er moet dan één verkeerslicht gepasseerd worden. Maar wie dacht dat deze (wel)eerwaarde broeders een goed voorbeeld aan de Groningers zouden geven komt in ieder geval voor wat twee broeders betreft bedrogen uit: onbekommerd wandelden zij voort, als ware rood gelijk aan groen.
Nog vreemder was het gedrag van een ander Synodelid: rond 17.30 uur is het in de buurt van het Enter-hotel heel erg druk; het is spitsuur. Het verkeer beweegt zich dus met horten en stoten voort. Het duurde een bepaalde broeder, die in de auto van een andere broeder zat, allemaal wat te lang. Hij stapte uit de auto en schroomde niet midden op het verkeersplein het verkeer te gaan regelen op eigen wijze en met eigen regels, totdat zijns broeders auto vrij baan had; daarop stapte hij weer in en zij gingen huns weegs...

De Nederlands Gereformeerde Kerken
De deputaten konden in hun rapport niet tot positieve aanbevelingen komen inzake de contacten met de NGK (zo zal ik ze verder maar aanduiden). In de besprekingen was men gestoten op een aantal punten die de voortgang niet vergemakkelijkten. Ik noem er enkele:
- een enquête in de Kerken had uitgewezen dat er grote variëteit is in de contacten en de wijze waarop kerkeraden daar tegenaan kijken, hetzij positief, hetzij negatief;
- er blijken telkens weer opnieuw verschillen van inzicht te bestaan over de vraag hoe beide kerken de zaak van de „toeëigening des heils" in de prediking verwerken;
- het Akkoord voor kerkelijk samenleven (zeg maar: de Kerkorde van de NGK) biedt soms ruimte voor andere opvattingen;
- sommige kerkeraden signaleren in de NGK ruimere opvattingen over bijv. kindercommunie, aantal zondagse erediensten en vrouwelijke ambtsdragers.
Anderzijds constateerden deputaten uit dezelfde enquête (wat zij ook al wel wisten) dat er ook gemeenten zijn waar de samenwerking ver gevorderd is; zelfs tot en met het functioneren onder één gezamenlijke kerkeraad. Landelijk gezien is te wijzen op de Ned. Geref. theologische studenten die studeren aan de Theol. Universiteit van Apeldoorn. Ook zijn er in verscheidene gemeenten waar het nog niet tot kanselruil kwam, soms wel gemeenschappelijke verenigingen of bijbelkringen.
Deze tegenstellingen brachten deputaten in verlegenheid; zij verzochten de Synode zich duidelijk uit te spreken over de wijze waarop wij met de NGK verder moeten gaan.

Bespreking ter Synode
Niet minder dan 18 sprekers gaven zich op. En er was grote gevarieerdheid in de inhoud van de vragen en overtuigingen van de Synodeleden; de meeste vragen cirkelden om de verschillen t.a.v. de toeëigening des heils. Zijn die verschillen zo ernstig dat gezegd moet worden dat ze buiten het raam van Schrift en belijdenis vallen? Over deze vraag (en enkele andere) rapporteerde de commissie van de Synode die zich met het deputatenrapport had beziggehouden - na gehouden bespreking met alle hoogleraren - dat „op een aantal wezenlijke punten geen recht wordt gedaan aan belangrijke zaken uit de belijdenis".
Anderzijds constateerde de commissie dat „de geconstateerde verschillen (. . .) geen belemmering mogen zijn om te erkennen dat de NGK zich in alles willen stellen op de grondslag van en begeren te leven naar de Gereformeerde belijdenis".
Het laatste werd door sommige leden van de Synode betwijfeld, door anderen onderstreept. En zo ging het eigenlijk die hele woensdagochtend (en gedeelte van de middag): geluiden die wezen op het vasthouden van de contacten (het is niet minder dan een heilige roeping), want we kunnen elkaar in onze onderlinge verschillen wezenlijk bevruchten en van dienst zijn en hun problemen zijn (voor een groot deel) ook de onze - en anderzijds geluiden van toenemende zorg: komt dit ooit nog wel tot een op Schrift en belijdenis gefundeerde eenheid?
De een uitte zijn verontrusting over gesignaleerde afwijkingen t.a.v. bijv. de zondagse kerkdienst, de ander vroeg zich af of dit nu een doorgaande lijn was in de NGK of dat er sprake was van „incidenten".
Enkele sprekers staken ook de hand in eigen boezem: deputaten meldden dat over de contacten met de NGK in onze eigen Kerken verschillend wordt gedacht en dat deze verschillend worden getaxeerd; is het niet zo dat wij zelf ook een verdeelde kerk zijn en dat wij een deel van onze eigen moeiten kerkelijk projecteren op de samensprekingen met de NGK?
Er waren ook veel vragen over de Kerkorde van de Ned. Geref. Kerken: het Akkoord voor Kerkelijk Samenleven; geeft de ruimte die daar is voor andere standpunten of beslissingen geen aanleiding tot diepgaande vragen?
De rapporteur van de commissie zei dat de commissie niet van mening was dat de NGK zich buiten het kader van de belijdenis bevindt; wel moet er een appèl op dezen gedaan worden, omdat we samen die belijdenis hebben. We zitten naar het oordeel van de commissie niet in een impasse, wel in een moeilijk stadium.
De secretaris van deputaten, ds. P. den Butter, ging nog in op de door prof. Schuurman gesignaleerde verschillen van mening rond de rapportage van deputaten: het rapport is gebaseerd op de vastgestelde notulen van de vergaderingen. Het is verdrietig dat deputaten telkens weer menen te moeten zeggen: er is een verklaring en eenstemmigheid in belijden, maar hoe functioneert dat nu? Er is verschil; hoe ernstig is dat? En kan dat in één kerkelijk samenleven? Dat is de vraag die we aan u, Synode, stellen! En we willen graag dat u daar het Akkoord bij betrekt; dat is in 1983 in onze Synode getypeerd als een „goed equivalent voor onze Kerkorde". Maar er gebeuren dingen die ons doen vragen: hoe veilig is de confessie in de NGK?
Prof. J. van Genderen gaf prae-advies: Op dit moment kan nog geen antwoord gegeven worden op de vraag: moeten we uit elkaar gaan? Men kan dezelfde belijdenis hebben en deze toch verschillend interpreteren. Dat gebeurt zelfs vaak in de Gereformeerde Gezindte. Dan rijst de vraag: hoe ernstig zijn deze verschillen? We zullen hiermee verder dienen te gaan en het gesprek dienen voort te zetten. Die weg wil de Here gebruiken!
Aan het eind van de eerste ronde gaf de praeses gelegenheid tot het indienen van voorstellen. Die waren er veel en velerlei: de variatie in de bespreking zette zich in de ingediende voorstellen voort. De praeses gaf vervolgens de hele zaak weer in handen van de commissie die in de derde zittingsweek met nieuwe voorstellen zal komen.

Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt)
Het is lang geleden dat er een samenspreking is geweest op deputatenniveau tussen leden van de Geref. Kerken (Vrijg.) - verder aan te duiden als GKV - en deputaten van onze Kerken. Feitelijk zijn deze in 1963 afgebroken. Wel waren er van tijd tot tijd briefwisselingen tussen de beide Synoden, maar daar bleef het bij. In 1986 had onze Synode nog weer eens een dringend verzoek gedaan tot mondeling contact. De Synode van Spakenburg van de GKV van 1987 was daar positief op ingegaan, maar wilde niet een bespreking met onze deputaten Eenheid: men vond de opdracht van dat deputaatschap te breed. Nu had onze Synode van 1986 reeds met die mogelijkheid rekening gehouden en had de mogelijkheid geopperd dan te spreken met het gewezen moderamen van die Synode (dat de naam draagt van deputaten vertegenwoordiging van de Kerken).
Zo was geschied en dus kwamen deze deputaten met een verslag van de gehouden samensprekingen.
Toen de broeders van de NGK (prof. Schuurman en ds. J.C. Schaeffer) afscheid hadden genomen van de Synode, werd hun plaats ingenomen door de predikanten A.N. Hendriks en T. Dekker namens de GKV. Een toch wel merkwaardig moment - men bedenke dat de NGK een afsplitsing vormen van de GKV.

Toespraak ds. A.N. Hendriks
Ds. Hendriks - oud-praeses van de Ger. (Vrijg.) Synode - kreeg de gelegenheid de Synode toe te spreken, nadat de praeses gewaagd had van het bijzondere van dit moment. Ds. Hendriks wees er op dat de Synode een beslissing over al of niet voortgaan met de gesprekken moet nemen op een moment dat ons land steeds meer afdwaalt van God; de kerkelijke eenheid staat onder de druk van de secularisatie. We bidden u Gods wijsheid toe! Laten we het uitzicht hebben op Hem, die al de Zijnen wil vergaderen in het ware geloof.

De bespreking
Deputaten vertegenwoordiging (aanwezig in de di. P. den Butter en J.H. Velema) konden melding maken van goede gesprekken; van beide zijden was vreugde geuit over het feit dat men weer samen rond de tafel was gaan zitten.
Toch waren ook hier vragen gerezen:
- van GKV-zijde inzake enkele opvattingen van enkele hoogleraren van de CGK (prof. dr. B.J. Oosterhoff en wijlen prof. dr. J.P. Versteeg) en de principiële koers die onze Kerken willen varen in het contact met de NGK;
- van onze zijde inzake het kerkbegrip in de GKV (de „ware-kerkgedachte") en ook hier weer zaken rond de toeëigening des heils.
In de Synode klonk vreugde door over de ontmoeting van deze dag en het verslag van de gehouden samensprekingen. Toch was die vreugde ook getemperd; het was duidelijk dat er beduchtheid was voor de voortgang van het contact; een beduchtheid die de sporen droeg van de slepende contacten met de NGK: „zo mag het niet nog eens"!
Ook werd er gevraagd naar de wijze waarop eventuele contacten voortgang moeten vinden. De gesprekken zijn begonnen, niet met deputaten Eenheid, maar met deputaten Vertegenwoordiging. Maar moet dat zo blijven? De synodale commissie vond van niet: de opdracht die zo'n deputaatschap zou dienen te krijgen zou dezelfde zijn als die van deputaten Eenheid. Dat kan toch niet. Toch vonden sommige leden van de Synode dat we hierin de broeders van de GKV tegemoet zouden kunnen komen. Eventueel zou gedacht kunnen worden aan een aparte „sectie" van deputaten Eenheid - die immers meer dan genoeg werk hebben.
Aan het eind van de bespreking in eerste ronde kwamen ook hier weer verschillende voorstellen, waarover de commissie zich zal buigen. Ook dit komt in de derde week (de week van 14 november) terug.

Zending
Opnieuw was het moderamen van het deputaatschap Zending naar Groningen gekomen, om nu de voorstellen in besluiten omgezet te zien. Een belangrijk besluit was de structuur van het deputaatschap te wijzigen: voortaan zijn er drie secties (Indonesië, Venda en KwaNdebele), ieder met een sectie-voorzitter (door de Gen. Synode benoemd); de Part. Synoden zullen daarom vanaf 1990 ook drie deputaten moeten gaan benoemen (was twee), voor iedere sectie één. Er komt een algemeen voorzitter die voor 0.4 werktijd vrijgesteld wordt. En natuurlijk zijn er de vrijgestelde secretaris en de penningmeesters.
Bij een te zoeken nieuw zendingsterrein (dat dan onder de sectie Indonesië zal vallen) zal bijzondere aandacht gegeven worden aan Die Gereformeerde Kerk van De Kar in Botswana. Aan het eind van deze bespreking was het moment gekomen dat ds. K.J. Velema, emerituspredikant van Groningen afscheid als deputaat-voorzitter nam. De praeses roemde zijn jarenlange arbeid in dit deputaatschap. „U bent één geworden met zending; God gedenke u en uw vrouw".
Ook de aftredende penningmeester, br. P.J. Posdijk uit Maarssen werd hartelijk dank gezegd voor de vele arbeid.
Aan alle deputaten kracht en wijsheid; het is een eervolle opdracht van de Koning der Kerk om zending te bedrijven, aldus de praeses.
En zo werd het woensdagavond 11 oktober. Het waren moeilijke dagdelen geweest in deze week tot nu toe. Het ging ook over grote dingen: Gods Koninkrijk en de wijze waarin wij, kleine en zondige mensen, daarin samen of apart staan... Dringend werd telkens gebeden om Gods leiding en de kracht van Zijn Geest.

Hoogeveen, D. Quant

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 november 1989

De Wekker | 8 Pagina's

De Synode van Groningen 1989 (IX)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 november 1989

De Wekker | 8 Pagina's