Vrede (II)
Tot vredestichten geroepen
Het is niet zo moeilijk om aan te geven hoe de Bijbel over vrede spreekt en welke inhoud de Schrift aan het begrip vrede geeft. In het eerste artikel hebben we enkele hoofdlijnen weergegeven.
Moeilijker is het vrede maken in de werkelijkheid van alledag. Vrede maken is moeilijk. Vrede houden is zo mogelijk nog moeilijker. We hebben ons hart tegen. In het onveranderde hart huist de neiging om te heersen. Ons hart is van nature een vijand van vrede. Dat hart klopt uiteraard ook in de mensen om ons heen. We behandelen de mensen zoals zij ons behandelen. We hebben de sterke neiging om kwaad met kwaad te vergelden. Het gaat hier om een steeds werkend proces. Dat proces werkt ook in de grotere verbanden. Als er een wil tot het maken van vrede is, moet er behoedzaam worden gehandeld om de gewilde vrede tot stand te brengen. Zorgvuldige afspraken moeten worden gemaakt en verdragen gesloten. Dikwijls is controle nodig op het naleven van de gemaakte afspraken en verdragen. Het maken van vrede in de wereld vraagt een bepaalde prijs. De vorst van de duisternis, de satan, zal er steeds op uit zijn om de geesten te beïnvloeden. Oorlog voeren, ruzie maken: het zijn eigen werken van de duivel.
Daarom is het vrede maken een gecompliceerd proces.
Dat geldt in de verbanden van het eigen leven en het geldt in de verhoudingen tussen groeperingen in de samenleving en in de verhoudingen van de volkeren tot elkaar.
De Bijbel is duidelijk in de opdracht tot het maken van vrede. Wij worden onvoorwaardelijk geroepen tot het stichten van vrede. Ik noem uit de vele teksten er bij wijze van voorbeeld drie:
Mattheüs 5:9: „Zalig zijn de vreedzamen, want zij zullen kinderen Gods genaamd worden". Letterlijk staat in deze tekst: zalig zijn de vredemakers. Het maken van vrede is een eigen werk van God. In het eerste artikel zagen we dat God een God van vrede is. Daarom zullen de vredemakers kinderen van God genoemd worden. De burgers van het Koninkrijk der hemelen zijn per definitie vredemakers. Elke christen is een vredestichter.
Romeinen 12:18: „Indien het mogelijk is, zoveel in u is, houdt vrede met alle mensen". In deze tekst wordt een begrenzing bij het stichten van vrede en bij het bewaren van vrede aangegeven. „Indien het mogelijk is". „Voorzover het van u afhangt". Christenen mogen nimmer zelf er oorzaak van zijn dat de weg tot vrede met anderen door hun houding geblokkeerd wordt. Van de christen gaat vrede uit. Een welriekende geur van vrede hangt om hem heen.
Hebreeën 12:14: „Jaagt de vrede na met allen, en de heiligmaking, zonder welke niemand de Heere zien zal". Alle christenen samen dienen uit te zijn op vrede.
Deze drie bijbelwoorden geven reeds overduidelijk aan, dat we geroepen zijn tot het vrede maken. Het stichten van vrede is een onderdeel van een heilig leven. Het is opvallend dat in de geciteerde tekst uit Hebreeën 12 het najagen van vrede en de heiligmaking naast elkaar worden genoemd.
In eigen leven
Concreet betekent dit, dat van ons een voortdurende stroom van vrede dient uit te gaan. Ik zondig als ik onverzoenlijk ben. Ik maak mijn schuld alleen maar groter als ik koppig en onbuigzaam blijf. Ik blus de Geest uit als ik weiger vrede te maken. Men moet deze regels niet te snel lezen. Denkt u eens na over uw leven op dit moment. Op welke punten en naar welke mensen toe blokkeert u vrede? Betreft het misschien uw eigen man of vrouw? Raakt het een van uw kinderen? Gaat het om collega's? Moet die slepende erfeniskwestie worden genoemd? Denkt u aan uw ene broer of zuster?
Als wij weigeren vrede te maken, terwijl het mogelijk is en voorzover het van ons afhangt, zijn we bezig met het begin van een oorlog! We hebben dan geen enkel recht om te klagen over de ellende in de wereld. Wij doen er dan volop aan mee. Het dringt meestal niet tot ons door wat we aan het doen zijn en wat we bezig zijn te ontketenen, wanneer we onverzoenlijk zijn en weigeren vrede te maken, terwijl er mogelijkheden zijn.
Wie eigen hart bij het licht van Gods Woord leerde kennen, erkent dat de ellende in de wereld en in eigen leven geen vreemde zaak is. Wij zijn er zelf mede schuldig aan. Voor een deel zijn wij er zelf de bewerkers van. We kunnen ons inzetten voor vredesactiviteiten, ons bezighouden met vredespolitiek en ondertussen die ene niet willen aankijken. Dan zijn we ongeloofwaardig en voor God onwaarachtig bezig. Het bezig zijn met vrede maken luistert nauw.
Bij de erkenning van het mede schuldig zijn aan de onvrede in de wereld moeten we niet blijven staan. De Schrift roept ons ernstig op tot bekering. We dienen oprecht onze schuld te belijden. Schuldbelijdenis maakt innerlijk vrij tot het stichten van vrede. Dat begint dus altijd in de persoonlijke levensverbanden en verhoudingen.
Het houdt tevens in, dat we vrede bewaren met de loop van het eigen leven. Veel mensen aanvaarden hun levensgang niet. Bij velen is er gefrustreerdheid en opstandigheid. De levensweg kan vol liggen met zonden. Vrede bewaren met onszelf en met onze levensweg is alleen dan mogelijk wanneer we gelovig leren leven uit de vergeving der zonden en bidden om de kracht tot vernieuwing van ons dagelijkse leven. Zonder vergeving te kennen zullen we geen vrede kennen.
De Kerk en de vrede in de wereld
Het is de taak van de Kerk om het Evangelie van de vrede van het Koninkrijk der hemelen te verkondigen. Het gaat inderdaad om deze verkondiging in kracht. De Kerk kan de vrede in de wereld nooit bewerkstelligen. De Kerk vervangt geen politieke partij. De Kerk is evenmin gelijk te stellen met een christelijke, politieke partij. Door de verkondiging van de messiaanse vrede rust de Kerk haar leden toe om vrede te maken in de verbanden, waarin ze leven. De messiaanse vrede kunnen wij op deze aarde niet realiseren. Daarvoor zijn nieuwe hemelen en een nieuwe aarde nodig. Wij zijn geroepen om tekenen van vrede op te richten en daden van vrede te stellen.
Al zou er tussen de volkeren een of andere vorm van vrede komen, al zou het gaan in de richting van een wereldvrede, dan nog is die vrede niet de messiaanse vrede. Zo'n vrede is uiteraard verre te verkiezen boven de oorlogen. Een gewapende of een politieke vrede is niet een te verwerpen zaak. Wat kunnen politici méér bereiken in deze wereld? We mogen en we moeten als Kerk bidden om vrede tussen de volkeren. Maar het is niet ondenkbaar dat er een vorm van wereldvrede komt, waarin men zich tegelijkertijd keert tegen de openbare verkondiging van het Evangelie van de vrede van Christus. De vrede, waarvan de Bijbel spreekt, heeft altijd een dimensie meer dan de politieke of gewapende vrede in de wereld. Als men in het Conciliair Proces alle kerken oproept om zich voor de vrede sterk te maken, mag men niet zwijgen van deze dimensie meer. Verkondigt men niet openlijk en duidelijk, dat er slechts vrede kan zijn door het geloof in Christus en Zijn zoenoffer, dan is men in het Conciliair Proces bezig met een geweldig afgeslankt begrip van vrede. Deze gereduceerde vrede zal tenslotte teleurstellen en uit elkaar spatten. Het is noodzakelijk om ook in het Conciliair Proces de geesten te onderscheiden.
Wij komen niet verder dan het oprichten van tekenen van vrede, in een wereld die gebroken is. Het vredestichten staat onder het negatieve voorteken van een gebroken en zondige werkelijkheid. Als we dit zeggen klemt te meer de opdracht om een vredemaker te zijn. Laten we binnen de kerken zelf het voorbeeld daarvan zijn. Alle ambtsdragers dienen vredezoekers te zijn. Waar men de vrede zoekt zal men de vrede vinden.
Het Vrederijk komt
Maar het komt door het eindoordeel heen. In de verwachting van dit Rijk verkondigt de Kerk de messiaanse vrede en stellen christenen, waar ze maar kunnen, daden van vrede. Dat is: we verloochenen onszelf, geven ons aan God en aan de naaste en volgen Christus na. Die ons vrede brengt door Zijn kruis.
In de weg van het offer van onszelf openen wij de wegen tot vrede. Zo zijn we onderdanen van het Vrederijk en worden we zalig gesproken. In het vredemaken, waarbij we onszelf offeren, beleven we vrede. Dat is een vorm van beleefde zaligheid.
Als het eindoordeel komt, worden zulke mensen kinderen van God genoemd.
J. Jonkman
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 maart 1990
De Wekker | 8 Pagina's