Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een omstreden puritein (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een omstreden puritein (I)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Over Richard Baxter (1615-1691)
Op 8 december a.s. zal het precies driehonderd jaar geleden zijn dat Richard Baxter in Londen overleed. Nu vermoed ik dat deze naam de meeste lezers van ons blad niet zoveel zal zeggen. Toch is er reden genoeg om iets over hem te schrijven.
Baxter was namelijk één van de meest invloedrijke puriteinse theologen in het Engeland van de zeventiende eeuw. Zijn werken werden destijds in vele talen vertaald en vonden overal gretig aftrek, ook hier in Nederland. Bovendien is er de laatste tijd zowel in het Engelse taalgebied als ook in ons land sprake van een hernieuwde belangstelling voor Baxters leven en werk. Zo werden onlangs zijn bekendste praktisch-geestelijke geschriften opnieuw uitgegeven. Zijn haast klassieke boek over het pastoraat wordt keer op keer herdrukt en blijft steeds weer nieuwe lezers trekken. Sommigen vestigen er de aandacht op dat Baxter bruggen heeft willen bouwen tussen de verschillende protestantse stromingen van zijn dagen en eren hem als een vroege voorloper van de oecumenische beweging.
Maar de nieuwe aandacht voor zijn theologie wordt toch vooral beheerst door zijn intrigerende opvattingen over de verzoening en de rechtvaardiging. Opvattingen die overigens niet onweersproken zijn gebleven. Waar het bij deze kwestie allemaal om ging? Het is van belang dat aan het begin van deze serie artikelen alvast kort aan te duiden.

De verzoening
Baxter wilde heel bewust een middenpositie innemen tussen de remonstranten en de calvinistische orthodoxie van zijn dagen. Met betrekking tot de verzoening leerden de remonstranten, dat Christus voor alle mensen gestorven is en dat het daarom mogelijk is dat zij ook allen behouden worden. Maar die mogelijkheid wordt niet altijd werkelijkheid. Het hangt ervan af hoe de mens zelf op deze mogelijkheid reageert, of hij gelooft of niet! De synode van Dordrecht stelde hier tegenover dat Christus niet voor alle mensen, maar alleen voor de Zijnen gestorven is (Vgl. D.L. II-8). De gedachte die daarachter ligt is dat Christus niet slechts de zaligheid mogelijk gemaakt heeft, waarbij het dan van ons mensen afhangt of we die zaligheid al dan niet ontvangen zullen. Neen, Christus is een volkomen Zaligmaker die al degenen voor wie Hij stierf ook werkelijk het geloof schenkt en vast en zeker tot de zaligheid brengt. Volgens Baxter zou men beide dingen moeten zeggen: Zowel dat Christus stierf voor alle mensen, als dat Hij alleen stierf voor de Zijnen. Mét de remonstranten was hij van mening dat de ruime en royale prediking van het evangelie in het gedrang zou komen, als niet tegen iedereen gezegd kon worden: Christus is voor u gestorven! Daaraan moet echter wel de voorwaarde worden toegevoegd, dat het offer van Christus ons alleen ten goede komt, als wij door het geloof tot Hem komen.
Op dit punt zocht Baxter nu aansluiting bij de Dordtse Leerregels. Hij ging namelijk niet met de remonstranten mee, wanneer die bij het geloof alle ruimte wilden geven aan de beslissing van onze vrije wil. Volgens Baxter is het geloof heel nadrukkelijk een gave van God! Daarom stelde hij dat we niet alleen moeten zeggen dat Christus voor alle mensen gestorven is, maar óók dat Hij heel in het bijzonder Zijn leven gaf voor de Zijnen, namelijk om hun het geloof te schenken. Deze dubbelsporigheid komt duidelijk uit in het volgende, karakteristieke citaat: „Christus stierf voor alle mensen om voor hen vergeving en behoud te verwerven, op voorwaarde dat zij zich zouden bekeren en geloven. Vervolgens stierf hij voor de uitverkorenen om aan hen het geloof en de bekering zelf ook werkelijk te schenken".

De rechtvaardiging
Baxters gedachten over de rechtvaardiging vertonen een nauwe samenhang met zijn visie op de verzoening. Met voorliefde spreekt hij over de rechtvaardiging in beelden die sterk gekleurd zijn door de politieke structuren van zijn dagen. Hij wil God vooral zien als Koning, of als een Heerser die in zijn koninkrijk wetten uitvaardigt. Daarbij maakt Baxter een onderscheid tussen wat hij de „oude" en de „nieuwe" wet noemt.
De oude wet is de wet van God die volstrekte gehoorzaamheid eist en dreigt met de zwaarste straf bij overtreding. Deze wet is door Christus vervuld. Door Zijn sterven heeft Hij aan al haar eisen voldaan en een volkomen gerechtigheid verworven. Daardoor heeft Christus het voor alle mensen mogelijk gemaakt, dat hun zonden vergeven worden. Maar Hij heeft nog meer gedaan. Door Zijn dood aan het kruis heeft Hij ook een nieuwe wet, de wet der genade, afgekondigd. Deze nieuwe wet moeten wij gehoorzamen door te geloven en ons te bekeren. Dan zullen we de vergeving van zonden ontvangen en zeker behouden worden. Bij deze gehoorzaamheid aan de wet van de genade gaat het niet meer om een volmaakte gehoorzaamheid, stelt Baxter. God is hier tevreden met een onvolkomen gehoorzaamheid, als zij maar oprecht is!
Dat brengt ons bij de vraag: Hoe is in deze gedachtengang een zondaar rechtvaardig voor God? Naar de opvatting van Baxter is daarvoor een dubbele gerechtigheid vereist. Wij hebben niet alleen de toegerekende gerechtigheid van Christus nodig, maar ook onze gerechtigheid die bestaat in het gehoorzamen aan de nieuwe wet van de genade. Opnieuw treft ons hier een bepaalde tweesporigheid: Wij worden gerechtvaardigd op grond van de verdienste van Christus én van onze geloofsgehoorzaamheid . . .!

De bedenkingen van Koelman
Het zijn vooral deze gedachten geweest die al tijdens Baxters leven in zijn vaderland heel wat stof deden opwaaien. Zijn vele geschriften werden daar namelijk overal gelezen. Verschillende boeken werden ook vrij snel in het Nederlands vertaald en vonden in ons land kennelijk een goed onthaal. Sommige lezers waren zo enthousiast dat zij zonder enige kritiek alles aanbevalen wat Baxter geschreven had. De bekende Jacobus Koelman - die zelf zoveel werken van puriteinen in het Nederlands vertaald heeft - was daar zeer bezorgd over. In een voorrede van een door hem vertaald boek van Thomas Hooker lezen we deze scherpe waarschuwing tegen de inzichten van Baxter:

„Deze man heeft veel ongezonde stellingen en uitdrukkingen, waarmede zijn geschriften bezaaid zijn. Hij is wel een zeer geleerd man, doch met verschillende verkeerde en schadelijke opvattingen die hij voortzet. En dat in theorie en praktijk. Daarom hebben ook veel vrome en geleerde mannen in Engeland van tijd tot tijd tegen hem geschreven om hem terecht te brengen en zijn dwalingen tot waarschuwingen van anderen, te ontdekken.
Bijvoorbeeld zijn verkeerde opvatting en uitdrukking betreffende het rechtvaardigmakend geloof. Ook wat betreft de invloed, zoals hij stelt, dat de goede werken of gehoorzaamheid en heiligheid hebben in het stuk van de rechtvaardigmaking. Over de dood van Christus, die voor alle mensen is, zoals hij stelt ( . . . ). Hij wil iedere zoekende bewegen tot bekering en de liefde van God omdat Christus voor hem gestorven is. De volharding der heiligen stelt hij als twijfelachtig voor ( . . . ). Zijn mening verschilt van hen die hij Calvinisten en Arminianen noemt."

In het licht van deze opmerkingen is het overigens op zijn minst merkwaardig dat diezelfde Koelman jaren later enkele van Baxters werken in onze taal vertaald heeft. Of zouden de „ongezonde uitdrukkingen" in die geschriften nu juist niet zijn voorgekomen?

Hedendaagse stemmen
Ook in onze tijd wordt kritiek geuit op bepaalde elementen uit Baxters theologie. Toch is in die gevallen de toon doorgaans wat milder dan in bovengenoemde beoordeling van Koelman. Zo worden Baxters opvattingen terzake van de verzoening en de rechtvaardiging in conservatieve kringen in de Engelstalige wereld afgewezen. Tegelijkertijd houdt men daar ook staande dat zijn praktisch-geestelijke geschriften en zijn boek over het pastoraat een duidelijke schriftuurlijke boodschap bevatten en ook in onze tijd nog veel te zeggen hebben. In deze lijn beweegt zich ook de uitvoerige serie artikelen die ds. K. ten Klooster vorig jaar in het Gereformeerd Weekblad aan Baxter wijdde. Daarin laat hij zien dat deze puritein tenvolle onze aandacht waard is, vanwege zijn bewogen prediking en zijn pastorale inzichten. Daarnaast stelt hij ook heel duidelijk dat „zijn theologie op vitale punten niet gezond is". Bij deze vitale punten gaat het dan met name over Baxters rechtvaardigingsleer en zijn visie op de verzoening.
Een iets andere benadering vinden wij bij prof. dr. C. Graafland in zijn bekende boek over de verkiezing. Hij gaat daar - uiteraard - niet in op heel het theologische werk van Baxter, maar beperkt zich tot diens gedachten over de verkiezing en de verzoening. Daarbij blijkt dat prof. Graafland bijzonder geboeid is door de worsteling van theologen als Baxter om een verantwoorde en royale prediking van het evangelie te verbinden met de belijdenis van de volle, verkiezende genade van God. Nu moeten we hierbij wel opmerken dat prof. Graafland aarzelingen heeft bij Baxters visie en zich bewust is van de gevaren die hier liggen. Toch heeft juist hij deze opmerkelijke opvattingen over verkiezing en verzoening weer met klem onder onze aandacht gebracht.
Wel heel ver gaat de Engelse theoloog Alan C. Clifford in zijn waardering voor Baxter. Vorig jaar verscheen zijn proefschrift waarin de visie van verschillende oudere theologen op de verzoening en de rechtvaardiging getoetst wordt. Daarin wordt ook uitvoerig op de opvattingen van Baxter ingegaan. Clifford concludeert dat Baxter - en zelfs ook John Wesley! - Calvijn beter begrepen hebben dan vele orthodoxe calvinistische theologen uit die dagen. Baxters gedachten over de verzoening en de rechtvaardiging zouden meer in de lijn van Calvijn en van de Schrift zijn dan die van John Owen!

Vragen
Als we al deze gegevens op ons laten inwerken blijven er heel wat vragen over. Wie was deze Richard Baxter nu eigenlijk en wat bedoelde hij ten diepste? Hoe moeten wij zijn omstreden opvattingen waarderen? Heeft Koelman geen gelijk, als hij suggereert dat iemands visie op vitale punten als verzoening en rechtvaardiging wel door moet klinken in al zijn theologische geschriften? In de volgende artikelen willen we aan de hand van Baxters levensgeschiedenis iets over deze dingen zeggen.

A.B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

De Wekker | 8 Pagina's

Een omstreden puritein (I)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

De Wekker | 8 Pagina's